De jonge Zweedse sopraan Nina Stemme is een rijzende ster aan het operafirmament. Na o.a. optredens in de Belgische operahuizen heeft ze gezongen op alle grote podia ter wereld. In de toekomst zal ze onder meer te horen zijn op het Wagnerfestival van Bayreuth. Bij het Belgische label Phaedra verscheen zopas haar debuut-cd, waarop ze samen met Jozef de Beenhouwer Wagners Wesendonckliederen vertolkt, naast liederen van Gösta Nystroem en August De Boeck.
De Wesendonckliederen zijn een soort muzikale liefdesverklaring van Wagner aan het adres van Mathilde Wesendonck, van wiens hand de teksten ook zijn. Het bleef echter een onmogelijke verhouding, gezien Mathilde getrouwd was. Toch bleef zij een muze voor hem, en dan vooral bij het schrijven van 'Tristan und Isolde'. Twee van de Wesendonckliederen beschreef Wagner zelf als voorstudies op zijn opera, en verschillende thema's zijn dan ook verwant. Verrassende harmonische verbindingen, chromatiek en dissonanten die niet oplossen zijn enkele van de kenmerken die vooral in die twee liederen te horen zijn. Treffend voorbeeld hiervan is het derde lied, 'Im Treibhaus', dat begint met een onstabiel akkoord in de piano waarboven een melodie zich chromatisch ontwikkelt. Een vast gevoel van tonaliteit verdwijnt hier. De zanglijnen zijn in de hele cyclus breed uitgesponnen en hebben een grote tessituur, die Nina Stemme moeiteloos overwint. Een warme stem, egaal in alle registers, en met een breed palet aan kleuren. In Jozef de Beenhouwer heeft ze bovendien de ideale begeleider. Het breed klanktapijt dat hij creëert doet vergeten dat er van deze liederen ook een orkestversie bestaat (zij het niet van Wagner zelf...). Na Wagner wordt de luisteraar ondergedompeld in een compleet andere wereld: 'Songs by the sea' van de Zweed Gösta Nystroem (1890-1966). Zijn liederen hebben zowel passages met impressionistische inslag, zoals het begin van het eerste lied, als momenten waar melodieën contrapuntisch tegen elkaar geplaatst worden. Vooral in de piano speelt hij vaak met kleurakkoorden zonder tonaal verband. De zanglijn is meestal erg lyrisch, zij het minder uitgesponnen dan bij Wagner. Toch is bvb. het vierde lied, 'I have a Home by the Sea', één grote opbouw naar een dramatische climax in de hoogte, waarna de rust terugkeert. Nystroems muziek, ten onrechte minder bekend, wordt hier perfect gediend door de beide uitvoerders. De '7 Mélodies' van August De Boeck zijn harmonisch iets traditioneler, maar ontlenen hun kracht dan weer aan de melodie. Zijn liefde voor de stem is duidelijk te horen in de prachtige zanglijnen. Wat echter in zijn stijl ontbreekt is nét dat ietsje meer eigenheid: Nystroem en Wagner herken je makkelijk, terwijl bij De Boeck de invloed van tijdgenoten niet te ontkennen valt. Toch zijn dit zeven prachtige liederen in een mooie uitvoering, waarvan nu, naast de beschreven kwaliteiten, vooral de perfecte Franse dictie van Stemme opvalt.
Kortom: een meer dan geslaagde debuut-cd voor een prima zangeres, waarop de kwaliteiten van pianist Jozef de Beenhouwer niet genoeg geprezen kunnen worden.
Meer over V/C
Verder bij Kwadratuur
Interessante links