Hans-Joachim Roedelius (Cluster, Harmonia) noch Stefan Schneider (To Rococo Rot, Kreidler, Mapstation) moeten zich nog bewijzen in het elektronicawereldje. Beide grootmachten hebben diepgravende wortels in het krautrockmilieu, het rijk van experimentele ambient en het neoklassieke minimalisme. Zoals wel vaker gebeurt, moesten de twee Duitsers elkaar wel ontmoeten na meer dan vier decennia knutselen op elektronische apparaten in een broeierig Berlijn. De eerste zijn industriële creaties met eigenzinnige, vervormde geluiden en de tweede zijn broeierige droomlandschappen met emotievol pianospel zijn nu eenmaal gemaakt om samen te smelten. Een kleine drie jaar geleden vertaalde zich dat in ‘Stunden’, een abstracte plaat met diverse, tot de verbeelding sprekende muzikale fragmenten. Die samenwerking gaf aanleiding voor extra inspiratie, wat zich nu vertaalt in opvolger ‘Tiden’.

De plaat begint met een klassiek pianostuk (‘Umstunden’): wandelende, open galmtoetsen van Schneider vormen een kabbelend, aangenaam ritme. Gaandeweg schuifelt Roedelius daar tegendraads tikkende percussietoetsen door. Flarden scheren op de achtergrond en nemen in kwantiteit toe tot een abstracte, erg complexe constructie ontstaat van diverse ritmische elementen die elk hun eigen tred volgen. De piano blijft echter bindmiddel en houdt een mooie synthese over het geheel.

Opvolger (‘Indie Woogie’) gooit het roer helemaal om. De track vertrekt vanuit scherende dronegeluiden, een soort van machinaal gezoem vol beweging, maar met een vrij enerverende eindklank. Gelukkig komen daar zacht strelende pianotonen bij die het geheel een kalmerende uitstraling geven.

Zo gaan Roedelius en Schneider voortdurend in interactie met elkaar, vaak abstract maar nooit echt onaangenaam. Van een erg fragmentarisch ‘Whose Contact?’ vol stiltes en zeldzame aanslagen tot een hikkend, verhakkeld ‘Frankly’, van het buitenaardse ‘Nuance’ tot het industriële ‘Anderer’: de belevenis blijft boeiend en aangenaam.

De oorzaak hiervoor ligt vaak in de humane warmte van de piano van Stefan Schneider, die zijn heil meestal zoekt in de hogere noten. Een song als ‘Graden’ bestaat zelfs quasi uitsluitend uit een geïmproviseerd, sfeervol galmend toetsenspel.

Halfweg wordt ‘Tiden’ wel wat meer fragmentarisch en ongrijpbaar. Dromerige, melodieuze dartels en losse noten missen cohesie. Dat neigt tot indommelen. ‘Mild’ klinkt als een soort van windspel met korte, snelle sequenties van hoge pianoklanken en veel tussenruimte. Meer en meer verzaakt de plaat zijn elektronisch complexere bronnen en duikelt in het rijk van de neoklassieke ambient: spaarzaam en sfeervol.

Hoe kon het ook anders, dit album is een puur klasseproduct. Dertien keer op vinden beide grootmachten een mooie balans met een zuivere, krachtige uitstraling. Zowel vol als leeg: elke track opnieuw is de inventiviteit van deze heren een prettige ervaring. ‘Tiden’ is dan ook tijdloos.

Meer over Roedelius Schneider


Verder bij Kwadratuur

Verder bij Spotify
Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.