Horror in de opera, het bestaat inmiddels ruim 100 jaar. 'Elektra' ging immers in 1909 reeds in première – Strauss' obscure meesterwerk over een uit de hand gelopen familiedrama, oorspronkelijk ingegeven door machtswellust. Strauss droeg zijn librettist op om ook de verdorvenheid van de seksuele, menselijke driften doorheen de tekst te gooien, wat de componist zelf vervolgens extra in de verf zette via een onbarmhartig wrange harmonisatie en orkestratie. Christian Thielemann, het door Germanen "genie" genoemde brein dat deze 'Elektra' onder handen nam, merkt in de bijgevoegde "making of" fijntjes op dat de opera gewoon niet langer had mogen duren dan anderhalf uur. Het publiek zou het namelijk gewoon afgetrapt zijn, en nog steeds is de muzikale taal van Strauss enorm bitter. Nog pregnanter zou die overigens worden bij de volgende opera van de componist: 'Salome', waarin dezelfde thematiek op een nog gruwelijker wijze wordt verwerkt, bovendien met een meer expliciet aanwezig zijn van het seksuele – dit dankzij de basistekst van Oscar Wilde. 'Elektra' heeft veel van een voorspel op 'Salome', waaronder uiteraard niet dient begrepen te worden dat het een mineur werk zou zijn. Integendeel: Strauss ontwikkelt ook hier een bijtend idioom dat de opera gruwelijk indringend maakt. Voor een genre dat doorgaans vanuit een pluchen zetel wordt genoten op een aantal veilige meters van het podium, was en is dat nog steeds een hele schok. Brengt de componist de terreur immers niet naar zowel het inhoudelijke als het muzikale plan, waardoor de toeschouwer helemaal niet meer kan getroost worden?

Een 'Elektra' ensceneren is geen eenvoudige opgave. Wie teveel actie wil genereren, dreigt een loodzwaar product op de scène te brengen dat, met de overweldigende muziek erbij, simpelweg niet meer te verteren is. Regisseur Herbert Wernicke besefte dat en koos daarom voor je reinste minimalisme. Welgeteld drie scènebeelden bevat zijn hele 'Elektra', hetgeen een klemtoonverschuiving met zich meebrengt. De zangers, maar vooral het orkest krijgen extra gewicht en de ervaring krijgt iets hypergeconcentreerd, als luisterde men naar een lichtjes getheatraliseerde versie van een in se statisch oratorium. Wernicke bewerkstelligt dit effect niet alleen via een zeldzame scènewissel hier of daar, maar ook door de zangers continu voor zich uit te laten spreken. Ze kunnen kortom geen echte dialoog aangaan en met die eenvoudige ingreep creëert de regisseur het gevoel dat alle personages op een of andere manier in een eigen neurose terecht zijn gekomen. 'Allein! Weh, ganz allein!', de eerste muzikale afbakening na het openingsdeel en tevens de woorden die Elektra in haar eenzaamheid spreekt, zijn hier al een voorbode van. Wernicke's keuze heeft een dubbel effect: enerzijds vestigt zich de aandacht automatisch meer op de muziek, en anderzijds bevat de mooi ingeklede en op de juiste momenten opengetrokken scène geen enkel storend element. De regie is werkelijk uitgepuurd en dit minimalisme is geen ledigheid, misschien ook omdat de voluptueuze muziek alle leemtes opvult. Toch heeft de statige regie ook een nadeel: de toeschouwer wordt nooit helemaal in het verhaal gezogen en de broeierige muziek lijkt met deze stramme visualisatie op een muur van "onbegrip" te stoten.

Toch is het goed dat regisseurs het aandurven om wat meer gewicht bij de muziek te leggen. Een zware dobber als 'Elektra' kan dat hoe dan ook gebruiken. Onder Thielemann klinkt 'Elektra' overigens niet zo pompeus als misschien gedacht, de status van deze dirigent kennende. De dirigent heeft in het romantische repertoire dikwijls de neiging om bij wijze van spreken de dirigeerstok in te ruilen voor een slagersmes of een hakbijl, waarbij het drama voortdurend opzoekt. Deze keer is Thielemann echter buitengewoon muzikaal, warmbloedig en zelfs spitsvondig. Verscholen in de orkestbak speelt de Münchner Philharmoniker, in een 108-koppige bezetting, dan ook een fenomenale 'Elektra' bij elkaar, die zelfs op cd niet gemakkelijk te evenaren lijkt. Wie dus niets heeft met het grote gebaar in de opera, zit bij Opus Arte hier aan het goede adres, want deze 'Elektra' is er een om zeker een tweede, derde en vierde keer te herbekijken.

Meer over Richard Strauss


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.