Omstreden zijn ze in elk geval, de heren Karl Hyde en Rick Smith. In de jaren '90 joegen ze een rockpubliek in de bomen door als live danceact te infiltreren op 'hun' grote festivals en in de jaren 2000 joegen ze het dancepubliek tegen zich in het harnas door meer en meer platte, commerciële muziek te produceren. Anno 2007 stoot Underworld bovendien ook het eigen publiek tegen de borst, niet enkel door niet op te dagen als hoofdact op I Love Techno, maar ook met hun nieuwe cd, 'Oblivion with Bells'. De band kiest immers niet meer resoluut voor beats, maar wel voor minimale, meer complexe elektronica. Fans van het eerste uur zouden over dit plaatje wel eens aardig misnoegd kunnen zijn, want op zijn uiterlijk na heeft deze nieuwe langspeler niets te maken met de populaire 'Dubnobasswithinmyheadman'. Underworld zet echter gewoon een nieuw masker op, ook al is dat minder gemakkelijk te plaatsen dan voorheen.

De cd begint vrij voorspelbaar: met schuifelende beats, een zweverige melodie en vooral de typerende ontdubbelde zang klinkt Underworld meteen groots en herkenbaar. Meteen na dit heerlijke moment volgt zelfs het hoogtepunt van de plaat: single 'Beautiful Burnout'. De combinatie van de monotone, neurotische robotstem van Hyde en diep stuwende pulsen neigt tot hogere dimensies. Midden in dit nummer laat de band al een eerste keer de bassen volledig los om over te gaan in opzichtige breakbeats: een voorbode van het meer complexe werk dat volgt. Nog drie tracks lang drijft dit duo zijn status als dancemeesters door: 'Holding the Moth' wordt zelfs gestuwd door minimale technobeats en 'Ring Road' is met zijn prachtige mechanische aan hiphop geleende ritmen zelfs een tweede hoogtepunt – maar dan is het over met gemakzucht. Meer en meer komt immers boven wat voordien nog vrij goed verborgen werd: de veelgelaagdheid en zoektocht naar juiste geluiden en klankcombinaties. 'Glam Bucket' zinkt weg in zo'n diep wervelende cocktail van geluiden dat de luisteraar ervan gaat duizelen. Een derde voor het einde laat Underworld de teugels echt helemaal vieren. Murmelende ambient ('Cuddle Bunny vs the Celtic Villages') of een klassieke, akoestische verpozing met cello en piano ('Good Morning Cockerel') halen het tempo volledig naar beneden en zelfs een lome triphop met diepe basdubs en mooie zangeffecten ('Best Mamgu Ever') voorkomt niet dat dit plaatje nogal in mineur eindigt.

Als er één verwijt niet aan het adres van Karl Hyde en Rick Smith thuis hoort, is het wel dat van conservatievelingen. 'Oblivion with Bells' verloochent een verleden als hippe danceband niet, maar reikt toch duidelijk een stuk verder. Of dat nu een geslaagde evolutie is, is spijtig genoeg niet altijd even duidelijk.

Meer over Underworld


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.