Zowel de vreemde, nogal vals ontdubbelde stem als de geschifte, psychedelische gitaarrock waarmee Mercury Rev inmiddels zo'n 15 jaar lang platen uitbrengt, zijn herkenbaar uit de duizend. De experimenteerdrang van dit Amerikaanse combo kent daarentegen nauwelijks grenzen. Toch werd eind vorige eeuw een harmonieuze, romantische en zelfs lyrische snaar ontdekt. Daarmee scheidde de band zich meer en meer af van de verwante Flaming Lips, waarbij frontman Jonathan Donohue nog een muzikaal hoofdstuk schreef. Meer dan stof genoeg dus om eens terug te blikken op de turbulente geschiedenis van Mercury Rev, en dat doet deze verzamelaar met verve: het eerste plaatje bevat veertien hits en hoogtepunten terwijl het tweede teruggrijpt naar obscure sessies, covers of zeldzaamheden.

Mercury Rev houdt wel van een gezonde dosis pathos. De band doorspekt zijn muziek steevast met veel symfonische elementen. Het met klokkenspel opgesmukte, kerstelijke 'Diamonds' is daarom een geschikte opener van de eerste cd dankzij zijn prachtig schilderende beeldspraak ("Look how the sun / captured by the rain / glimmers and falls / lamps and golden bells"). Met veel strijkertjes en de hoge falset van Donohue is het alvast heerlijk wegdromen. Datzelfde kan ook gerust gezegd worden van het al even naïeve 'In a Sunny Day' (van engelenkoortjes voorzien) of de doorbraaksingle 'Goddess on a Highway'. Telkens balanceert de groep op de grens van meligheid en spitsvondigheid en geeft zijn muziek niet enkel dat tikkeltje mystieke romantiek, maar ook soms erg sterke nostalgie mee. Het wondermooie 'The Dark is Rising' mag dan wel telkens uitmonden in een vol ornaat van strijkers en blazers, in feite gaat het om een intieme pianoballade. Gelukkig bewijst deze plaat ook dat dit zestal het niet enkel moet hebben van melancholische melodietjes en wel heel sterk symfonisch ondersteunde muzikale partijen (gitaren lijken vaak opvallend afwezig). Het nogal overdonderende 'Chasing a Bee' laat winderig fluitspel opboksen tegen stevige, snerende gitaarpartijen en donderende drums. Ook het onschuldige 'Empire State (Son House in Excelsis)' eindigt in een grandeur van hemelse chaos en het lekker uitgerekte 'Frittering' is dan weer een toonbeeld van zwevende gitaarpsychedelica.

Het tweede plaatje is mogelijk nog des te opmerkelijker. Het bevat onder zijn achttien tracks niet enkel een meer dan smakelijke brok voor de fans, maar bewijst ook dat de groep er in geen geval voor terugdeinst om songs van David Bowie, John Lennon, of Bob Dylan naar eigen hand te zetten. Enkele opzichtige bijdragen zijn het Velvet Underground-achtige, door popdichter Robert Creeley opgeluisterde 'So There', een benevelende danceremix van een Chemical Brothers nummer (dat in originele versie door Donohue gezongen werd) of 'It's a Man's Man's World' als ode aan de net overleden James Brown, maar dan omgezet tot een zwoele, vrouwelijk fluisterende triphopsong. Een halve plaat aftrek voor de nogal rechtlijnige cover van Bowies 'Memory of a Free Festival' die dit alles afsluit. Het muzikale feest heeft ondertussen al lang genoeg mogen duren.

Meer over Mercury Rev


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.