Kwadratuur interview

De Amerikaanse componiste en dirigente Maria Schneider heeft met 'Sky Blue' een zesde album uitgebracht en een tweede Grammy binnengehaald. Los van de klassieke, Amerikaanse bigbandtraditie heeft ze een geheel eigen sound ontwikkeld die op het album 'Sky Blue' een bocht lijkt te maken.

Bij het beluisteren van 'Sky Blue' lijkt het wel alsof je muziek soberder geworden is. Ervaar je dat zelf ook zo?

Ik denk dat mijn muziek juist vrolijker wordt. Op mijn eerste platen was die heel intens, op een bepaalde manier zelfs heel donker. Sinds mijn reis naar Brazilië is dat veranderd: mijn muziek is nu meer gericht op schoonheid en vreugde. Er zijn natuurlijk nog steeds donkere stukken, maar in het algemeen denk ik dat mijn muziek nu lichter geworden is. Misschien klinkt die nu ook wel wat klassieker. Bij het maken van 'Sky Blue' heb ik vastgesteld dat mijn melodieën vocaler klinken. De laatste jaren heb ik veel naar zangers geluisterd en ik denk dat dat me beïnvloed heeft om eenvoudigere melodieën te schrijven.

Heeft dat iets te maken met de aanwezigheid van zangeres Luciana Souza in de band?

Ik denk het niet. Toen ik mijn voorlaatste plaat maakte, was ze er ook al bij en daarnaast gebruik ik haar stem eerder als een instrument. Ze kan namelijk dingen waar de meeste zangers moeite mee hebben: snelle frases, articulatie, grote sprongen...

(Foto: Jimmy & Dena Katz)
(Foto: Jimmy & Dena Katz)

Bij alle tracks op 'Sky Blue' heb je een verklaring hoe ze tot stand gekomen zijn en ook in het verleden verwees je bij stukken vaak naar persoonlijke ervaringen. Heeft jouw muziek altijd een persoonlijke motivatie?

De meeste van mijn stukken wel, maar er zijn er die ook gewoon opkomen. Het is niet zo dat ik mezelf aangespoord voel om een stuk te schrijven over een bepaalde situatie. Wanneer ik neerzit om te componeren, hecht de muziek die naar boven komt zich vast aan een herinnering of iets anders en dat genereert dan de rest van het stuk. Toch zijn er ook composities die niet gelinkt zijn aan iets persoonlijk. Zo heeft 'Rich's Piece' van mijn laatste album gewoon die naam gekregen omdat het vanuit Rich (Perry)'s geluid geschreven is. Ook 'Aires de Lado', beïnvloed door Peruviaanse muziek, heeft geen persoonlijke achtergrond. Dat ligt inderdaad wel anders bij 'Cerulian Skies', dat haast een verhaal is, 'The 'Pretty' Road' of 'Sky Bue' dat ik schreef na het verlies van mijn beste vriendin.

In 'Rich's Piece' is Rich Perry gedurende het hele stuk als solist aanwezig. Denk je dat je dat stuk ooit kunt spelen met een andere solist?

Daar heb ik eigenlijk nog nooit over nagedacht. Als ik het doe, dan zal het iemand moeten zijn met een heel speciale manier van spelen. Rich heeft namelijk zo'n persoonlijk geluid dat ik denk dat niemand anders het zo kan spelen. Ken je Richs geluid? Hij heeft een heel mooie sound, een heel speciale en unieke manier van spelen. Wanneer ik aan een conservatorium ga werken, blijken zowat alle saxofonisten verliefd te zijn op Richs geluid. In Down Beat (Amerikaans jazztijdschrijft, KVM) is een interview verschenen waarin ik zou beweerd hebben dat ik 'Rich's Piece' wel eens zou willen proberen met een trombone. Ik weet niet waar ze dat gehaald hebben, want ik denk er gewoon niet aan om dat te doen. Rich had het artikel natuurlijk gelezen en ik heb hem onmiddellijk gebeld en gezegd dat het helemaal uit de lucht gegrepen was.

Ik kan me anders wel inbeelden dat enkele trombonisten het artikel met veel plezier gelezen hebben.

Ja, maar ik wil het resultaat niet horen.

Je werkt geregeld als gastdirigente bij andere bands, zoals het Brussels Jazz Orchestra. Zie je 'Rich's Piece' doenbaar met een ander orkest dan je eigen bigband?

