Als Nisia duiken de Siciliaanse zangeres Emanuela Lodato en bassist Vincent Noiret (Ghalia Benali, Tricycle en Zefiro Torna) in de erfenis van de Sicilaanse liederen. Dat die erfenis (eredità) centraal staat, mag blijken uit de ruimte die gelaten wordt voor de even eenvoudige als knappe melodieën. Centraal in het hele opzet staat de stem van de Siciliaans Lodato. Die zingt opvallend trefzeker en flexibel zonder gemaakt of geacteerd te klinken. Zelfs helemaal solo (meer dan twee minuten lang in de afsluitende track) blijft ze overeind. Op de verschillende nummers bestrijkt ze een heel pallet van emoties, van verleidelijk of klagend tot weemoedig of lichtjes bezwerend. Lichtjes, want de gevoelens worden er bij haar nooit vingerdik bovenop gelegd. Het is immers vooral de muziek die haar werk moet kunnen doen. Nu en dan verlaat ze het “mooie” stemgebruik voor een wat feller timbre, wat in ‘Sutt’a li Munti’ voor een portie gecontroleerde hekserij zorgt, maar ook hier houdt Lodato de expressie aan de leiband.

Voor haar vocale prestatie kan Lodato rekenen op de onbetaalbare hulp van Noiret. Meer dan zomaar een basbegeleiding kan hij de stem echt dragen, is hij vaak de muzikale motor en stuurt hij de sfeerverandering binnen de songs. Essentieel daarbij is zijn alomtegenwoordig heerlijk warme en volle klank. Of die nu diep en gestreken dan wel geplukt komt aanwaaien, steeds bewaart Noiret zijn lyrische toon die hij bovendien kan koppelen aan een lekkere groove.

De gave en op het liedrepertoire gerichte aanpak maakt dat ‘Eredità’ de luisteraar niet omverblaast, noch verrast. De muzikaliteit van deze opname zit dan ook in de details. Sommige nummers krijgen een even ingenieus als bescheiden arrangement mee dat echter zelden de aandacht trekt. Zo is het mooi om horen hoe kleine nuances in de aankleding de strofes en de refreinen van ‘Dinti Ranni’ telkens een andere gedaante geven.

Naast bas en zang bestaat de begeleiding hoofdzakelijk uit percussie die soms voor een rituele deining zorgt, maar soms ritmisch te eenvormig blijft om de zaak op hol te doen slaan. In de twee quasi instrumentale tracks wordt het pallet verder aangedikt met accordeon, chitarra battente (Italiaanse gitaar) en extra percussie. Ook hier knalt het niet echt: in een tarantella blijft de groep wat te gestileerd om echt volks te klinken en ‘Sospeso’ wordt naar het einde net iets te veel filmmuziek, ondanks de mooie harmonische ontwikkeling.

Wanneer de cd iets na halfweg wat lijkt in te zakken, is er plots ‘Oi Nenna Nenna’. In een weemoedige aanloop tekent Lodato voor een beklijvende melodie terwijl Noiret het arrangement ritmisch verschillende kanten op stuurt. Het blijkt het voorspel van een ritmischer deel waarin het energiepijl stevig opgedreven wordt tot de percussie het voor het zeggen krijgt. Opnieuw gaat het dak er niet af, maar de ritmische drive die daarvoor ontbrak is er nu wel. Dit is Nisia op haar sterkst. Dat de groep op ‘Eredità’ niet altijd op dit niveau zit, mag de muzikanten vergeven worden. Zeker omdat ze doorgaans de melodische finesse van het liedmateriaal respecteert en soigneert.

Meer over Nisia


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.