Twee jaar na zijn met goud bekroonde album ‘Splazsh’ staat Londenaar Darren Cunningham alias Actress er weer met een vreemdsoortig schijfje van formaat. Het geluid dat Cunningham hier neerzet, klinkt alsof hij in de jaren ’90 de beginselen van de techno heeft opgepikt en deze vervolgens met synthesizers, andere machinerie en zijn geliefde filosofische lectuur in een put heeft gegooid. De evolutie die zich daar afspeelde, heeft geleid tot een vreemd schepsel dat dit jaar werd opgevist. 'R.I.P.' is de verrijzenis van een retro geluid dat meteen een krachtige wind blaast doorheen het dance landschap.

Wat dit album zo avontuurlijk maakt, is het brede gamma aan invloeden die hier terug te horen zijn. Met ambient-eske beginnummers toont Actress zijn luisteraars ostentatief dat hij geen beats nodig heeft om een troebele sfeer te bekomen. Met ‘Holy Water’ duikt hij met huiveringwekkend getingel in de stijl van de onderwater electromeesters Drexciya. In de Detroit uithoek blijft hij hangen met het zuigende technonummer ‘Marble Plexus’. Daar wordt een opzwepend moment gecreëerd door spacey dubgeluiden te vergezellen met donkere bassen en drammende beats.

Bijzonder is de klassieke insteek die in sommige nummers voorkomt. Het basgeoriënteerde ‘Raven’ heeft een harpachtig geluid dat ergens in de achtergrond verdoken zit. De wazige en mystieke sound krijgt een fascinerend accent als de artiest er kleurrijke fluitsamples bij mixt.

‘Jardin’ is een bezield pianostuk, bewerkt tot de elektronische sfeertrack. De verfijning van de fonkelende klanken keert met de orkestrale techno van ‘Serpent’, een roerend nummer boordevol harmonieuze klanken die zich hortend voortbewegen. Met een grommende baslijn wordt het vorige van tafel geveegd en beukt ‘Shadow From Tartarus’ door de luidsprekers. De industriële technovibe komt hier helemaal bovendrijven en laat met contrasterende ijle tonen een wrange smaak na.

Het hypnotiserend accentje dat in vele nummers opduikt, doet denken aan de conceptuele jaren ‘90 ruimtetechno van X-101 en X-102, beter bekend als het trio Jeff Mills, Robert Hood en Mad Mike. Het ritmische gesis (van de analoge drumcomputer TR-909) in ‘The Lord’s Graffiti’ is daar enerzijds een duidelijke verwijzing naar. Ook hier maken de nummers duidelijk deel uit van een verhalend geheel, dat met enkele rustige en venijnige momenten niet enkel bedoeld is om clubgangers te plezieren. Integendeel: 'R.I.P.' geeft zijn geheimen niet zomaar prijs, wat het geschikt maakt voor vele aftastende luisterbeurten.

Meer over Actress


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.