Een mens haalt tegenwoordig al opgelucht adem als een cd-boekje van een vrouwelijke soliste niet boordevol foto's blijkt te staan. Bij haar opname met de vioolconcerti van Tchaikovsky en Nielsen, zweert de Noorse soliste Vilde Frang echter alle promotionele verkoopsonzin af: zelfs een biografie van haar, de dirigent of het orkest ontbreken. Groot gelijk eigenlijk, want het draait om de tijdloze muziek, veel meer dan om de stervelingen die haar in het heden nog een keer laten klinken. Toch is deze soliste niet zomaar een violiste uit het dozijn: het feit dat ze het tot een contract bij EMI Classics geschopt heeft zonder haar looks te moeten uitspelen, wil tenslotte al een en ander zeggen. Duizelingwekkend virtuoos is ze, dat wordt snel duidelijk, maar hier is veel meer aan de hand. De manier waarop ze het quasi tot een cliché verworden vioolconcerto van Tchaikovsky ter hand neemt is van een zelden geziene inventiviteit. Precies in dit inmiddels "platgespeelde" repertoire, waarvan de melodieën bij wijze van spreken bijna vulgair klinken omdat ze te pas en te onpas door zogezegd nieuwe Goden aan het vioolfirmament worden opgevoerd, laat Vilde Frang zich gelden als een muzikante met visie, met verhaalkracht, precisie, durf, en dat alles omgeven met een sympathiek aura van integriteit en pretentieloosheid.

Inderdaad, de kern van het genie van deze opname is het "niet willen". Om twee recente opnames te noemen: James Ehnes wurmde zich efficiënt en dramatisch een weg doorheen de klepper, terwijl vamp eerste klas Nicola Benedetti het werk schijnbaar de oorlog verklaarde vanaf de eerste maten. Weliswaar kadert hun beider aanpak, die van een zekere strijdvaardigheid, binnen een lange traditie, maar precies dat element lijkt Frang te minimaliseren. Zit het werk ten slotte niet boordevol fantastische lyrische stukken? Kan in plaats van de pathetiek niet de humor benadrukt worden, of de scherpte in plaats van altijd maar weer de logge bombarie waarmee viool en orkest in elkaars armen vallen? Bij Frang blijft de dialoog met haar tegenstem tot in de laatste maten aanwezig: daarom niet groots, maar evenwichtig, vanuit een innerlijk aanvoelen, zich er terdege van bewust dat het concert van Nielsen nog zal volgen op dat van Tchaikovksy. Ja, zelfs die "onvolledigheid" van het ene werk lijkt bij Frang op de een of de andere manier besloten te liggen tijdens de toeters en bellen van de Tchaikovsky-finale. De vraag is hoe ze dat doet, zo in haar eentje een referentieopname bij elkaar spelen? Aan dirigent Eivind Gullberg Jensen en het Danish Radio Symphony Orchestra heeft ze dan wel een uitstekend stel begeleiders, vooral in de Nielsen zou een grotere emancipatie van het orkest geen kwaad hebben gekund. Gelukkig trapt Jensen echter niet in de val van het overinterpreteren: hij houdt zijn Tchaikovsky levendig, maar vermijdt zoetsappigheid. In Nielsen is hij dan weer volledig gericht op het functionele: extra dromerigheid lijkt hier en daar welkom, maar dat de balans niet overslaat in de andere (smakeloze) richting, is op zich al een gouden zaak.

Een laatste euvel zou kunnen zijn dat de twee fantastische interpretaties niet bij elkaar op een cd passen, maar ook dat is hier het geval niet. Frang verklaart zelf gecharmeerd te zijn door de humor en de warmte in Nielsen, terwijl Tchaikovsky zijn werk eerder traditioneel-Russisch kadreert. Daarnaast zet de soliste de lijn van haar eerste opname voor EMI verder, waarin Scandinavië (vertegenwoordigd door Sibelius) naast Rusland (wie anders dan Prokofiev?) werd geplaatst. Hier zijn beide stukken onmiskenbaar romantisch van aard, met een sterke fascinatie voor melodie, zonder overdreven in de al te geconstrueerde, intellectuele melodievorming te geloven. Ook bij Nielsen ligt het volkse immers constant op de loer: dat voeling met de man in de straat geen scheldwoord hoeft te zijn voor 18e-eeuwse muziek, bewijst Frang met haar eloquente uitvoeringen. De parel van Tchaikovsky naast het te weinig opgevoerde werk van Nielsen: met gedistingeerde souplesse danst deze violiste zich een ontroerende weg doorheen het repertoire. De nieuwe Anne-Sophie Mutter, zoals hier en daar over deze op twaalfjarige leeftijd door Mariss Jansons ontdekte soliste wordt gefluisterd? Misschien. Een opname van zeldzame klasse is dit hoe dan ook – om geen genoeg van te krijgen.

Meer over Pyotr Ilyich Tchaikovsky, Carl Nielsen


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.