Met akoestische gitaar, viool en contrabas vormen Gilbert Isbin, Jeff Gauthier en Scott Walton geen standaard jazztrio, noch passen ze in het plaatje van de huidige elektronische jazztendensen. Flashy is hun muziek niet meteen te noemen, maar op 'Venice Suite' laten ze wel horen wat lekker ouderwets vakmanschap kan opleveren zonder oubollig te klinken.

Dankzij de samenstelling van het trio is iedere muzikant verzekerd van een eigen register en een eigen terrein. Van onderlinge naijver is dan ook nergens sprake, wat het groepsgeluid ten goede komt: zonder extreem complex te worden demonstreren de heren een secuur en afgelijnd samenspel. Het muzikale evenwicht wordt daarmee uiteraard delicaat, maar buiten de wat zwakke intonatie van Walton in 'Why Was That' houdt het trio alles onder controle.

Het album voorstellen met één exemplarisch nummer is onmogelijk. Daarvoor worden er te veel muzikale uitersten opgezocht. Niet dat de muziek bijzonder eclectisch is, maar het contrast tussen de gecomponeerde tracks en geïmproviseerde suites is groot.

Het meest toegankelijk zijn de melodische, duidelijk afgelijnde stukjes – geen enkele track komt boven de vijf minuten uit – waarin de solistische passages ondergeschikt zijn aan het triospel. Met de zachte sound en de drukkere gitaarpartijen sluit de muziek aan bij chanson en flamenco zonder zich in deze stijlen vast te bijten. Binnen dit kader laveert het trio tussen licht weemoedig, duister en zelfs licht dreigend. 'Shine' wordt gedragen door een stevige contrabasdrive en 'Why Was That' laat een knap uitgewerkt arrangement horen. Andere nummers klinken dan weer vrijer, zoals 'Cute Moments' waarin de drie muzikaal rondcrossend tikkertje lijken te spelen.

In de driedelige suites leert de luisteraar een heel ander trio kennen. Door resoluut te kiezen voor improvisatie wordt het klankbeeld hier minder uitgesproken melodisch. Dat daardoor de samenhang niet verloren hoeft te gaan wordt bewezen in het openingsdeel van 'The Venice Suite' – met Walton op piano. Binnen het lossere samenspel gebruiken de drie muzikanten muzikale bewegingen die nauw bij elkaar aansluiten, zonder dat er van een allesoverheersende melodie sprake is. Daarna verschuift de muziek in de richting van het mistige impressionisme (Satie zonder de duidelijke melodie) om in het slotdeel helemaal de kaart van de klank te trekken. Bij aanvang kruipen de drie nog samen omhoog, maar daarna wriemelen ze tintelend door elkaar en worden de snaren van de verschillende instrumenten op minder gangbare manieren bewerkt.

Voor de tweede suite, 'The Brugge Suite', is de bezetting beperkt tot het duo Isbin-Gauthier, waarbij deze laatste door het stevig aanstrijken flirt met de muziek van Bartók, waarna de muziek een meer melodische, maar wel eerder abstracte wending neemt: van vlotte meefluiters is er hier geen sprake.

Door de finesse van het geluid en het delicate samenspel lonkt het trio Isbin-Gauthier-Walton naar de klankwereld van een band als Tin Hat. Waar deze Amerikanen echter een veel breder klankpallet kunnen mobiliseren, blijven Isbin en co door het bescheiden instrumentarium eerder beperkt. Ze compenseren dit deels door het werken met verschillende spelconcepten, maar iets meer kleur had deze cd een verfrissend extraatje kunnen geven.

Meer over Isbin / Gauthier / Walton


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.