Naar verluidt is Fred Friths Cosa Brava ontstaan uit het verlangen van de gitarist om, naast zijn werk in de avant-garde improvisatie, jazz en moderne klassieke muziek nog eens terug te keren naar de werkwijze van een rockband. Wie op basis daarvan een rockplaat verwacht, kan beter oppassen: de muziek mag dan duidelijke sporen van songs en een organische opbouw vertonen, het geheel neigt vaker naar folk en de muzikale finesse van een band als Tin Hat. Niet zo verwonderlijk, aangezien Cosa Brava kan rekenen op de inbreng Tin Hat violiste Carla Kihlstedt.

Het lichte, frisse en transparante geluid van de plaat, gecombineerd met de melodische aanpak, de duidelijke structuren en de bescheiden duur van de tracks, maken van de nummers op ‘Ragged Atlas’ miniatuurtjes. De uitwerking is steevast glashelder, waarbij viool, accordeon (Zeena Parkins) en gitaar nu eens melodieus parallel bewegen, dan weer minutieus op elkaar inhaken.

Het heldere van de nummers wordt extra in de verf gezet door de eenvoudige, soms ronduit volkse melodiebouw. Dit folkaspect komt extra tot uiting wanneer de instrumentatie bescheiden gehouden wordt, meerbepaald bij de sobere combinatie van accordeon, viool en percussie in ‘The New World’.

Toch wordt de muziek zelden “echte” folk, zoals ook de sporadische toetsen van Oosterse muziek (dankzij de Indische inbreng van Anantha Kirishnan), bossa nova, reggae of art-rock niet meer dan invloeden blijven. Cosa Brava weet de input steeds te verwerken in een eigen klankidioom.

Enkele tracks blijven in hun eenvoud steken in loutere charme, waardoor ze iets te lang duren om muzikaal boeiend te blijven. Meestal wordt dit probleem echter teniet gedaan door onder andere de geluidsmanipulatie van The Norman Conquest. Deze leerling van Frith stuurt het materiaal van zijn collega’s licht verwrongen terug, waardoor het klankbeeld een tikje krijgt en de luisteraar bij de les gehouden wordt.

Nog prominenter zijn de metrisch-ritmische hoeken en kanten die de muziek sieren. Met asymmetrische maatsoorten, veranderende metra of het stapelen van verschillende ritmische lagen (waarbij vooral de soms erg eenvoudige, haast monotone bas in conflict komt met de melodieën die er boven gedrapeerd worden) krijgt de muziek een complexiteit die boeit, zonder het fragiele van het geheel te verbrijzelen.

Een fraai voorbeeld hiervan zijn de verschuivingen in ‘Round Dance’, waarin het maatgevoel van de luisteraar aan het zwalpen gebracht wordt door goed gemikte accentveranderingen in een anders bijna volksdansachtige melodie. Gelijkaardige effecten kenmerken het meer duister klinkende ‘A Song About Love’, wanneer op een repetitieve bas een soms erg vluchtige bovenbouw geplaatst wordt. De ritmische spanning wordt daarbij nooit ongemakkelijk, maar zorgt wel voor de nodige prikkels.

Wanneer Frith hier en daar als zanger opduikt, valt op dat hij in deze gedaante het charisma mist dat hij wel heeft als (bas)gitarist-componist. Gelukkig voor ‘Ragged Atlas’ domineert zijn input in deze laatste categorie, waardoor het album een sympathiek en verleidelijk schijfje wordt, dat een mooie balans vindt tussen eenvoud en complexiteit en waarbij een vriendelijke melodievoering gepaard wordt aan ritmische inventiviteit.

Meer over Cosa Brava


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.