Het kwartet Little Women debuteerde een tijdje geleden met ‘Teeth’, een korte EP vol verschroeiende maar perfect gecontroleerde geluidsguerrilla. Schreeuwende saxofoons, een gemartelde gitaar en splinterbom-drumwerk binnen een geometrisch afgebakend muzikaal terrein, zorgden voor indrukwekkende en extreme noisefiguren. Op hun eerste full album ‘Throat’, gaat Little Women opnieuw als een losgeslagen meute te werk en wordt de luisteraar tot het uiterste gedwongen.

De twee speerpunten van het kwartet heten Darius Jones (altsax) en Travis Laplante (tenorsax). Jones werd vorig jaar nog bejubeld voor zijn debuutalbum ‘Man’ish Boy’, een niet onaardig schijfje vol doorleefde, bluesy freejazz. De hype rond dit album was wat overdreven, maar de muzikant Darius Jones had zich wel met overtuiging op de muzikale kaart gezet dankzij een fenomenaal saxofoongeluid. Op ‘Throat’ blijft er van die indrukwekkende sound echter weinig over. Dat heeft enkel en alleen te maken met het soort muziek dat Little Women produceert. Er zijn wel invloeden van freejazz te horen, maar voor vrije en breed sporende solo- of improvisatiemomenten is er geen plaats.

Met een strakke, op voorhand bepaalde muzikale structuur wordt iedereen streng in het gareel gehouden. De musici tasten evenwel de grenzen van die opgelegde beperkingen af. Als wilde beesten in een veel te kleine kooi beuken de vier onophoudelijk tegen elkaar op. De repetitieve en schijnbaar heel simpele ritmes die hiermee gepaard gaan, zorgen voor een extreme nervositeit die velen ongetwijfeld dwingt om af te haken. Nochtans gebeurt er vaak meer dan de monotone storm bij een oppervlakkige luisterbeurt laat vermoeden. De korte, herhaalde partijen getuigen namelijk van een strikte discipline die tegelijkertijd wordt gecounterd met totaal overstuur gaande musici. Pure adrenaline is niet zelden het resultaat.

Wanneer de teugels worden gevierd, trekt de groep een opdringerig gordijn van lawaai op via de scherpe en ongelofelijk veeleisende uitspattingen van gitarist Andrew Smiley en drummer Jason Nazary. Maar als bij donderslag gaat de geoliede machine van Little Women opnieuw aan het draaien. Het is werkelijk indrukwekkend hoe de vier hierbij plots overschakelen van extreme fysieke inspanningen naar een vredig mooie en zelfs warme harmonie. Op zulke momenten bevindt de groep zich in het oog van de storm en wordt alles rustig. Meestal is het woord dan aan de twee saxofoons, zoals in het soms wat te zoete ‘Throat IV’. Het is niet altijd even boeiend wat het viertal op zulke momenten te vertellen heeft, maar het is zeker en vast een welgekomen afwisseling vooraleer de hel terug losbarst.

Na een dikke veertig minuten is de luisteraar waarschijnlijk murw geslagen en houdt Little Women het bekeken. De volhouders hebben er dan een muzikale ervaring opzitten die de muzikale extremen verenigt van zowel Zu, Borbetomagus als NoMeansNo en Coltrane’s ‘Om’. ‘Throat’ is zonder twijfel een van de meest verrassende en tegelijkertijd ook bruutste albums van het jaar. Verpletterend is in dit geval een understatement.

Meer over Little Women


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.