Normaal gezien had Mike Reed’s People Places & Things een half jaar geleden in Antwerpen moeten staan, in het kader van de concertreeks Chicago Jazz Connection. Hun noodgedwongen afzeggen van toen, maakten ze echter ruimschoots goed op 30 november met een indrukwekkend concert in het Cultureel Ontmoetingscentrum Sint-Andries (coStA).

Voor het lentefestival dat de jazz van Chicago als rode draad had, was het kwartet van en rond Mike Reed een vanzelfsprekende keuze. Niet alleen opereert bandleider en drummer Mike Reed vanuit Chicago, zijn People, Places & Things is een band gebouwd rond de jazz die in de Windy City gemaakt werd in de tweede helft van de jaren ’50. Het waren de jaren van Sun Ra, de jonge Andrew Hill en de aanloop naar de AACM, muziek die anno 2012 nog steeds modern en hedendaags klinkt, wat de groepsleden meteen in staat stelt om naast composities uit die periode ook eigen stukken te brengen, zonder dat die voor stijlbreuk in het repertoire zorgen.

Foto: Giovanni Piesco
Foto: Giovanni Piesco
Met dat repertoire zit People, Places & Things pal op de scheidingslijn tussen free- en klassieke jazz met duidelijke grooves, maar ook momenten van metrische vrijheid en met duidelijke melodieën die echter een stevige twist meekrijgen, waardoor ze niet meer in de klassieke plooi vallen. Het gevaar is dan natuurlijk dat de muziek te “slap” wordt voor de free-adepten en te dwars voor de klassieke jazzliefhebbers. Mike Reed en zijn collega’s echter, lieten in Antwerpen horen hoe spannend, toegankelijk en gevarieerd het kan zijn om in de schemerzone te vertoeven.

Hoe belangrijk de jazztraditie voor People, Places & Things blijft, was meteen te horen in opener ‘Sharon’. Het energieke thema was schatplichtig aan de boptraditie, terwijl in andere nummers oosterse invloeden, New Orleans brassband-achtige ritmes, klassiek geschuifel, old school jazz uit de jaren ‘30 en vooral veel swing te horen was. 

Die swing liep als een rode draad doorheen de muziek van de avond, waarbij vooral Reed (en in mindere mate bassist Jason Roebke) de motor bleek te zijn. Waar andere drummers vaak één of enkele manieren hebben om de muziek te laten swingen, haalde Reed er duizend-en-één boven. Bovendien nestelde hij zich niet in herhaalde patronen, maar liet hij zijn drumwerk continu evolueren, waardoor hij de muziek mee vorm kon geven. Daarvoor liet de muziek overigens alle ruimte. Door te opteren voor rudimentaire arrangementen, hadden de muzikanten een maximale bewegingsvrijheid, een verschijnsel dat nog vergroot werd door de afwezigheid van de harmonisch doorgaans sterk bepalende piano.

Foto: Giovanni Piesco
Foto: Giovanni Piesco
De verschillende stukken werden meestal ingezet met een unisono-melodie van tenorsaxofonist Tim Haldeman en altist Greg Ward. Na deze eensgezinde aanzet, werd echter keer op keer duidelijk hoe contrasterend de muzikale denkwijze van de twee blazers was. Haldemans solo’s hadden de meest klassieke snit, met een sterke focus op melodie en minder op effect, waarbij hij zich geregeld liet horen als de harmonisch dieper gravend muzikant. Bovendien koos hij in het begin vaak voor korte, versnipperde lijnen, een aardig contrast met de vaak vloeiendere en meer virtuoze melodieën van Ward. Toch was het uitgerekend de altsaxofonist die het verst afdwaalde van de traditionele jazzpaden. Reden hiervoor waren vooral de grote contrasten die hij in zijn bijdrages opzocht. Meer dan eens zette hij zijn solo’s uitdagend zacht in: zwevend in brede klanken of fladderend met vingervlugge motiefjes. Traag openvouwend zocht hij geleidelijk aan dynamisch steviger terrein op, daarbij opgestuwd door een zoetjesaan loskomende Mike Reed. Het was dan ook in de wisselwerking met Ward-Reed dat de dramatische hoogtepunten van het concert te vinden waren, terwijl Haldeman tekende voor een meer bescheiden, soms zelfs wat cerebrale benadering waarmee hij echter met gemak over de grenzen van de metriek schaatste om zo op zijn beurt de duidelijke lijnen wat uit te vagen.

Hoe duidelijk Reed en Ward elkaar soms ook aanporden om stevigere oorden op te zoeken, muziek van totale overgave was er in coStA niet te horen. Daarvoor was de esthetiek van originaliteit en nuance te dominant, alsof de energie gekanaliseerd werd door een intellectuele component, maar gelukkig zonder dat de muziek opgeofferd werd aan eender welke vorm van academisme.

Van Mike Reed's People, Places & Things verschenen tot nog toe vier knappe albums. Het optreden in Antwerpen oversteeg echter nog de studio-opnames: wat op de cd’s al te horen was, werd op het podium nog verder uitvergroot, niet met moeite en inspanning, maar met een frivole vanzelfsprekendheid die de klasse van de muzikanten alleen maar onderstreepte. En dan zijn grote uitspattingen niet nodig om muzikaal indrukwekkend voor de dag te komen.

Meer over Mike Reed’s People Places & Things


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.