'Vignettes' is Marilyn Crispells vierde album op ECM en de plaat laat een erg op zichzelf teruggetrokken pianiste horen. Hier wordt duidelijk hoe vaag het onderscheid is tussen haar klassieke achtergrond (Crispell studeerde piano en compositie) en haar verleden bij avant-garde muzikanten als Anthony Braxton en Barry Guy. De muziek zweeft tussen hedendaagse klassiek en jazz in een heel mooi, gepolijst en esthetisch gaaf geluid. Op 'Vignettes' zijn geen explosieve clusters te horen, maar ook geen diepe ontroering. Crispell neemt daarmee niet de gemakkelijkste of meest uitgesproken wegen en sluit zo meer aan bij iemand als Paul Bley dan bij het percussieve van Cecil Taylor of de lyriek van Keith Jarrett.

De verschillende stukken – op twee na allemaal van de hand van de pianiste – zijn breed en eerder traag, en worden vaak in vrij tempo gespeeld. Een grote opbouw, dynamische ontwikkelingen of vingervlugge virtuositeit zijn hier niet aan Crispell besteed. Toch laat ze zich horen als een uitmuntende pianiste. Haar gevoel voor balans, beheersing van het klavier en economisch omspringen met het materiaal tonen aan dat ze perfect weet hoe ze datgene wat ze zoekt uit een piano moet halen.

Sommige tracks op 'Vignettes' worden gekenmerkt door een klare en eenvoudige vormgeving. Het respecteren van de tonaliteit en de uitgesproken melodische benadering doen hier bij momenten aan filmmuziek denken. Hoewel uitgesproken repetitieve formules vermeden worden, klinkt Crispell in deze stukken minder verrassend en boeiend. Haar beheerste speelstijl zorgt er echter voor dat nergens de grens van het flauwe overschreden wordt. De melodie van het romantische 'Ballade' is zo vocaal gedacht dat ze meteen voor een chanson van Brel zou kunnen dienen, al valt hier ook op dat Crispell een piano niet kan (wil?) laten zingen zoals bijvoorbeeld Fred Hersch. Even toegankelijk als 'Ballade' en andere ballads klinken 'Stilleweg' van Arve Henriksen (Supersilent) en 'Gathering Light' waarbij de holle bourdonbegeleiding en de daarboven hangende melodie de muziek het aureool geven van een middeleeuwse vertelling.

In de 'Vignettes' (zeven miniatuurtjes van vaak amper drie minuten) rekt Crispell de tonaliteit wat meer uit, waardoor de muziek abstracter wordt. In deze sterk aan hedendaagse klassieke muziek herinnerende stukken komt Crispells manier van spelen goed tot haar recht: van het mistig dwarrelende 'Vignette I' tot het ijskristallen geluid van de inside piano en de spaarzame, hoge tonen in Vignettes 2 en 5. Het sterkst is de pianiste echter in de langere stukken, voornamelijk wanneer melodie en begeleiding verstrengeld geraken. De vloeiende en spontane overgangen tussen polyfonie en melodie vs akkoorden zorgt er voor dat deze tracks heel organisch klinken. Vooral de ballad 'Sweden' is indrukwekkend: de rapsodische opbouw neemt de luisteraar mee op sleeptouw, terwijl onderweg het melodisch materiaal verwerkt wordt in één vloeiende beweging.

Wie met een half oor naar 'Vigenttes' luistert zal blijven zitten met het idee dat het album kabbelende achtergrondmuziek, dan wel atonaal geneuzel is, afhankelijk van welke flarden toevallig blijven hangen. Even doorluisteren geeft echter uitzicht op een heel ander en gevarieerder landschap: niet altijd even beklijvend, maar steeds integer en pianistiek indrukwekkend gebracht.

Meer over Marilyn Crispell


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.