Hector Berlioz (1803-1869) had een voorliefde voor ongewone en niet zelden grandioos opgezette muziekstukken. En hoewel de ‘Symphony Fantastique’ in vergelijking met sommige van zijn andere werken nu wel niet echt grandioos genoemd kan worden, is het beslist een ongewoon eigenzinnig werk. De vijfdelige symfonie uit 1830 vertelt het autobiografische verhaal van een kunstenaar – de egocentrische Berlioz zelf natuurlijk – die het ongeluk van een onbeantwoorde liefde meemaakt. Zijn geliefde verschijnt in de eerste drie delen als een geïdealiseerd droombeeld, op een balscène of tijdens een nachtelijke wandeling door de velden. De kunstenaar probeert zich uiteindelijk te vergiftigen met opium maar hallucineert dat hij zijn geliefde heeft gedood, naar het schavot wordt geleid en terecht komt op een wilde heksensabbat.

Deze enigszins karig uitgegeven maar erg verzorgd ingespeelde opname is het resultaat van een concertopname in de zomer van 2009. Dirigent François-Xavier Roth staat aan het roer van het Franse orkest Les Siècles, een ensemble dat Berlioz’ muziek op authentieke instrumenten vertolkt.

Oude instrumenten drukken onvermijdelijk hun stempel op een opname als deze. Dat hoort men in de ijle klank van de violen, die goed verstaanbaar zijn en als één duidelijk afgelijnde stem overkomen. Bij de houtblazers zijn het de fagotten die goed hoorbaar blijven, wat nogal ingaat tegen de verwachtingen want authentieke Franse fagotten zijn vaak zachter van klank dan hun moderne tegenhangers. Het houdt de middenstemmen echter goed verstaanbaar want die verdrinken op vele andere opnames vaak in de rest van het orkest. Dat de klarinetten op hun beurt scherper klinken dan men vandaag de dag gewoon is, is eveneens authentiek maar misschien niet naar de smaak van elke luisteraar. Die scherpe klank doet het echter uitstekend in de finale van de symfonie, waar groteske beelden en klanken allerminst misplaatst zijn.

Koperblazers zijn stevig aanwezig in de laatste twee delen. Toch mag men wat heimwee hebben naar de rauwe klank van twee ophecleïdes in de recente opname met Anima Eterna. Die in vergetelheid geraakte instrumenten zijn hier veel minder duidelijk aanwezig. Een balansprobleem is dit niet maar het zou een extraatje kunnen zijn geweest dat de ‘Marche au Supplice’ een extra duwtje in de rug had gegeven. Waar Jos van Immerseel voor een piano koos om het klokkengelui in het laatste deel te imiteren, verkiest François-Xavier Roth zoals de meeste andere dirigenten voor echte klokken. Berlioz’ heksensabbat begin dus met echte doodsklokken, ook al hebben die misschien niet precies de juiste toonhoogte die Berlioz voorschrijft.

In de algemene balans hoort men veel hoge strijkers en dat gaat ten korte van de lagere stemmen maar dat zou een bewuste keuze van het orkest of een ongewild gevolg van de akoestiek of de kwaliteit van de opname kunnen zijn. Zeker is dat men zo kan appreciëren hoe goed de violen fraseren en hoeveel aandacht ze besteden aan het op een haast classicistische manier brengen van Berlioz’ muzikale lijnen. Leuk zijn kleine details die Berlioz in de partituur schreef en die op deze opname hun plaats krijgen. De ‘Marche au Supplice’ bijvoorbeeld bevat aan het eind een executiescène waarin men het hoofd van de geguillotineerde misdadiger kan horen vallen, als een korte pizzicato in de strijkers.

Wie houdt van een meer traditionele uitvoering, zal dirigent François-Xavier Roths interpretatie misschien wat te mager en te weinig breedsprakerig vinden.  Wie daarentegen de voorkeur geeft aan authentieke uitvoeringen kan zijn hart ophalen met deze nieuwe ‘Symphonie Fantastique’. Het is een werk is dat sowieso weinig op originele instrumenten gespeeld wordt. De recente opname met Anima Eterna en Jos van Immerseel blijft nog steeds een aanrader maar Les Siècles hoeft zeker niet onder te doen voor van Immerseels muzikanten.

Meer over Hector Berlioz


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.