De Limburgse componist/dirigent Bert Appermont (°1973) wordt terecht beschouwd als zowat de grootste jonge componist in de blaasmuziek. De voormalige leerling van onder meer Jan van der Roost en Jan Haderman schrijft echter ook muziek voor kamerensemble, koor, symfonisch orkest, jeugdtheater en kinderen. De inspiratie voor zijn muziek haalt hij het liefst uit de volksliteratuur en oudtestamentische verhalen. Sommigen vinden zijn werk wat zwaar tot zelfs bombastisch maar dat ligt vaak aan de interpretaties door de orkesten.

Het eerste deel van 'A Composer's Portrait' bevatte naast 'The Awakening' en 'Choralia' ook 'Noah's Ark' en een selectie uit zijn openluchtmusical 'Zaad van Satan'. Van de hoogtepunten van deze musical maakte Appermont intussen een geslaagde vijftien minuten durende suite, 'Saga Candida', die op het net verschenen tweede deel staat. Opener is 'Rapunzel', gebaseerd op het gelijknamige sprookje van Grimm. Dit korte werk (tien minuten) bestaat uit vier delen en valt op doordat Appermont erin slaagt om een boeiend verhaal te combineren met een lage moeilijkheidsgraad. In het eerste deel, 'The Witch In The Garden', wordt de luisteraar ingeleid in het verhaal en de wereld van dit sprookje. Het droevige tweede deel, 'Rapunzel in the Tower', wordt vervolgd door het dapper klinkende 'The Prince in the Forest' dat eindigt met het huwelijk en het happy end, weergegeven door een herhaling van het beginthema. Hierdoor staat het vierde deel 'The End' een beetje los van de rest. De hoesteksten gaan op dat vrolijke slotdeel, waarin vooral de houtblazers de dienst uitmaken, ook niet in.

Het verhaal van de graaf van Egmont was de basis voor het vierdelige 'Egmont'. Het begint met een meeslepende melodie in 'The Wedding' die overgaat in een renaissancedans. In het tweede deel worden Filips II en Egmont voorgesteld met een flamencogitaar, castagnetten en een prachtige hoornsolo. De dreigende sfeer komt langzaam op de voorgrond en krijgt een hoogtepunt in het derde deel 'Fato Prudentia Minor', een donkere treurmars met veel dissonanten die de terechtstelling van Egmont reflecteert. Deze daad zou uiteindelijk leiden tot de Tachtigjarige Oorlog. De reactie van de Nederlanden wordt uitgebeeld door de hamerende motieven in het scherpe koper (trompetten, hoorns en trombones) en tromgeroffel die uitmonden in een heldhaftige en agressieve strijdmars. Het werk eindigt met een aanhef van het Belgische en het Nederlandse volkslied.

In het driedelige 'Celtic Child' plaatst de componist de leef- en belevingswereld van het kind centraal. In dit werk combineert de componist een harmonieorkest met solozang en kinderkoor, vermoedelijk geen spek voor ieders bek. Na een virtuoze allegro die de ongeremde creativiteit van het kind weerspiegelt volgt een trager deel dat het onbegrip en het onrecht tegen kinderen aanklaagt. Het slotdeel begint met een Keltische dans die uitloopt in een grootse finale.

Waarom het tweede deel uit het euphoniumconcerto – prachtig uitgevoerd door de Zwitserse solist Ueli Kipfer – en uit zijn eerste symfonie 'Gilgamesh' de 'Finale: Journey to Utnapischim' in de selectie werden opgenomen, is moeilijk te begrijpen. Het geeft de cd een fragmentarisch karakter, zoals alle 'Best Of'-toestanden en daarmee doen de samenstellers dit portret van Bert Appermont alleen maar onrecht aan. Met een beetje (commercieel) inzicht hadden ze het fragment uit 'Gilgamesh' niet halfweg de cd maar samen met het deel uit het concerto als afsluiter toegevoegd, als een soort bonustrack.

Meer over Bert Appermont


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.