Ik zou dat stuk niet meteen naar een ander orkest meebrengen, maar het hangt eigenlijk allemaal af van de tenorsaxofonist en de ritmesectie. De dag dat we het stuk opnamen hebben we echt een stukje magie geregistreerd. Misschien is 'Rich's Piece' wel mijn lievelingsstuk van de plaat. Als we het live spelen is het ook elke avond anders. Soms is het echt schitterend en op andere optredens werkt het gewoon niet: je weet nooit wat het gaat worden.

Opmerkelijk aan de compositie is zeker de begeleiding, waarin vaak geen duidelijk metrum gevolgd wordt.

Het hele stuk is rubato, wat betekent dat ik echt elke maat aangeef. Ik luister naar Rich en volg hem. Soms ben ik aan het leiden, maar meestal doet hij dat. Of we dat stuk gaan spelen in Brussel? Misschien zouden we dat moeten plannen, ja. Wanneer we op tournee gaan met het orkest neem ik veel stukken mee en elke avond stel ik een andere setlist samen zodat het ook voor het orkest interessant blijft. Dat levert het beste resultaat op. Wanneer we dat niet doen, wordt het allemaal zo vlug voorspelbaar. Ik probeer wat voeling te krijgen met de plaats waar we spelen en me in te beelden wat de mensen zouden willen horen. Of ik probeer me te herinneren wat we al eens in een bepaalde stad gespeeld hebben.

(Foto: Jimmy & Dena Katz)
(Foto: Jimmy & Dena Katz)

Heb je ook al andere stukken geschreven met specifieke muzikanten in je achterhoofd?

Ik schrijf al mijn muziek voor mijn eigen orkest. Elke partij en elke solomogelijkheid is uitgedacht voor die muzikanten, voor hun specifieke talenten. Met sommige van deze artiesten werk ik dan ook al bijna twintig jaar samen. Hun geluid en hun persoonlijkheden zijn zo ingebed in mijn manier van schrijven dat zelfs wanneer ik een opdracht zou krijgen om een stuk voor een andere band te schrijven, ik dan nog voor mijn eigen orkest zou componeren. Dat is wat ik in mijn hoofd hoor. 'Aires de Lando' is bijvoorbeeld helemaal bedacht voor Scott Robinson. Ik kan me geen andere klarinettisten inbeelden die het zouden kunnen spelen, buiten misschien Paquito D'Rivera en hier en daar nog iemand. 'The 'Pretty' Road' heb ik speciaal voor Ingrid Jensen geschreven en de tenorsolo van 'Cerulian Skies' is helemaal Donny McCaslin. Hij heeft de geweldige gave om op te bouwen naar een climax met van die lange, epische solo's.

Betekent dit dat er stukken zijn die niet meer gespeeld worden wanneer een bepaalde muzikant vertrekt?

Nee. Alhoewel, in bepaalde gevallen zou dat kunnen. 'My Lament' (opgenomen op 'Evanescence', KVM) is geschreven voor Rick Margitza (gewezen saxofonist van het Maria Schneider Orchestra, KVM) en dat spelen we nu niet meer. Personeelswissels in mijn band zijn altijd pijnlijk, maar ze kunnen ook verfrissend werken. Een andere solist kan iets nieuws aandragen, iets wat ik niet verwacht had. Het verrast niet alleen mij, maar het doet de muziek ook herleven voor de rest van het orkest. Hoewel ik mijn muziek dus schrijf voor mijn muzikanten, is dat slechts één manier om er naar te kijken. Alsof je iets bepaalds verwacht van een persoon die je kent en je plots beseft dat die persoon veel schitterende kanten heeft die je nooit gekend hebt – iets wat je te zien krijgt wanneer ze in interactie gaan met een andere persoon. Dat is ook de reden waarom ik op concerten al eens de solo's verander, zodat een solo die normaal door Rich gespeeld wordt bij iemand anders belandt.

Je speelt zelf piano, maar in je orkest is het Frank Kimbrough die de pianokruk bezet. Wanneer besefte je dat je liever muziek componeerde dan die zelf te spelen?

Dat was al vroeg, aangezien ik geen goede pianiste was. Ik voelde me nooit comfortabel als ik moest spelen voor een publiek en tijdens mijn hogere studies ontdekte ik dat mijn passie, expressie en verlangen om muziek te maken meer verwezenlijkt werden door te componeren dan door te spelen. Bovendien studeerde ik niet genoeg, ik was obsessief bezig met componeren, maar gelukkig kan ik nu voldoende spelen om mezelf te behelpen bij het componeren.

