De contrareformatie bracht enkele verregaande veranderingen met zich mee in de Katholieke kerk en niet in de laatste plaats ook in de kunsten. De triomfantelijke Katholieke barokstijl, met zijn weelde en uiterlijk vertoon, vond zijn uitdrukking in de gigantische Oostenrijkse bedevaartskloosters, zoals in Melk, in de heraanleg van het Sint Pietersplein in Rome of, in de muziek, in het werk van onder meer Giacomo Carissimi.

Carissimi was kapelmeester in het Collegio Germanico in Rome, een post die in vroegere tijden door Tomàs Luis de Victoria ingevuld werd. Een van zijn belangrijkste verwezenlijkingen was het inwerken van de recente, intens dramatische ‘Stile Moderno’ in de Katholieke liturgie. Hiermee werd een deur geopend naar de wereld van de zeventiende-eeuwse Italiaanse opera, met zijn hevige affecten en maniërismen.

Die vernieuwingen verspreidden zich snel naar andere landen, met name Frankrijk. Deze verzameling van werken combineert drie religieuze drama’s van Marc-Antoine Charpentier en Carissimi zelf met een reeks instrumentale sonates en ‘symphonies’ van hun tijdgenoot Sébastien de Brossard. Het is een praktijk die uit de zeventiende eeuw zelf stamt, waarbij religieuze, vocale werken omkaderd werden met zuiver instrumentale stukken en die op deze plaat ook erg goed werkt: Brossards ‘Symphonie pour le Graduel’ bijvoorbeeld sluit, met zijn langzame g mineur karakter, perfect aan bij het trieste einde van Charpentiers ‘Le Reniement de Saint Pierre’.

De religieuze werken krijgen een opvallend ‘opera-gevoel’ mee, met dramatische dialogerende passages en een vertelstijl die ver af staat van de strakke polyfonie die doorgaans overheerst in religieuze muziek. ‘Le Reniement de Saint Pierre’, het verhaal van de verloochening van Christus door Petrus bijvoorbeeld, laat een dramatisch geschandaliseerde Petrus horen, gezongen door tenor Nicolas Scott, wanneer Jezus aankondigt dat Petrus hem driemaal zal verraden voor de haan kraait. Zelfs het slotkoor, vol met pijnlijke dissonanten op de woorden “et egressus foras, flevit amare” (“en hij ging naar buiten en huilde bitter”) klinkt flegmatisch genoeg om op een bühne gebracht te kunnen worden.

De dialoog tussen God en Abraham in ‘Sacrificium Abraham’, in recitativo secco gebracht, had, afgezien van de Latijnse tekst, net zo goed uit een opera van Cavalli kunnen komen terwijl de dialoog tussen Abraham en Isaac net nadien een typevoorbeeld mag heten van Stile Moderno, met wrijvende dissonanten en een overvloedig chromatische baslijn, als uitbeelding van Abrahams vertwijfeling in deze scene.

De instrumenten begeleiden de vocale werken erg discreet, een beetje teveel zelfs. Waar ‘Le Reniement de Saint Pierre’ enkel door orgel begeleid wordt, krijgt ‘Sacrificium Abraham’ twee obligate vioollijnen mee, maar in de balans met de stemmen blijven beide instrumenten compleet op de achtergrond.

De vocale prestaties zijn overwegend beslist aan te raden, of het nu de mooie, soepele samenklank van het voltallige koor is (vier- of vijfstemmig en elke stem dubbel bezet) of de verschillende vocale soli. Zo maken twee jeugdig klinkende sopraanstemmen in ‘Sacrificium Abraham’ (Mhairi Lawson en Alice Gribbin) een fijnzinnige indruk, net als het zesstemmige koor in de ‘Historia di Jephte’, met zijn drievoudig verdeelde sopraanstemmen.

Tenor Robert Murray daarentegen heeft wat meer moeite, met de loopjes en coloraturen in Carissimi’s ‘Historia di Jephte’ bijvoorbeeld. Toch blijft dit een knappe uitvoering van een wat vergeten repertoire: kleinschalige religieuze (katholieke) cantates uit Frankrijk en Italië die wat in de schaduw van meer indrukwekkende missen en motetten zijn blijven staan.

Meer over V/C


Verder bij Kwadratuur
  • Helaas geen extra info meer.

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.