Er mogen dan geen doodgemartelde kinderen of bejaarden opstaan, qua mistroostigheid kan de lp-cover van ‘Watseland’, het tweede album van Stray Dogs, tellen. Daarmee ligt die helemaal in de lijn van de auditieve elektroakoestische uitzichtloosheid waarop Koenraad Ecker (cello, gitaar, elektronica) en Frederik Meulyzer (percussie, elektronica) de luisteraar trakteren.

Was er op hun vorige release ‘Intangible States’ nog ruimte voor een rijkere aankleding en bij momenten zelfs een vlaagje groove of een riff, op ‘Wasteland’ kiezen de twee voor een minimalistischer, donkerder en abstracter geluid. Het lijkt soms zelfs de luisteraar de laatste uren van Nanna Birk Larsen uit ‘The Killing’ meemaakt: niet door de ogen van de toeschouwer, maar door die van het opgejaagde en gedesoriënteerde slachtoffer zelf.

Verende en echoënde geluiden lijken uit de diepte op te borrelen waardoor de luisteraar ze onmogelijk kan voorzien. Ronkende celloklanken, bekraste cimbalen, rituele drums en een occasionele jankende elektrische gitaar versmelten met elektronisch zoemen, schudden en dreunen of een bel die verdacht veel aan een (uiteraard onveilige) spoorwegovergang doet denken. Zo creëren Ecker en Meulyzer een beklijvende en benauwende sfeer waarin afgekloven echo’s te horen zijn van onderwaterindustrial, tot op het bot uitgebeende dubstep of de grauwheid van een Engelse underground drum’n’bass club in het begin van de jaren ’90.

Daarbij kiezen de twee vaak voor kleinere geluiden die muziek meer ruimte geven. Zo klinken zelfs de gelaagde stukken nooit echt vol en kan alles wat aangeleverd wordt maximaal op de luisteraar inwerken. Stilvallen doet de muziek echter nooit. Omwille van de zorgvuldige opbouw blijft ze altijd in beweging, vaak met kleine veranderingen, af en toe met dramatische wendingen. Bovendien lijken de verschillende klanken elkaar aan te zuigen, waardoor het bij momenten moeilijk uit te maken valt waar een bepaalde inbreng vandaan komt.

Naar echte melodische referenties is het vruchteloos zoeken. Dit zelfs wanneer Ecker even duidelijke tonen uit de cello haalt. Cellolijnen die samenklitten tot een insectenzwerm of plots voorbijzoeven mogen dan duidelijke toonhoogtes laten horen, veel houvast bieden ze niet. Alleen in het afsluitende ‘Ruins’ leggen de gestapelde klanken van Ecker een herkenbare harmonie neer. Wat mooi melancholisch had kunnen zijn, wordt echter meteen grauw bekrast.

Ook metrisch blijft de muziek doorgaans vaag, alsof de geblinddoekte luisteraar maar op de tast of via het weerkaatsende geluid zijn weg moet zoeken. Wanneer in ‘Rite’ of ‘Ruins’ dan toch even een duidelijk en zelfs obsessief ritme uit de drums wordt geramd, klinkt dat alles behalve geruststellend. Meulyzer jaagt de luisteraar vooruit, op de vlucht voor wat er gaat komen.

Van wat dat dan juist is, blijft de luisteraar in het ongewisse. ‘Wasteland’ is dan ook een even onvoorspelbare als donkere plaat die door de composities gelukkig ook meer is dan een loutere sfeerschepping. Hoe rekbaar dit concept is, valt live nog af te wachten, maar voor de net iets meer dan veertig minuten durende lp, werkt het in ieder geval wel.

Meer over Stray Dogs


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.