Is het feit dat je niet spelend betrokken bent bij je eigen muziek een voordeel of een nadeel?

Mijn muziek is zo complex dat die er beter van wordt wanneer ik dirigeer. Als we een soundcheck doen en ik niet dirigeer, maar aan de mixtafel sta, dan speelt het orkest gewoon de muziek. Wanneer ik dan voor de muzikanten sta, probeer ik bepaalde zaken naar voor te brengen en zo verandert de hele attitude van de muziek. Trouwens, als ik in het orkest zou zitten, dan zou het heel moeilijk voor mij worden om de hele tijd aan de kant te zitten en uitsluitend te spelen: ik zou de hele tijd wensen dat ik meer controle had. Ik begrijp overigens echt niet hoe anderen kunnen componeren en ook als uitvoerder scherp bijven. Ik heb het momenteel al zo druk dat ik bijna geen tijd voor mezelf heb.

Die slapen misschien niet?

Ik slaap zelf al bijna niet, maar zij moeten inderdaad nooit slapen.

(Foto: Jimmy & Dena Katz)
(Foto: Jimmy & Dena Katz)

Enkele jaren geleden heb je het befaamde label Enja verlaten voor artistShare: een constructie waarbij muziekliefhebbers financieel kunnen bijdragen tot het realiseren van een album.

Enja is een geweldig label en ze brengen interessante muziek uit, maar financieel was het voor mij niet langer haalbaar. Mijn platen zijn bijzonder duur om te maken: de laatste heeft $170.000 gekost. Dat verdien je normaal gezien nooit terug. Je weet hoe het gaat: de platenwinkel verdient er wat aan, de distributeur en het label, maar er bleef uiteindelijk niets voor mij over. Ik verloor er zelfs geld aan. Toen ben ik alles zelf gaan doen via artistShare en nu slaag ik er in om niet alleen de dure platen te betalen, maar ook om er nog iets aan te verdienen. Voor 'Sky Blue' maken we nu al winst. Dat zou onmogelijk zijn via een platenmaatschappij, zeker zoals de zaken nu gaan in de platenwereld.

Er zitten bij jou telkens 3 à 4 jaar tussen twee platen. Vanwaar die tijdspanne?

Dat heeft er gewoon mee te maken dat het realiseren van een album moordend is. Het is zoveel werk: componeren, produceren, mixen, uitbrengen, interviews, proberen het geld terug te verdienen, noem maar op. Ik denk dat het ook nu zeker drie jaar zal duren voor ik weer een plaat wil opnemen.

Het concert op Brosella wordt het eerste optreden op Belgische bodem met je eigen orkest. Nochtans hebben al verschillende concertpromotoren geprobeerd om je met je eigen bigband naar hier te halen.

We hebben inderdaad nog nooit in België gespeeld, maar wel in Nederland op het North Sea Jazz Festival. We spelen sowieso zelden in Europa. Het is tegenwoordig zo moeilijk om te reizen met een hele bigband, je brengt immers twintig mensen mee. Dat is zoveel werk als je geen grote organisatie hebt om je te steunen. Ik heb wel een agent en een assistent, maar moet nog steeds veel van het organisatorische werk zelf doen en daarbuiten ben ik uiteraard ook nog steeds verantwoordelijk voor de muzikale kant. Deze tournee gaat mij persoonlijk trouwens geld kosten, veel zelfs. Het is een labour of love en niet iets dat je zomaar doet. Laten we hopen dat de optredens dan leuk worden.

Is het orkest waarmee je op Brosella speelt hetzelfde als dat van 'Sky Blue'?

Bijna: de saxofoon- en de trombonesectie zijn dezelfde. Greg Gisbert, een van mijn vaste trompettisten en een fenomenale solist, kon niet meedoen bij de opnamesessies, maar zal er dus wel bij zijn tijdens de concerten. De hele ritmesectie zal er zijn, behalve het accordeon, de percussie en de zangeres. Ik breng wel nog een Brazilaanse muzikant mee, iemand waarmee ik vorig jaar heb samengewerkt toen ik met een project in Brazilië bezig was.

Meer over Maria Schneider


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.