Met de bijnaam ‘De Russische Brahms’ was Sergei Tanayev (1856-1915) niet zo opgezet maar helemaal onterecht was dat epitheton niet: net als zijn Duitse collega zocht Tanayev inspiratie in het verleden (hoofdzakelijk in Italiaanse renaissancepolyfonie), was hij erg zelfkritisch en schreef hij muziek van een doordachte harmonische en contrapuntische complexiteit. En net als Brahms schreef Tanayev ook vier symfonieën, al werd er slechts een daarvan (de vierde, opus 12) tijdens zijn leven uitgegeven.

De tweede symfonie, die hier samen met de vierde door het Academisch Symfonieorkest van Novosibirsk uitgevoerd wordt, werd gedeeltelijk uitgeschetst net na Tanayevs studies aan het conservatorium van Moskou. Ondanks het enthousiasme van Tchaikovski en een gedeeltelijke uitvoering onder leiding van Nikolay Rubinstein, werkte Tanayev de symfonie echter nooit af. Dat werd in 1977 aan Vladimir Blok overgelaten, die het tweede deel verder orkestreerde en de eerste en derde delen reviseerde.

De vierde symfonie kwam twintig jaar later, is wel in een klassieke vierdelige structuur gegoten en toont een iets meer bezadigde, minder impulsieve Tanayev. Orkestrale pracht is ook hier weer in overvloed aanwezig, niet in de laatste plaats in de finale, die met enkele monumentale symfonische gebaren afsluit of in het scherzo, een muzikaal zelfportret van een componist die een zeldzame speelse kant van zichzelf toont.

Tanayevs muziek mag dan wel niet zo onmiddellijk toegankelijk zijn als die van Tchaikovski, ze bevat meer dan genoeg elementen die voor boeiende, meeslepende beluisteringen zorgen. De tweede symfonie barst van de jeugdige energie, in de kleurrijke orkestratie en het onweerstaanbare momentum van het eerste deel bijvoorbeeld. Tanayev componeerde vaak in complex contrapunt maar die polyfonie stond niet in de weg van het schrijven van aantrekkelijke melodieën. Zo bevat het langzame deel een originele en onmiskenbaar Russische hoofdmelodie, op de klagende tonen van een Engelse hobosolo.

Een minder doordachte interpretatie had deze muziek gemakkelijk pompeus kunnen doen klinken maar dirigent Thomas Sanderling kiest voor een aanpak die sterk ‘vooruit’ gedacht wordt. Snelle passages, zoals de finale van de tweede symfonie met haar onstuimige thema’s, komen virtuoos en briljant genoeg over terwijl langzame of lyrische passages snel genoeg genomen worden om slank te blijven klinken en niet in zinloze grootspraak te verzanden.

Het Novosibirsk Academisch Symfonieorkest verzorgt deze uitvoering en doet dat uitstekend. Tanayev schreef symfonieën met veel drama en emotie en het verwondert dan ook niet dat het orkest met flink wat kracht kan uitpakken. Dat staat een gezonde balans niet in de weg want zelf op luide climaxen hoort men de luidste instrumenten (piccolo, trompetten…) probleemloos en duidelijk afgelijnd door het orkestrale geweld heen. Bovendien kan Tanayev ook erg solistisch schrijven en de langzame tweede delen van beide symfonieën bevatten telkens mooie ensemblemomenten voor verschillende houtblazers.

Tanayevs muziek verdient beslist een aandachtige beluistering. Zijn symfonieën laten ten dele Tchaikovski, ten dele Scriabin en ten dele Sibelius aan het woord. De epische opzet, caleidoscopische orkestratie en sappige Russische melodieën zorgen voor twee boeiende symfonieën die de directe impact van Tchaikovskis symfonische muziek met de doordachtheid van Scriabins massieve orkestwerken combineren.

Meer over S. Tanayev


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.