Een gekende reggaeband die eer betoont aan de grote dancehall-, ska- en rocksteadyhelden van weleer: zoiets is gedoemd tot goede muziek. De Amsterdamse begeleidingsband Rude Rich & the High Notes mocht reeds eerder platen inspelen voor ondermeer Derrick Morgan en Winston Francis, maar kiest voor zijn zesde studioalbum een eigen koers.
Tien keer op rij eert dit tienkoppige gezelschap een overleden Jamaicaans leadzanger. Na zo’n vijf decennia van Caraïbische muzikale sensualiteit, is er natuurlijk keuze te over. Rude Rich en co hebben zich echter niet laten meeslepen door veelvuldigheid, maar beperken zich tot een bondig rootsplaatje met twee handen vol eigen interpretaties en – toepasselijk – twee instrumentale dubtracks als bonus. De baseline ‘Tribute to the Greats – the Legacy Vol.1’ kondigt meteen aan dat er nog meer eerbetoonplaten staan aan te komen.
Dit is rootsreggae zoals hij hoort te zijn: strak, hardnekkig doorrollend en zomers. Een ritmische tandem van slaggitaar, diep zingende bas en afgetekend drumwerk bakent het geheel af in een heerlijk archaïsch klinkend ‘Young Generation’ van Desmond Dekker dat bijgestaan wordt door prikkelende blazers. Daarmee zetten The High Notes een mooie basis neer voor de zachte, melodieuze croonerstem van Rude Rich, die misschien bij momenten net dat tikkeltje groezeligheid mist om cool ruler Gregory Isaacs (‘All I Have Is Love’) of Alton Ellis (‘I Am Still in Love’) te kunnen spelen. Grappig genoeg hebben The High Notes nog backingband gespeeld voor die laatste rocksteady godfather.
Het zijn echter de minutieuze extra’s die hier voor de winst gaan. Een diep hobbelend orgeltje zit verscholen in het qua vocale samenzang erg UB40-lijkende ‘Never Let Go’ van de minder gekende, slechts vijfentwintig jaar geworden Slim Smith. Ook Skatalites-toetsenist Jackie Mittoo krijgt een tikkeltje extra in zijn legendarische ‘African Love Call’, een heerlijk glijdende, instrumentele rootssong waarin de melancholie van de blazers zich mooi meet met warme orgelsolo’s.
‘Tribute to the Greats’ mag voor leken dan lijken op een vlot ska- en rocksteadyplaatje vol prettige covertjes, in feite bevat de cd veel meer inhoud. Enkel al song- en artiestenkeuze duiden op een grote kennis van de reggaegeschiedenis en zijn helden. De manier waarop liedjes niet zomaar gekopieerd worden, maar gepoeierd met dat tikkeltje eigenheid en extra vrolijkheid, bewijst dat hier sprake is van een terecht, kwalitatief sterk eerbetoon. Rude Rich and The High Notes mogen snel de studio in voor een tweede volume.