Sinds 1994 geldt de 'The Rough Guide to World Music' als één van de beste naslagwerken op het vlak van wereldmuziek. Minder bekend is de reeks van CDs die het boek – twee delen sinds de nieuwste editie – vergezelt. Zo is er de onlangs verschenen 'The Rough Guide to Raï'. Deze CD biedt een mooi beeld van wat deze Algerijnse muziekstijl te bieden heeft. Ideaal als introductie ('rough guide'), maar voor de raïliefhebber geen verrassingen. Temeer omdat de auteur van het hoofdstuk 'Algeria: Raï' in 'The Rough Guide to World Music' ook de samensteller van de CD is. Opvallend is ook dat het overgrote deel van de nummers gelicenseerd staat bij één label, Culture Press.
Raï ontstond in Algerije tijdens de postkoloniale periode, in de jaren 1960. Tijdens deze periode had Algerije te kampen met een gigantische werkloosheid. Velen emigreerden naar Frankrijk en het moslimfundamentalisme vierde hoogtij. Maar er waren ook jonge zanger(e)s(sen) die een licht in de straatarme duisternis trachtten te brengen met vrolijke dansmuziek en teksten waarin het establishment gehekeld werd en een hedonistische levensstijl vol drank en seks bezongen werd. 'Raï' betekent dan ook letterlijk zoiets als mening, visie, opinie, beoordeling, enz. Dit maakt het gemis van tekstvertalingen in het CD-boekje van de teksten des te groter.
Muzikaal gezien heeft raï haar oorsprong in traditionele bedoeïenengezangen die met roffelende handtrom en frivole rozenhouten fluit begeleid werden. Een voorbeeld hiervan is 'Guendouzi Mama' van Cheikha Remitti. In de jaren 1960 deden popmuziek en het bijbehorende instrumentarium hun intrede. Dankzij enkele jonge muzikanten die niet terugdeinsden voor een trompet, elektrische gitaar of synthesizer, werd Raï gemoderniseerd en dansbaarder gemaakt. De complexe ritmiek bleef evenwel behouden als ook de typische zangstijl waarbij op één klinker een halve toonladder wordt afgelegd. Ter illustratie kan het sobere gezang van 'Ana Aachki Bahloul' vergeleken worden met het kinderkoortje, de poppy saxofoonsolo en de strakke bonkbeat van 'N'Touma'. Ook 'Consulat' met een vage hiphop beat en reggaesynthesizer kan als uitstekend voorbeeld dienen van hedendaagse raï.
De nieuwe generatie muzikanten noemden zichzelf bijna altijd Cheb of Cheba voor de zangeressen, wat 'jong, knap' betekent. De bekendste Chebs zijn Cheb Khaled – hij liet het voorvoegsel enkele jaren geleden vallen – en Cheb Mami. Deze laatste pakt in het aanstekelijke 'Lazrag Saâni' uit met een tegendraadse synthesizer en elektrische gitaar in een drietelsmaat. Voorts krijgen achtergrondzangeressen een belangrijke rol toebedeeld en mag de viool virtuoos de solo spelen. Cheb Khaleds 'Ya Loulid' klinkt wat minder spannend met de stem voortdurend op de voorgrond en af en toe een strijkerorkest dat het thema mag spelen.
De historische evolutie van gezang plus trommel en fluit naar groot poporkest valt relatief goed te volgen op 'The Rough Guide to Raï' al staan de nummers niet in chronologische volgorde. Het vergt wat programmeerwerk op de CD-speler om van Cheikha Remitti over Cheba Zahouania, Fadela en Bellemou tot de pop-raï van o.a. Cheb Anouar, Cheb Asni, enz. te geraken. Maar het boekje bij de CD kan hierbij wel steun bieden.
'The Rough Guide to Raï' biedt een zeer degelijk overzicht van wat deze moderne Algerijnse muziek te bieden heeft. Spijtig blijft ook dat raïmuzikanten zelden een commerciële kans krijgen buiten compilaties. Dit ondanks het feit dat (Cheb) Khaled en Cheb Mami echte wereld(muziek)sterren zijn.

Meer over V/A


Verder bij Kwadratuur
  • Helaas geen extra info meer.

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.