Concertgangers die hun muzikaal verlangen wilden afstemmen op de dalende temperaturen en het witgekleurde landschap moesten op 21 december in BOZAR zijn voor het Russisch Nationaal Orkest onder leiding van Mikhail Pletnev. Deze uitvoerders en solist Gidon Kremer zorgden met subtiel meesterschap en grote warmte voor een gevarieerde onderdompeling in een Slavisch bad.

Ondanks het gemeenschappelijk Slavisch element verschilden de composities op het programma duidelijk qua uitgangspunt. De Slavische dansen van Antonin Dvorak leunen in hun opzet en uitwerking sterk aan bij de Hongaarse dansen van Johannes Brahms. Evenals dit laatste stuk ontstond eerst een versie voor piano vierhandig. Tsjaikovski's vioolconcerto vervolgens is natuurlijk Russisch qua inspiratie, maar wel gebaseerd op Felix Mendelssohns vioolconcerto en de muziektaal leunt sterk aan bij de westerse. De negende symfonie van Dmitri Sjostakovitsj tenslotte is, hoewel het idioom van deze verketterde meester er duidelijk uit spreekt, toch verrassend omwille van zijn neoclassicistische invloed en milde scherts.

Drie werelden kortom waarin het Russisch Nationaal Orkest verschillende gezichten kon laten zien en dat deden ze ook. In de selectie Slavische dansen legde het orkest met beheerste warmbloedigheid de contouren neer waarin de rest van de muziek kon gedijen. Mikhail Pletnev betoonde zich in deze muziek een dirigent die het grote gebaar mijdt en een feilloos aanvoelen heeft voor opbouw en orkestratie. De achtergrond van deze heel grote en integere muzikant als buitengewoon begaafd pianist is voelbaar in zijn manier van dirigeren.

Zelf oprichter van het Russisch Nationaal Orkest in 1990 nam Pletnev met deze musici reeds het overgrote deel van het Russisch symfonisch repertoire op en met groot succes. Onlangs nog kwamen hier de integrale Beethovensymfonieën en –pianoconcerti bij (met Pletnev zelf aan de piano) en hoewel er geen enkel Russisch orkest is met een echte Beethoventraditie hoeft het niet te verbazen dat Pletnev zich in dit repertoire een groot interpreet betoonde. Misschien minder naambekend dan andere orkesten, geldt het RNO zeker als een van 's werelds toporkesten en is dan ook een graag geziene gast op de internationale podia en festivals. Dit jaar viert het orkest zijn twintigste verjaardag, wat gevierd wordt met uitgebreide tournees in de VS en Europa.

Gidon Kremer
Gidon Kremer
Het symfonisch uitgewerkte vioolconcerto van Tsjaikovski vormt het hoogtepunt van een aantal vroege werken voor solistische strijkinstrumenten van deze componist. Hoewel structureel niet zo complex was de behandeling van de solist in die tijd wel vernieuwend. De grote populariteit van dit werk kan toegeschreven worden aan de genialiteit van het melodisch materiaal, waaraan folkloristische dansen, diepe melancholie en verfijnde briljantie ten grondslag liggen. Het was de ondertussen 63 jarige Letse violist Gidon Kremer die de sprankelend virtuoze en herfstachtig lyrische solo-partij tot expressie mocht brengen. Met het mentorschap van David Oistrakh aan het conservatorium van Moskou zou hij nog tot de oude Russische school behoren, ware het niet dat Kremer dit label in zijn veelzijdige carrière totaal heeft overstegen. Hij speelde met de grootste dirigenten en orkesten en zijn opnames van het basisrepertoire behoren nog steeds tot de absolute referenties en kaapten alle belangrijke prijzen weg. De laatste jaren is hij meer en meer bezig met jonge musici en hedendaagse muziek, waarvoor zijn zelfopgerichte Kremerata Baltica exemplarisch is.

De doorleefde poëzie en dramatiek van Kremers technisch perfecte uitvoering werden met de grootste precisie ondersteund door een hyperalerte begeleiding. De orkestmuzikanten kennen deze muziek zo door en door dat ze de partituur volledig kunnen loslaten en intuïtief meevoelend interageren met de solist. Vooral in de Canzonetta leidde dit tot een betoverend resultaat. Kremers eigenzinnigheid indachtig mocht zijn keuze voor een atypisch bisnummer waarin een heel scala favorieten op quasi ironische wijze de revue passeerden niet doen verbazen, maar ergens was het jammer de ontroering minder geconsolideerd dan wel gerelativeerd te zien vlak voor de pauze.

De doemsfeer die rond het gegeven "negende symfonie" hangt sinds Beethoven, Schubert, Bruckner en Mahler werd door Sjostakovitsj met een kwinkslag beantwoord. Als laatste deel van zijn "oorlogstrilogie", waartoe de patriottische zevende en monumentale achtste symfonie behoren, werd de negende die in 1945 en na de overwinning van het Rode Leger op de nazi's werd gecomponeerd, verondersteld een groots opgezette lofzang te zijn. De ontzetting was dan ook groot toen de componist een heel kort en licht symfonisch werk geschreven bleek te hebben. De negende zou later dan ook, evenals veel andere werken van Sjostakovitsj worden verworpen door de communistische partij.

Mikhail Pletnev (foto: Roman Goncharov)
Mikhail Pletnev (foto: Roman Goncharov)
Vandaag de dag wordt deze symfonie gezien als een van de beste werken van de componist, waarin hij op een compacte manier een rijk gevarieerd kleur- en gevoelspalet tot expressie brengt. Er is enerzijds de groteske vrolijkheid en bijtende humor, maar anderzijds de lyrische kracht van de solopassages. Donker en licht in rijke harmonische schakeringen. Geef de partituur in handen van een orkest die Sjostakovitsj idioom van binnenuit kent, die de musici in huis heeft om elke muzikale vorm rijk te boetseren en onder de leiding staat van een dirigent die perfect weet welke momenten hij moet belichten en je krijgt een fenomenale uitvoering.

De bescheiden krachtlijn die Mikhail Pletnev door de avond heen had uitgetekend, werd bevestigd in zijn keuze voor de Air uit de derde orkestsuite van Bach als bisnummer. De magie waarmee deze verstilde muziek als een warme deken over BOZAR werd uitgespreid, zal nog lang blijven roeren.

Meer over Mikhail Pletnev, Russian National Orchestra, Gidon Kremer


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.