Midden oktober vinden in de Londense Royal Albert Hall de jaarlijkse Nationale Brassband Kampioenschappen van Groot-Brittannië plaats. Een enkel plichtwerk beslist welke van de ongeveer twintig bands zich Nationaal Kampioen mag noemen. De winnende uitvoering alsook de hoogtepunten van het galaconcert worden elk jaar uitgebracht: naast het minder toegankelijke maar technisch erg hoogstaande plichtwerk bevat de cd ook werken met een hoge entertainmentfactor.
Grote vraag was wie de momenteel ongenaakbare Europese en uittredend nationaal kampioen Black Dyke Band zou kunnen kloppen. Verrassende winnaar toch wel werd de Leyland Band onder leiding van Russell Gray, die ondanks een zeer vroege loting – altijd een nadeel in wedstrijden - Black Dyke met amper een half procent klopte. Het had wat weg van een sprookje: net als de Grimethorpe Colliery Band in 1992 verloor dit collectief haar sponsor en was het financieel eerst niet haalbaar om naar de Royal Albert Hall in Londen af te zakken en net als Grimethorpe toen werd nu Leyland de winnaar. (Het verhaal van Grimethorpe werd trouwens de basis voor de film 'Brassed Off'.)
Het nagelnieuwe plichtwerk, 'Eden' van Dr. John Pickard, zit op dezelfde lijn als zijn 'Gaia Symphony', waarin de componist nadenkt over de relatie tussen de mens en de schepping. Het werk wordt voorafgegaan door de slotregels van John Miltons 'Paradise Lost'. Het van de muzikanten veeleisende werk bestaat uit drie naadloos in elkaar overvloeiende delen. Het rustige en pastorale eerste deel beschrijft Eden zelf en de oorspronkelijk harmonische relatie van de mens met het Aards Paradijs en de Schepper. In het tweede deel volgen we de zondeval en de uitdrijving uit Eden. Dit deel is zeer snel, razend en geweldig en beeldt mooi de chaos uit die hieruit volgde. Terwijl de mens zichzelf naar de afgrond jaagt, zoekt en vindt de componist een soort heil geïnspireerd door het Eden Project in Cornwall, weg van de geïndustrialiseerde en gematerialiseerde wereld waardoor hij het werk toch in schoonheid en vol optimisme kan eindigen. Opvallend hier waren de schitterende solo's van cornettist Andy Lord, euphoniumspeler Billy Millar en vooral trombonist Runar Vallheim Vaernes die voor de uitvoering van zijn aartsmoeilijke partij de prijs voor de beste muzikant mee kreeg.
Over de keuze uit de werken van het galaconcert kan gediscussieerd worden. Het wordt geopend door Band of Her Majesty's Royal Marines Fanfare Team en verder verzorgd door de winnaars van vorig jaar, The Black Dyke Band, alsook de Aveley & Newham Band en het Oostenrijkse Mnozil Brass. De laatstgenoemde band is een septet rond Thomas Gansch, ook bekend van Gansch & Roses en Vienna Art Orchestra. Mnozil Brass heeft een sterke livereputatie met de nodige humor, op cd is de groep helaas hoogstens een paar keer grappig. Bovendien hoor je dat de humor vooral visueel was. Wat ze met von Suppé's 'Die Leichte Kavalerie' uithalen, lijkt op plaat althans puur verkrachting en het publiek muteert zelfs plots tot meeklappend vee. Bij 'Overture of the Trojan Boat' en 'Green Hornet' houd je het wel uit, ook al omdat het onwaarschijnlijk is hoe zeven muzikanten samen als een heel orkest klinken. Ook ambiance is het virtuoze 'Hora Staccato' van Gregorias Dinicu door The Black Dyke Band. Twee jaar geleden werd dit werk hier ook gespeeld door de Welshe Buy As You View Band (op de cd 'Kapitol Brass') en die versie geeft meer het Oost-Europese karakter weer, terwijl Black Dyke een klassiekere aanpak voorstaat.
Veel ingetogener is 'Nimrod' waarin Richard Hollick een emotioneel verhaal vertelt over een frontsoldaat aan de vooravond van de grote slag, met op de achtergrond The Black Dyke Band. Deze band besluit ook de cd met indrukwekkende versies van Moessorgski's 'Great Gate of Kiev' en Bachs 'Toccata in D Minor'. Tussenin begeleidt de Aveley & Newham Band multi-instrumentalist Glyn Williams, eerst in het prachtige euphoniumduet 'Canon Lan' met zijn broer Aled en vervolgens in 'Soloist Showcase' waar hij een tour de force uithaalt door zowel op bugel, cornet, alto, bariton, euphonium en trombone te soleren.
De cd 'Eden' is meer dan de vorige registraties van de Britse Nationals een cd vol variatie geworden. Helaas ging dat in twee werken zwaar ten koste van de kwaliteit maar met de programmeertoets houdt de luisteraar toch net een uur klasse over.
Meer over V/A
Verder bij Kwadratuur
Interessante links