Achter het bijzondere, expressieve Scandinavische project Aethenor schuilen al vier platen lang heren als Stephen O’Malley (Sunn O)))), Daniel O’Sullivan (Ulver) en Steve Noble (Company), die live enkele medemuzikanten op sleeptouw nemen die ook afstammen uit het metal-, improvisatie-; doom- en ambientwereldje. Dat zorgt voor een bijzondere dynamiek waarin abstracte improvistaties, soundscapes en sfeervolle drones in elkaar overvloeien. Laatste wapenfeit, ‘En Form for Blå’, is een samenvatting van drie concerten die dit gezelschap in 2010 gaf in Oslo.

Vooral Noble blijkt zijn stempel te drukken op deze abstracte plaat. Mathematisch trommelwerk op vaten, drumstelonderdelen en andere metalen ritmeobjecten krijgt een prominente plek in de zeven avant-gardistische, erg uiteenlopende sfeertracks. Noem het geheel ambient, chaospop of postrock: ergens klopt het wel, maar elk etiket blijft een beetje ontoereikend.

Opener ‘Jocasta’ is een bijna vijftien minuten durende symfonie die op- en neer deint in luidruchtigheid en waarvan de structuur onderverdeeld is in verschillende, schemerige impressies waarin ieder vaak zijn eigen ding lijkt te doen. De muziek van dit kwartet kent door zijn soms erg verhakkeld karakter, dissonante klanken en het  ontbreken van thematische melodieën een erg hoog abstractieniveau. Er wordt gejamd en gerommeld met duistere sferen, digitale en analoge elektronica en door elkaar roefelende, vervormde instrumenten.

Gelukkig gaat het viertal niet de hele tijd voor luidruchtigheid en wanorde. Bij momenten zuigt een mysterieus, diep bubbelend en zelfs wat dromerig digitaal klanktapijt de aandacht naar zich toe, waardoor de diepgang van dit album extra wordt uitvergroot en het dominante, blauwe karakter ervan (waarnaar ook de titel verwijst) wordt ingekleurd. Het druppelende, van piano voorziene ‘One Number of Destiny in Ninety Nine’ komt veeleer over als een onwezenlijke droom, tot het moment dat overstuurde noise de overhand krijgt om  ten slotte te ontaarden in een lange weeklacht van slepende cello, gitaardrone en keypartijen.

‘Laudanum Tusk’ maakt het helemaal bont. Een door zware ruis overgoten klassiek adagio, een leegte met cimbalen en kloppende geluiden en geen millimeter orde kenmerken dit stukje zuiver experimentalisme. Meest lieftallig is dan weer een eveneens vrij kort ‘Dream Tassels’, waar dartele slaapkamerelektronica zich met achterstevoren getrokken geluiden vermengt en trommels, pauken en cimbalen een keertje durven te zwijgen.

Het aantal mensen dat voor dit project voor de bijl gaat, is ongetwijfeld erg beperkt. De grenzen van zowel het muzikale als het esthetische worden hier grondig door elkaar geschud. Optimisten hebben meer dan gelijk als ze stellen dat dit een zeer bijzondere plaat is, maar de gemeenschap gaat zonder twijfel voor een etiket als ‘chaotische nonsens’.

Meer over Aethenor


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.