De Brits-Italiaanse dirigent Antonio Pappano is geen onbekende in België. Tussen 1992 en 2002 was hij muziekdirecteur van de Brusselse Muntschouwburg. Tegenwoordig maakt hij vooral naam als chef van de opera van Londen, maar ook het Orchestra dell'Accademia Nazionale di Santa Cecilia, dat zijn basis in Rome heeft, staat onder zijn leiding. Met dit minder bekende orkest bracht Pappano recent een liveopname uit met orkestmuziek van Piotr Ilyich Tchaikovski.

De opener van deze cd is de symfonische fantasie 'Francesca da Rimini'. Deze suite, waarin stormachtige passages afwisselen met ingetogen liefdesmuziek, wordt door Pappano en zijn orkest op vurige manier vertolkt. Vooral de duivelse momenten en de passages waarin Tchaikovski met erg progressieve, verrassende harmonieën uit de hoek komt, klinken bijzonder virtuoos en overtuigend. Ook in de ouverture tot 'Romeo & Juliette' toont het orkest van Santa Cecilia hoe indrukwekkend het kan zijn in virtuoze en uitbundige passages. Met die passages schildert Tchaikovski een wel erg levendig beeld van de strijd tussen de rivaliserende families uit het liefdesverhaal. De liefde zelf krijgt dan weer een heerlijk meeslepend thema, dat vooral bij de blazers figureert. In deze lyrische momenten leidt Pappano zijn orkest op fijnzinnige wijze, zonder in de val de trappen van de goedkope tranerigheid. In de twee fragmenten uit Tchaikovski's bekendste opera 'Yevgeni Onegin' tonen orkest en dirigent, bijgestaan door het koor van Santa Cecilia en drie solisten, een andere kant van hun kunnen. De walsscène uit het tweede bedrijf lijkt opgewekt en zwierig, maar de donkere kleuren en de vocale strijd in het middendeel verraden het fatale vervolg van de opera. Ook in de polonaise aan het begin van het derde bedrijf schept de componist een vals beeld van vrolijkheid. Vooral een droeve cellomelodie verraadt wat het hoofdthema tracht te verzwijgen. De dramatische spanningsopbouw die Pappano in deze polonaise genereert is indrukwekkend. Even onnavolgbaar is hij in de manier waarop hij in de walsscène meeademt met zijn koor en de solisten. Het koor treedt ook aan in het slotwerk op de cd, de ouverture '1812'. Dit werk is vooral bekend in zijn latere versie zonder koor, maar Pappano en zijn troepen presenteren hier de originele versie, waarin er wél een koor aantreedt. Dat koor lijdt aan het begin van de ouverture, in een uitgebreide a capella-passage, ietwat onder intonatieproblemen. Verderop in de uitvoering komen ze sterker uit de hoek met een krachtige, volle klank die vooral gedragen wordt door een indrukwekkende zingende batterij bassen. Orkestraal leeft de ouverture door de combinatie tussen ingetogen passages en knallende fortissimo's die het krijgsgeweld illustreren. Opnieuw toont de Santa Cecilia zich van zijn meest virtuoze kant, waarbij vooral de meeslepende volksliedparafrases een diepe indruk nalaten.

Antonio Pappano presenteert met deze Tchaikovski een ijzersterke cd, waarop het orkest van Santa Cecilia verrast met meeslepende, kleurrijke vertolkingen van wereldniveau.

Meer over Piotr Ilyich Tchaikovski


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.