In 2009 won Led Bib de prestigieuze Mercury Prize met hun vierde album ‘Sensible Shoes’, een plaat die met een mix van elektrische jazz, rock, thrash, funk en  wals wild om zich heen schopte en internationaal hoge ogen gooide. De opvolger 'Bring Your Own' gaat op eenzelfde elan verder en pakt uit met duelerende saxlijnen die schreeuwen als bronstige belugas, zappiaanse keyboardriffs en anarchtische power drums.

Het Londense kwintet bestaat uit een scheurend duo altsaxen (Pete Grogan en Chris Williams), Rhodes (Toby McClaren), bas (Liran Donin) en drums (Mark Holub). Door de combinatie van beukende rockriffs en gestileerde improvisaties nestelt de groep zich tussen het songgerichte geluid van Acoustic Ladyland en de impressionistische creatiedrang van Polar Bear. Het voornaamste probleem van Led Bib’s clusterjazz is dan ook dat ze niet de enige zijn (ook Japan staat bekend om haar explosieve free jazzers als Kazutoki Umezu) en hun melodieën soms ietwat herkauwd klinken.

Als doorwinterde universitairen bouwen de vier hun nummers op volgens de IMS-structuur. De inleiding kadert en geeft het centrale thema aan. Die thema's worden vaak opgebouwd uit een bokkig staccatosaxmotiefje dat door onrustig, bruusk gedrum wordt ontregeld. Na deze steevast korte these gaat Led Bib over in het vrije middenstuk. Deze improvisaties gaan grotendeels over decibels en geweld en benaderen het thema met de groffe hamer. Ideeën worden opgebouwd, bruut afgebroken of, tegengesproken. Er wordt niet achterom gekeken en het dronken plezier van het moment staat centraal.  Afgesloten wordt er dan met een korte, stevige herneming van het  thema.

Door het gewelddadige, naar voor leunende gedrum van Mark Holub krijgt de muziek een haastige, zenuwachtige indruk. Gelukkig weet Holub naast te slaan, ook te zalven en streelt hij zijn drums iets liefdevoller tijdens de intimistische momenten. De vrijheid die Holub krijgt, heeft hij grotendeels te danken aan Donin. Of hij nu zwaar in distortion gedrenkt aan het grooven is, een warme blues speelt of strijkend intimiteit creëert, de baslijnen van Liran Donin zijn over de hele plaat een rots in de branding.

Heel mooi en intimistisch opent hij ‘Hollow Ponds’. Traag rollend ontwikkelt hij een artisanale contrapunt waarover een cimbaaltapijt wordt gelegd. Hier valt op dat drummer Holub problemen heeft met subtiliteit: de te heftige tikjes op de cimbalen en het zware gedram steken schril af tegen de uitgesmeerde saxen en de veloursen bassen.

De rust is van korte duur met het heerlijke ‘Power Walking’. What's in a Name, schreef Shakspeare. Donin wordt wakker en schudt een in distortion gedrenkte funky walking bass uit zijn mouw. De trage, zware riff clasht agressief met de uit de kluiten gewassen arrangementen en uitgelaten solo’s.

 ‘Little X’ begint als een horrorsoundscape met huilende wind, bijtende weerwolven en sinistere cimbaalroffels. Op de tonen van een springerige popbegeleiding en een funky bas dueleren de twee saxen met een schrapende contrapunt. Grogan en Williams kenmerken zich door hun overwegend gebrek aan subtiliteit. Beukende kracht staat centraal en de stevige lijnen zijn steeds voorzien van een bijtende attack en wrange melodieën.

De in your face aanpak van deze Britten op 'Bring Your Own' blaast de luisteraar initieel van zijn stoel met beenharde saxriffs en energetische improvisaties die aankomen als een drop kick. Op zeldzame momenten bouwen de Britten een zenmoment in dat, tevergeefs, om meer smeekt. Hun punkattitude en platvloerse lol maken dat hun agressieve jazz al bij al toegankelijk is. En ook al is de originaliteit soms wat zoek, 'BringYour Own' is een aanstekelijk album dat gewoon lekker knalt en fans van zowel zware rock, funk en jazz kan bekoren. 

 

Meer over Led Bib


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.