Nu de gure herfst het land en het humeur van het volk al een tijdje in de ban heeft en de winterprik zijn eerste slag slaat, komt het gloednieuwe stadsfestival Autumn Falls de onderkoelde muziekliefhebbers tegemoet. Tijd om toch maar eens polshoogte te nemen in de AB, want zelfs op één dag van dit driedaagse festival is verscheidenheid een opmerkelijke troef.

Het grote volk blijft nog even uit, maar in tussentijd opent Lower Dens de avond in de ABclub. Met singersongwriter Jana Hunter aan de leiding, die een androgyne indruk nalaat, brengen ze muziek die tegelijk sleept en zweeft en ergens tussen drone en postpunk kan geplaatst worden. Echt goede songs worden er al bij al niet gespeeld, maar eens de band wat op dreef komt begint de sfeer er toch goed in te zitten. De kronkelende bassist legt samen met de drummer een eenvoudige fundering waarover Jana Hunter en haar mede-gitarist onder invloed van veel fuzz en reverb hun eigen gang kunnen gaan. Tegen het eind gaan ze daar weer even de mist in (tot zover hun bedoeling dat niet is) en is het gauw tijd voor de volgende band.

Eindelijk naar de grote zaal, waar de tonen van Junip de massa naar binnen begeleidt. Deze Zweedse band met (of ‘van’) José Gonzales (voornamelijk bekend van zijn solocarrière) brengt zachte akoestische muziek onder begeleiding van een sterke ritmesectie. Zo voegen de conga’s en allerhande shakers toch nog de nodige eigenheid toe. Maar ondanks sterke songs als ‘Black Refuge’ en het spannende ‘Howl’ blijkt het voor Junip toch een hele uitdaging om gedurende een heel optreden te blijven boeien. Even groeit er valse hoop op beterschap wanneer de band even afzakt richting triphop, maar de dragende stem van Gonzales en de fijngevoelige arrangementen ten spijt wil er geen vonk overslaan

Nu de zaal écht vol is, lijkt iedereen klaar voor Caribou, het geesteskind van Canadees Dan Snaith, dat live wordt bijgestaan door drie sessiemuzikanten. Vier mannen in het wit duiken het podium op, plaatsen zich in een cirkel tegenover elkaar en beginnen aan een epileptische show. Al vanaf het begin wordt er flink uitgepakt met verblindende stroboscopen en caleidoscopische visuals op een groot doek. De organische beats en loops die losgelaten worden op het dansende publiek zijn de eerste verantwoordelijken voor een gigantisch gejuich.

Caribou
Caribou

Met twee drumstellen, een bassist, gitarist en tal van loops en effecten levert dit kwartet een geheel van lang uitgespannen songs af, doordrongen van diepe bassen en ijle vocals. Dat dit soort van ophitsende muziek niet altijd uit de computer moet komen wordt hierbij nog maar eens bewezen: zo schuurt, klopt en fluit Dan Snaith de juiste accenten doorheen zijn beats. Terwijl hij tegelijk nog eens de nodige vrijheid schenkt aan zijn collega’s om die op te laten gaan in hun instrumenten.

Het publiek hebben ze al lang voor zich gewonnen, maar het is pas tegen het einde van hun set dat Caribou echt gaat uitpakken met hun kunnen. Voorheen leek het even of het concept niet zou blijven boeien, ondanks allerhande pogingen met visuals en de prima sfeer. Maar dan vinden Dan Snaith en co hun strijdvuur weer en halen ze de grote kleppers van laatst uitgebrachte album ‘Swim’ boven. Na een broeirig en herkenbaar ‘Jamelia’ geven de pompende bassen van ‘Odessa’ het begin aan van de grote climax, toepasselijk afgesloten met een lang uitgerokken ‘Sun’.

Van zweterige danspartijen naar dromerige popmuziek, het moet maar kunnen. Beach House pakt er meteen mee uit en blaast zijn typische sprookjesachtige sfeer de zaal in, opgevrolijkt met lichtgevende piramides als decor. Beach House werd afgelopen jaar alom geprezen met hun derde album ‘Teen Dream’ en laat ook live zijn nieuwe songs succesvol tot leven komen.

De troostende, lage stem van zangeres Victoria Legrand (die blijkbaar Franstalig van opvoeding is) leidt het publiek via schitterende melodieën naar de extase van de avond. Wanneer het wiegende ‘Walk In The Park’ reeds als derde lied wordt ingezet is dit het eerste toppunt van de avond. Niet veel later raakt ook ‘Norway’ veel zieltjes, met een feeërieke ‘sterrenhemel’ op de achtergrond (alsof de kerstmarkt van Brussel nu ook de AB heeft veroverd). De perfecte toon en setting zijn nu helemaal gezet voor het komende uur.

Beach House
Beach House

De show lijkt helemaal af: de meeslepende songs pikken naadloos op elkaar in (afgezien van Victoria’s Franse bindteksten) en aan elk detail is gewerkt. De band staat er als vier mystieke silhouetten tussen de rook en deelt zijn melancholie met zoveel overgave dat er onmogelijk niét voor te vallen is. Overdonderen met tegelijk zoveel rust en subtiliteit leek nog nooit zo logisch. Het herkenbare ‘Zebra’ kan daarmee weer op veel enthousiasme en dansende vrouwelijke fans rekenen. Al wordt het applaus van bij Caribou nooit overtroffen; met de grootse naturel waarmee ze de massa in vervoering weten te brengen is Beach House ongetwijfeld de ster van avond.

Wat meteen opvalt wanneer Sleepy Sun als aflsuiter het podium van de ABclub betreedt: hun zangeres hebben ze thuis gelaten. Na een vermoeiende zomertournee (waarmee ze ook Pukkelpop aandeden) bleek het voor Rachel Fannan genoeg geweest met deze – naar eigen zeggen – ‘moeilijke bende jonge mensen’ en wilde ze zich meer concentreren op haar eigen solocarrière. Zonder Rachel dan maar, en live blijkt het niet eens zo’n groot gemis te zijn. Frontman Bret Constantino voelt zich lekker in zijn vel en kruipt van links naar rechts in zijn strakke pak, vol overgave voor de show.

De slopende woenstijnsfeer die Sleepy Sun bovenhaalt aan de hand van logge riffs en doorklievend drumwerk geeft indrukken weg van zowel Black Sabbath, Kyuss als de psychedelische gitaarrock uit de sixties. Het feest van weelderige gitaarpartijen valt haast niet bij te houden en roept ontegensprekelijk hier en daar weer de geest van Jimi Hendrix op. Zo grijpt de intro van ‘Marina’ als een wolvenmoeder het publiek bij het nekvel en sleurt het heen en weer tussen de virtuoze gitaar en mondharmonica, waarna spontaan een tweede percussionist op het podium verschijnt om zich te wenden tot speelse oerwoudritmes.

Dat de tekenende tweestemmigheid van Rachel en Bret ontbreekt is geen probleem. Er staat hier nu immers één brok testosteron op het podium, en het resultaat is er zeker niet minder om. Hiermee is Sleepy Sun een prima aflsluiter van deze tweede dag Autumn Falls.

Meer over Autumn Falls


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.