Het is lang geleden dat Domenico Modugno een grote hit scoorde met ‘Nel Blu Dipinto Di Blu’, beter bekend als ‘Volare’ (1958). Iets recenter waren het onder meer Laura Pausini, met ‘La Solitudine’ (1993) en ‘Strani Amore’ (1994), en Andrea Bocelli, met ‘Con Te Partirò’ (1995), die Europa muzikaal bestookten. Verder kan bezwaarlijk geproclameerd worden dat het verschijnen van Italiaanse muziek in West-Europa schering en inslag is. Voor Daniele Brusaschetto mag hier evenwel een lans worden gebroken én moet er tevens onderstreept worden dat de tentoongespreide muziek van een volledig andere natuur is dan wat hierboven vermelding kreeg.

Daniele Brusaschetto, afkomstig uit Turijn, brengt sinds het midden van de jaren negentig muziek uit. Dat werk was aanvankelijk te catalogiseren als experimentele intimistische industrial. Tijdens zijn jeugd was hij evenwel vooral participerend binnen het lokale hardcore- en thrash-/death metal-milieu, om tijdens de vroege jaren negentig te evolueren richting noise rock, industriële rock en avant gardistische improvisatie met sporadisch wat passen richting jazz.

Op het jongste album, ‘Frangranze Silenzio’, van Daniele Brusaschetto lijkt de persoonlijke geschiedenis een broeierige, edoch vrij dromerige, symbiose te hebben bereikt. De plaat gaat van start met spaarzaam trillende klankecho’s (gitaar en piano) die even later op sleeptouw worden genomen door hi-hat cimbalen en een slepende stem. Dit resulteert in een fragiel en mistig klanklandschap (‘La Bambina Intermittente’), dat al bij al vrij toegankelijk overkomt. Daarna lijkt de drumcomputer het allemaal even over te nemen, met daarover een bezwerende stem (‘Ali Di Mosca’). Beide nummers bezitten een sfeer en een diepdonkere klank die wat doet denken aan het werk van Kris Dane, maar dan met een meer experimentele inslag. Het warme en krakende hoogtepunt ‘Clouds’ is een nummer in haast onverstaanbaar Engels (gelukkig is er nog die titel), maar met een alleraardigst gitaarloopje en doffe basgeluiden

Met voorbeelden als ‘Clouds’ en ‘Fiori Finti’ is ook een tros nummers aanwezig die niet werden voorzien van zang. ‘Fiori Finti’ kenmerkt zich bovendien door gitaar- en pianolijnen die wat jazzy aandoen, maar tevens vooral neigen naar industrial en experiment.

Anderen dreigen wat te verzinken in chaotische klanken, zoals ‘Il Sole Domani’. Ook het van pingpong-ritme voorziene ‘Raccontamelo Come Fosse Una Favola’ dreigt over dezelfde drempel te vallen, alleen huist achter het ruispakket een ijzersterke popsong.

Ondanks het feit dat de titel van het album de lading nagenoeg volledig dekt (‘geurende stilte’), is de afsluitende titeltrack op zich afwijkend van de andere nummers. Waar de klank elders vrij spaarzaam en soms zelfs als verstild te benoemen was, is dit nummer veeleer apocalyptisch en zelfs intens. Doordringende gitaargeluiden en cimbalen die de bovenhand krijgen, vormen een chaos die af en toe doorspekt wordt met ruis en zijn Italiaanse gezang. Misschien enkel omdat het de nadruk van het album meer naar het einde verlegt, kan dit doorgaan als één van de hoogtepunten van het album.

Met ‘Frangranze Silenzio’ gaat Daniele Brusaschetto verder op zijn eigen weg in het muzieklandschap. Hierbij zoekt hij vooral de paden van het experiment op, met de klemtoon op het dromerige en fragiele. Te vermelden zijn hoogtepunten als ‘Clouds’ en het titelnummer. Zo wisselen vlot verteerbare passages af met veel moeilijker te nemen hordes, waardoor ‘Frangranze Silenzio’ geen doordraaiplaat is, maar wel één die enkel geschikt is voor de donkerste momenten van het jaar. Bovendien heeft het gebruik van het Italiaans, dat vaak klinkt als dialectisch Latijn, iets kerkelijks. Laat dat laatste als een waarschuwing gelden.

Meer over Daniele Brusaschetto


Verder bij Kwadratuur
  • Helaas geen extra info meer.

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.