Is poëzie bij uitstek de kunstvorm waarbinnen aan de taal wordt geschaafd tot alleen het hoogst noodzakelijke overblijft, dan vindt ze qua spontaniteit en naturel waarschijnlijk haar tegenpool in de jazz, het genre waarin klank idealiter als vanzelf lijkt te stromen. Dat Tomasz Stańko’s laatste album naar eigen zeggen gebaseerd op de poëzie van zijn landgenote Wisława Szymborska, laat zich dan ook niet meteen horen. Live was het evenzeer vergeefs zoeken naar de geest van de Poolse dichteres.

Tomasz Stańko & New York Quartet (foto: John Rogers)
Tomasz Stańko & New York Quartet (foto: John Rogers)
Voor trompettist Tomasz Stańko is traditie heilig. Ongeveer vijftig jaar geleden, toen inmiddels tot stof vergane grootheden nog actief aan de weg timmerden, vestigde hij zijn naam binnen de Europese scène en de laatste jaren ontpopte hij zich tot een van de paradepaardjes van ECM. Een cd gewijd aan de muziek van Krzysztof Komeda, een van zijn grote voorbeelden, is geen toevalligheid binnen zijn discografie, evenmin als 'Lontano', dat behalve naar de muziekterm ook zou kunnen verwijzen naar György Ligeti's gelijknamige stuk. Met 'Wislawa' uit 2013 voegde Stańko nog een wapenfeit toe aan het naar collega-kunstenaars refererende deel van zijn oeuvre. Een link tussen Szymborska en muziek is eigenlijk niet helemaal vergezocht: haar taal is soepel, eerlijk en over het algemeen gespeend van kunstgrepen. In 1996 won ze de Nobelprijs voor literatuur en het juryrapport maakte gewag van "de Mozart van de poëzie", om even later te schrijven dat ze taalkundige gratie wist te koppelen aan "de razernij van Beethoven".

Noch Mozart, noch Beethoven zijn te horen op Stańko's meest recente dubbel-cd. Verspreid over twaalf nummers, alles samen goed voor ruim anderhalf uur muziek, borduurt de trompettist voornamelijk verder op zijn eerdere werk bij ECM, dat zich in een soortgelijke, contemplatief-mijmerende sfeer situeert. Nieuw is echter de samenstelling van Stańko's kwartet. Ongeveer vijf jaar geleden besliste de man om op regelmatige basis New York aan te doen. Nadat hij de metropool een aantal keer had bezocht, was het New York Quartet een feit. De opwindende ritmesectie van het Craig Taborn Trio, bestaande uit Thomas Morgan op bas en Gerald Cleaver aan de drums, wist Stańko te overhalen met hem de studio in te duiken. Hij wilde die perfect geoliede tandem nog aanvullen met een andere klankkleur en kwam terecht bij pianist David Virelles, een jonge Cubaanse belofte. Voor het concert in de Bijloke moest Morgan echter verstek geven. John Hébert, onder meer bekend van het Fred Hersch Trio, trad aan als stand-in en vertolkte een regelrechte glansrol. Op Hébert na schuwden de vaste kwartetleden immers de meeste risico's, met een concert dat het van enkele sporadisch beklijvende momenten moest hebben tot gevolg.

Tomasz Stańko (foto: John Rogers)
Tomasz Stańko (foto: John Rogers)
Opvallend was dat Tomasz Stańko zelf niet de meest frisse indruk maakte. Zijn aanzetten waren slordiger dan op de laatste cd en qua toonvastheid liet de man wel erg veel speling toe. Alsof het allemaal niet perfect hoefde te zijn, besteedde hij opvallend weinig aandacht aan zijn klankvorming. Daarenboven hadden zijn improvisaties soms de neiging in formules te vervallen. Waar het overblazen van de trompet een eerste keer zijn effect niet miste, had Stańko er beter aan gedaan er niet naar terug te grijpen. Ook de fladderende figuur waarmee hij zijn geregeld enigszins stuurloos zwalpende improvisaties bruusk bijstuurde, werden een gimmick. Veel meer dan bij de frontman zelf had het publiek de neiging de interessante aspecten van beide sets bij de disgenoten te zoeken, al maakten ook die geen unaniem geïnspireerde indruk.

Van Gerald Cleavers talent hoeft waarschijnlijk geen mens nog overtuigd te worden. In de Bijloke liet hij echter een nogal afwezige indruk na. Zo begeleidde hij een improvisatie van Hébert, die meermaals aangaf de vrijheid te willen krijgen om het tempo op te drijven of af te bouwen, met een eenduidig ritme. Over het algemeen zocht hij weinig contact met de groepsleden: de keuzes die hij maakte, pasten helemaal in het grotere geheel, maar een dialoog opzoeken en zich uitdrukkelijk laten verassen was er niet bij. In twee solo's – de eerste met borstels en bijzonder zachtaardig, de tweede behoorlijk uitzinnig – liet hij horen wel degelijk bij de pinken te zijn. Zijn internationale status bracht zijn passage echter niet in herinnering. Pianist David Virelles stelde dan weer alles in het werk om van zich te laten horen. Meer dan Stańko en Cleaver gaf hij de muziek impulsen, hoewel ook hij niet helemaal aan formulematige ingrepen ontsnapte. Steeds weer geneigd om razendsnel over de toetsen te scheren en zelden de tijd nemend om de composities gewoon te laten 'zijn', had Virelles allicht indrukwekkender geklonken door zich twee keer te bedenken vooraleer hij tot muzikale actie overging. Desondanks zorgde hij onmiskenbaar voor leven in de brouwerij, waar Hébert gretig op inspeelde.

Tomasz Stańko & New York Quartet (foto: John Rogers)
Tomasz Stańko & New York Quartet (foto: John Rogers)
Waarom de vervanger precies de meest bezielde indruk maakte, is een raadsel. Waarschijnlijk is dat hij noch op het repertoire, noch op zijn kompanen uitgekeken is. Weliswaar had Hébert zich in een comfortabele begeleidende positie kunnen terugtrekken en beide sets op veilige modus kunnen voltooien. Hij koos echter voluit voor het avontuur. Een strikte scheiding tussen solo en begeleiding liet hij niet toe: het merendeel van de tijd trachtte hij vanuit de achterhoede zijn collega's uit hun lood te slaan. Niet al zijn improvisaties scheerden de hoogste toppen, maar hij stelde alles in het werk om het bevroren repertoire van het kwartet te reanimeren. Hevig strijkend of intens aan de snaren plukkend (zelfs even onder de kam van de contrabas) stuiterde hij van melancholische karakters naar blijmoedige, onderweg een scala aan ideeën uittestend. Hij deed wat Stańko, Virelles en Cleaver te veel uit de weg gingen: de broosheid van de thema's openbreken en iets proberen creëren dat uniek is, ook al zou dat unieke slechts een tweetal uur binnen de muren van de Bijloke bestaan. Hoe vertederend de composities op 'Wislawa' ook mogen zijn, live kwamen ze als versteende monumenten over – alsof hun statige, glorieuze pracht al aan het uitdoven is.

Meer over Tomasz Stańko & New York Quartet


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.