Het Nederlandse label Pentatone Records geeft regelmatig opgepoetste heruitgaven van oude opnames uit, aangepast aan het nieuwe medium van de Super Audio CD. Bij deze cd, met muziek van Tchaikovski en Sibelius is dat niet anders: het gaat over opnames van het Boston Symphony Orchestra uit 1979, onder leiding van Sir Colin Davis.
Tchaikovski's twee ouvertures zijn 'symfonische fantasieën', min of meer vrij qua structuur, de ene gebaseerd op Tsaar Nikolaas' overwinning op Napoleon, de andere op het drama van Shakespeare. Tchaikovski was duidelijk meer opgezet met zijn 'Romeo en Julia', want zijn '1812' beschouwde hij, niet geheel zonder reden, als een propagandawerk (het werd geschreven voor de wereldtentoonstelling van 1882), zonder liefde of gevoel geschreven. Ook Sibelius' 'Pohjola's Dochter' is een soort van symfonisch gedicht, gebaseerd op het Finse epische heldendicht 'Kalevala'. De korte, driedelige 'Karelia' suite is dan weer een muzikale uitbeelding van de gelijknamige Finse provincie, eenvoudig en zachtaardig. De bekende 'Valse Triste' tot slot maakt deel uit van een groter werk met thematiek rond de dood. Het beeldt een stervende vrouw uit die door de Dood op muziek van een trage wals een elegante Weense balzaal wordt binnengeleid.
Sir Colin Davis heeft zijn orkest heel transparant en zuiver gehouden, en zo, mede natuurlijk door de grote kwaliteit van deze Super Audio CD, gaat er geen enkele noot in bas- of middenstemmen verloren. Ook de strijkers hebben niets wolligs, maar klinken net zuiver en perfect gelijk, met scherpe, korte accenten, alsof er met een erg kleine bezetting gespeeld wordt. Het koper wordt zo slank en kernachtig mogelijk gehouden, maar dat kan niet verhinderen dat Tchaikosvki's '1812' ouverture toch de nodige bombast met zich meedraagt. Vooral het lage koper, trombones en tuba, verlenen extra gewicht aan Tchaikovskis muziek eerder dan aan die van Sibelius. Deze "1812" ouverture wordt trouwens in al zijn grootspraak uitgevoerd: orkest en koor, met musketschoten en zwaar klokkengeluid aan het einde, alleen de kanonschoten zijn vervangen door zware tromslagen. De 'Romeo en Julia' ouverture klinkt dan weer heel jeugdig en delicaat, zelfs op momenten – het bekende liefdesthema is er zo een – waar het orkest traditioneel heel wat romantische pathos naar boven haalt. Sibelius' muziek wordt heel fijnzinnig uitgevoerd, luister maar naar de fijne trompetten in de mars uit de 'Karelia' suite. Uit de finale van deze suite spreekt een eenvoudige vrolijkheid (steeds wat zeldzaam bij Sibelius), die een plezier is om naar te luisteren. Ondanks zijn ouderdom blijft dit dus een cd die perfect mee kan met moderne opnames want het orkest bezit een heel fijne, gestroomlijnde klank, precies en zuiver. Bovendien houdt Colin Davis zijn interpretatie doorgaans licht en vloeiend, zonder het overdadige en de bombast die Tchaikovski zo vaak kenmerkt.
Meer over Piotr Ilyich Tchaikovski, Jean Sibelius
Verder bij Kwadratuur
Interessante links
