Naast zijn bezigheden als groepslid in Town & Country en als gitarist in onder meer Terminal 4 (het chamberjazzproject van Fred Lonberg-Holm) heeft Ben Vida de tijd gevonden om thuis rustig dit pareltje in mekaar te knutselen. Hierbij heeft Vida zich onder meer bediend van viool, gitaar, zang, mbira (duimpiano), qrareb (Marokkaanse castagnetten), cornet, orgel, accordeon, percussie en field recordings uit Tokio en Puerto Rico. Ondanks deze waslijst van instrumenten heeft Vida gekozen voor een eerder minimale aanpak. De sfeervolle composities blinken uit in soberheid; iedere toegevoegde klank werd zorgvuldig gewikt, gewogen en desnoods bijgeschaafd. Bij beluistering valt ook onmiddellijk de knappe productie en mixage op. Het geluid is mooi uitgebalanceerd met oor en oog voor detail en nuance.
Op sommige tracks trekt Vida resoluut de kaart van het minimalisme. Zo zet de broeierige opener 'All Afternoon # 1' in met regenwoudgeluiden maar de rust wordt al snel abrupt onderbroken door een bevreemdende en beklemmende orgel- en viooldrone. Als tegenpunt is een rustbrengende duimpianoloop te horen. Na enkele minuten vallen beide klanken weg en klinkt enkel nog het regenwoud. 'Always Never Sleep # 1' is met zijn ijle orgel en accordeondrones, minimaal gitaarwerk en zeer sobere gedempte percussie haast het summum van verstild minimalisme. Een andere keer klinken de songs dan weer fragiel en intimistisch zoals bijvoorbeeld 'Always/Never Sleep # 2' waarbij een gitaarriedeltje zachtjes wordt begeleid door trompet. Hetzelfde geldt ook voor 'Kind Light' dat wordt gedragen door uitgerekte gongklanken, ijle fluisterende zang, zeer sober bluesy introvert gitaargepingel en - diep in de mix – het geluid van spelende kinderen en helikoptergeluiden. Drie tracks worden gekenmerkt door meer geprononceerde percussie (duimpiano, qrarebs en andere instrumenten) die de songs meer vaart geven en een wereldmuziekkarakter schenken. Op de titeltrack 'Green Inferno' wordt deze percussie aangevuld met een subtiel akoestische gitaarriff. Bovenop dit pulserend ritme legt Vida dromerige vervormde zang en lange zweverige klanken neer. In 'Tracers' is ook een rol weggelegd voor krekel- en vogelgeluiden en subtiel gitaargetokkel. De afsluiter van de cd ten slotte is een herneming van de opener maar de beklemmende drone is hier meer naar de achtergrond verhuisd en de percussie (de duimpiano aangevuld met qrarebs) treedt op het voorplan. Gaandeweg wordt de repetitiviteit bovendien knap geaccentueerd door een schetterende trompet.
Ben Vida rekruteert elementen uit zowel het minimalisme, ambient, folk als wereldmuziek. Met veel vakmanschap en ervaring mixt hij deze elementen tot een sfeervolle plaat die gevarieerd, persoonlijk, intimistisch en bevreemdend is en die bovenal boeit. Klasse!

Meer over Bird Show


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.