De Heidelberger Sinfoniker is een ongewoon orkest, met een kleinere bezetting dan een voltallig, honderdkoppig filharmonisch orkest en een voorliefde voor het achttiende-eeuwse en vroeg negentiende-eeuwse repertoire. In opnames van onder meer Mendelssohns symfonieën bij het Duitse platenlabel Hänssler Classics zoeken ze een compacte, vroegromantische interpretatie op, met snelle tempi en veel blaasinstrumenten. Diezelfde aanpak typeert ook hun opname van Haydns symfonieën, een opnamereeks waarin hier de 90ste en 92st ‘Oxford’ symfonie voorgesteld worden.

In hun zoektocht naar een authentieke Haydn gaan dirigent Thomas Fey en zijn muzikanten tamelijk ver, en niet slechts in het instrumentarium, waar trompetten, hoorns en pauken door hun achttiende-eeuwse equivalenten vervangen werden. Fey speelt ook graag met het verwachtingspatroon van zijn luisteraars, net zoals Haydn zelf dat overigens ook deed, door het laatste deel van symfonie nummer 90 bijvoorbeeld op een finale, definitieve manier af te sluiten, en vervolgens vrolijkjes de draad weer op te nemen – de eindakkoorden bleken maar een vals einde te zijn.

De muzikanten van de Heidelberger Sinfoniker brengen vrijelijk versieringen aan en niet enkel op de gebruikelijke plaatsen zoals in de menuetten: zelfs de melodietjes uit de openingsdelen van beide symfonieën worden opgeleukt met extra loopjes en trillers. En het moet gezegd; de twee symfonieën die hier voorgesteld worden, kunnen niet anders dan hun luisteraars charmeren. Nummer 90 klinkt, ondanks zijn nobele toonaard van C majeur eerder speels en vrolijk. Het is een pareltje van een symfonie, met een eerste deel waarbij de kiemen van het hoofdthema al in de trage introductie voorgesteld worden en een enthousiaste, virtuoze finale.

De ‘Oxford’ symfonie klinkt net zo fris en energiek, met prominente blazers om het eerste en laatste deel van de nodige spierballen te voorzien en met een charmant langzaam deeltje. Het valt in dat trage deel trouwens op hoe zuivers de houtblazers kunnen spelen en hoe goed ze op elkaar ingespeeld zijn. Een gelijkaardig opvallende balans, donker en rustiek van klankkleur, valt op tussen de hoorns en de fagotten in het trio van het derde deel van de ‘Oxford’ symfonie.

Dit is een nieuwe en knappe uitvoering van twee van Haydns late symfonieën door een orkest en dirigent die met een duidelijk onderbouwd idee deze muziek aanpakken. Weinig orkesten, of het nu moderne symfonieorkesten of historische ensembles zijn, zouden Haydns muziek zo fris en geestdriftig kunnen presenteren.

Meer over Joseph Haydn


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.