Beethoven schreef in zijn vroege jaren een betrekkelijk groot en divers oeuvre voor blazers neer, wat, gezien de populariteit in de late achttiende- en vroege negentiende eeuw van zogenaamde 'Harmoniemusik' niet slecht gezien was van hem. Enkele van zijn werken voor blazers, zoals het septet opus 20, gingen al snel tot Beethovens meest populaire werken behoren. Het is dan ook niet echt verbazingwekkend dat veel van Beethovens andere werken door derden voor blazers bewerkt werden. Het standaardensemble was daarbij een groep van twee hobo's, twee klarinetten, twee hoorns en twee fagotten met contrabas of (zoals op deze opname contrafagot) als ondersteuning. Deze cd stelt dan ook enkele bekende composities van Beethoven voor, door tijdgenoten voor blazersensemble bewerkt.

De Egmont Ouverture belicht duidelijk sterktes en zwaktes van zulke arrangementen. De trage inleiding bezit dezelfde donkere klank als het origineel maar valt toch wat licht uit want deze negen muzikanten kunnen natuurlijk niet even goed Beethovens gevoel voor drama overbrengen als een symfonisch orkest. De 'allegro' sectie komt dan weer veel beter over, met een nerveus, gejaagd mineurkarakter.

De eerste symfonie, in een arrangement van ene Georg Schmitt, overleeft haar transcriptie dan weer veel beter. Een extra fagot zorgt voor een stevige basis waarop de andere blazers kunnen bouwen. Enkele delicate passages, zoals de fijne akkoorden waarmee de symfonie opent of het trio in het derde deel krijgen met acht blazers toch de klankrijkdom mee die de orkestrale versie tentoon spreidt. Het trage deel van de symfonie klinkt uitstekend want ook in het origineel krijgen de blazers daar een prominente rol toebedeeld en zelfs de snelle 'tutti' passages in het laatste deel klinken door de samengebalde kracht van acht blazers bijna orkestraal. Dat missen enkele andere arrangementen op de cd namelijk een beetje. De ouverture tot Fidelio bijvoorbeeld, een terts lager dan het origineel mist wel wat van de briljantie die de orkestrale versie aanbiedt. Arrangeur Wenzel Sedlak slaagt er ook minder goed in om Beethovens energieke slot haar 'swung' te verlenen en het resultaat wordt iets te mechanisch uitgevoerd. De mars uit de eerste akte van de opera is daarentegen oorspronkelijk al bijna voor 'harmonie' gedacht en komt dus ook met opgewekte precisie erg goed over.

Hoboïst Josep Triebensee bewerkte het middendeel uit Beethovens kwintet voor hobo, klarinet, hoorn, fagot en piano voor negen blazers en het resultaat is een erg delicaat stukje muziek dat misschien niet tegen het origineel op kan maar niettemin de veelzijdigheid van een achttiende- of negentiende-eeuwse 'harmonie' laat horen. De soli die in het origineel bij de vier blazers zitten blijven trouw bewaard maar hadden in een enkel geval toch wat minder 'matter-of-fact' gespeeld kunnen worden.

De haren van klassieke pianisten zullen er wellicht van gaan rechtstaan maar ook de Sonata Pathétique werd voor blazers bewerkt. Deze versie klinkt uiteraard symfonischer, met een tempo dat minder vrijheid verdraagt maar Beethovens gevoel voor drama eigenlijk best knap kan vertolken. De snelle trekken in het eerste en laatste deel worden echter met veel flair en virtuositeit gespeeld en het geheel klinkt verschillend genoeg van de pianosonate om niet als een beschamende transcriptie gezien te hoeven worden. Een leuke en knap uitgevoerde opname dus maar als curiosum eerder voor wie eens wat nieuws wil horen.

Meer over Ludwig van Beethoven


Verder bij Kwadratuur
  • Helaas geen extra info meer.

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.