Weinig hedendaagse cellisten genieten een zulke reputatie en bekendheid van de Fransman Jean-Guihen Queyras, een muzikant wiens repertoire zowat het hele oeuvre voor cello omspant, van barok tot avant-gardisme. Naast de klassieke en romantische solowerken is Queyras ook actief op historische instrumenten en als kamermuzikant maakt hij permanent deel uit van het Arcanto kwartet. Deze cd illustreert zijn toewijding aan eenentwintigste-eeuwse muziek met drie hedendaagse celloconcerti van verschillende Franse componisten die alledrie hun compositie specifiek voor Queyras componeerden.

De drie componisten wiens werk hier gepresenteerd wordt, omspannen drie generaties. De jongste is de in 1974 geboren Bruno Mantovani, wiens 'Concerto pour Violoncello et Orchestre' qua bezetting teruggrijpt naar het gereduceerde orkest waarvoor ook Schumann zijn celloconcerto componeerde. Zijn werk is eendelig, de verschillende secties en contrasterende delen lopen zonder onderbreking in elkaar over. Dat doet het celloconcerto wat rapsodisch aanvoelen. Mantovani werkt in het begin met uiterst korte, eenvoudige motieven die geleidelijk aan in de solopartij verder uitgediept worden.

Philippe Schoeller (1957) is een generatie ouder dan Mantovani. Zijn celloconcerto kreeg de titel 'Eyes of the Wind' mee, naar de inspiratie die ervoor werd opgedaan na het lezen van enkele regels uit een Egyptisch gedicht dat bewaard bleef op een papyrusrol uit de achtste eeuw voor Christus. Het werk is een groot spel met resonantie, geluid en dynamiek. Zijn concerto bevat uitzonderlijk stille momenten, minimalistisch haast. Een inventieve orkestratie plaatst de open snaren en dubbelgrepen van de cello tegenover een sonoor orkest, waarbij de solist voor de echo speelt van de akkoorden uit het orkest en andersom. Het Orchestre Philharmonique de Radio France zorgt dan ook voor een geraffineerde begeleiding, waar bij elke beluistering nieuwe zaken in te ontdekken vallen.

Het celloconcerto van Gilbert Amy (1936) werd geschreven in gedachtenis van de Japanse componist Toru Takemitsu en is misschien het meest opvallend virtuoze van de drie. Centraal in de zeven delen staan een twee-en-een halve minuut durende cadens voor cello solo. Amy laat de cello begeleiden in de andere zes delen door een relatief klein orkest, aangevuld met piano, celesta en harp en creëert zo een delicate klankwereld waar elk nootje telt. Het vaak lumineuze palet van het werk doet niet zelden denken aan de Klangfarbenmelodie van de tweede Weense school, waarin elk facet van het orkest kort belicht wordt.

Er zijn niet veel cellisten op de wereld die deze muziek zo levend zouden kunnen brengen als Jean-Guihen Queyras. De drie werken werden natuurlijk ook specifiek voor hem geschreven en Queyras verzorgt een soepele, sonore en ritmisch erg accurate solopartij. Hij blijft warm klinken en compromitteert zelfs op de meest modernistische passages niet de ronde, mooie klank van zijn instrument. Dat maakt van bijvoorbeeld het eerste deel van het celloconcerto van Gilbert Amy een boeiend staaltje van cellotechniek als Quayras het rauwe laagste register van zijn instrument afwisselt met spookachtig hoge flageoletten.

Wie van moderne muziek houdt kan zijn hart ophalen met een cd als deze, die muziek van drie minder gekende componisten voorstelt, uitgevoerd door een solist wiens natuurlijk aangevoelde, nauwkeurige interpretatie door weinigen geëvenaard wordt.

Meer over V/C


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.