Een kruising tussen symfonie, opera, oratorium en symfonisch gedicht: dat is Kullervo helemaal, een jeugdwerk van Jean Sibelius. De uiterst zelfkritische vernietigde niet weinig van zijn eigen partituren, maar gelukkig liet hij deze intact voor de volgende generaties muziekliefhebbers. In dit werk zijn invloeden van Mahler, Bruckner en Tchaikovsky op de jonge componist nog goed merkbaar, hoewel het op zich erg volwassen klinkt. Centraal staat Kullervo, de tragische Finse held die zelfmoord pleegt nadat hij ontdekt dat hij zijn eigen zus verleid heeft.

Het werk bestaat uit vijf delen die opgebouwd zijn rond het centrale en langste derde deel. Het eerste deel is een introductie op het verhaal dat volgt. Het begint erg sober, en Sibelius komt meteen met een krachtig, innemend thema op de proppen. De hele ouverture straalt een grootse en toch intieme sfeer uit. Op het thema wordt voortgesponnen en de muziek lijkt in één lange adem gecomponeerd te zijn. Steeds weer komen tragische passages voor, met koperblazers, paukengeroffel en hoge strijkers, die het tragische lot van Kullervo aankondigen. Het tweede deel is ook zuiver instrumentaal en verklankt de jeugd van Kullervo. De kleuren in het orkest zijn erg gevarieerd, daarvoor zorgt de orkestratie maar zeker ook de adembenemende live (!) uitvoering van het London Symphony Orchestra. In het derde deel komen het mannenkoor en de twee solisten: Kullervo en zijn zus, ten tonele. Dit deel wordt erg opzwepend gebracht. Het koor zingt volledig in unisono het epische verhaal van Kullervo, waarbij de Finse taalaccenten nauwkeurig gerespecteerd worden. Hierdoor krijgt men leuke ritmische verschuivingen in de muziek. De solistenpassages doen denken aan Wagners doorgecomponeerde opera's: een duidelijke melodielijn is hier zoek. De solisten zelf, Peter Mattei en Monica Groop, brengen met heel veel overtuiging hun rol. Het zijn gevestigde waarden op operagebied, wat zich ook in hun stemmen weerspiegelt. Vooral Groop heeft een typische, iets te grote vibrato die kenmerkend is voor Wagner-rollen. Ze brengt wel haar partij van de fragiele zus met heel veel kleur, waardoor haar droefheid erg goed naar voren komt en dit zonder dat de niet-Finse luisteraar ook maar een woord van de tekst. Mattei speelt zijn rol met een nobele klankkleur en zingt zijn heldenrol met erg veel grootsheid. In het weer volledig instrumentale vierde deel trekt Kullervo ten strijde en de muziek is een verklanking van oorlog en vernieling, hoewel het ergens toch altijd triomfantelijk klinkt. In het vijfde deel, de Dood van Kullervo, bouwt Sibelius op naar een grote climax: het moment waarop Kullervo zich uit schaamte op zijn eigen zwaard werpt. Hier komt het stevige mannenkoor weer tevoorschijn. Hun dictie is onberispelijk, en dat kan de luisteraar nakijken met het libretto bij de hand. De warme gloed van het orkest blijft klinken na de climax: celli, hoorns en bassen zorgen voor een diep, warm kleurenpalet, totdat het hoofdthema voor een laatste keer weerklinkt in het koper, om het symfonisch gedicht in –postume- triomf te laten eindigen.

Deze opname van dit vrij onbekend werk van Sibelius is het resultaat van het beste uit twee live-uitvoeringen. De kwaliteit van opname én van de prestaties laat dit echter totaal niet vermoeden. Het London Symphony Orchestra klinkt als één groots instrument, het koor en de solisten zetten een puike prestatie neer. Veel opnames van dit jeugdwerk bestaan überhaupt niet, en de kwaliteit maakt er een onmisbare plaat van.

Meer over Jean Sibelius


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.