Jean Baptiste Vanhal was een 18de-eeuwse componist van Boheemse afkomst en leefde en werkte, net als zijn tijdgenoot Mozart, in Wenen. Hij heeft een omvangrijk, zij het niet al te origineel, oeuvre bij elkaar geschreven, waaronder enkele concerti voor houtblazers: 3 voor fagot (waarvan er 1 op de cd gezet is), eentje voor 2 fagotten en elk een voor hobo en klarinet. Voor de gelegenheid werden enkele bekende Vlaamse en Franse solisten bij elkaar gebracht: Luc Loubry en François Baptiste op fagot, Piet Van Bockstal op hobo en Michel Lethiec als klarinettist.
Jammer genoeg is het, bij minder bekende tijdgenoten van Mozart, maar al te goed te merken dat muziek in de 18de eeuw een puur divertimenterend karakter had: het was gebruiksmuziek en dat verklaart het grote aantal werken dat componisten uit die tijd geschreven hebben (en maar al te vaak ook hun gebrek aan originaliteit). Tussen alle concerti op deze cd zitten bijvoorbeeld maar weinig melodieën die echt bij de luisteraar blijven hangen. Het fagotconcert, waarmee de cd opent, start klassiek met een brede orkestrale inleiding: een gebroken do-majeur akkoord wordt gevolgd door een klassiek openingsthema en een tweede melodie als 'tegenargument'. Typischer kan haast niet maar de muziek van Vanhal mist de harmonische inventiviteit van Mozart of de thematische ontwikkeling van Haydn. Het rondo, derde deel, uit het klarinetconcerto bijvoorbeeld is weinig meer dan een opeenvolging van refrein, afwisselend herhaald door solist met strijkers en volledig orkest, en strofes die inhoudelijk net zo goed uit een ander werk hadden kunnen komen. Net voor het begin van het laatste refrein krijgt de solist nog eens de gelegenheid om zijn kunnen ten gehore te brengen in een solocadens, waarna het deel zonder veel verdere ontwikkeling wordt afgesloten. Zoals het fagotconcerto mooi demonstreert, is de muziek erg degelijk maar bestaat die uit weinig meer dan evenwichtige zinnen die jammer genoeg allemaal op vrijwel dezelfde manier opgebouwd en afgesloten worden. Dit is wat jammer als je vergelijkt met Mozart, die nauwelijks diepzinniger te noemen is, maar toch de luisteraar blijft verassen met plotse zinswendingen of andere leuke vondsten. Het pittige derde deel uit het hoboconcerto is een uitzondering, met zijn eigenaardige ritme in het refrein van het rondo en uitstapjes naar de mineurtoonaard die de muziek wat meer tragiek geven. Ook het eerste deel van het concerto voor twee fagotten is wat origineler, dit keer door de uitgebreidere blazerpartijen en wendingen in de melodielijn, zoals de dalende trillers in de strijkers die nogal barok overkomen en die beantwoord worden door een vinnige figuur in de hobo's.
Ondanks de weinig originele muziek worden de vier concerti toch met de nodige levendigheid gespeeld. De twee fagotten die met elkaar in dialoog gaan bijvoorbeeld of de snelle loopjes in het hoboconcerto worden vlekkeloos en stijlvol uitgevoerd. De klarinet speelt met bijzonder veel transparantie en Franse delicaatheid volledig naar het 18de-eeuwse stijlideaal. Het Pruisisch Kamerorkest heeft een weinig dankbare rol maar vervult die daarom niet minder goed, al klinkt het geheel wat meer gepolijst en wat lichter dan een uitvoering op historische instrumenten. Maar of dat een nadeel is hangt van de voorkeur van de luisteraar af. Een mooie uitvoering, maar jammer genoeg niet van bijzonder interessante werken.

Meer over Jean Baptiste (Jan Krtitel) Vanhal


Verder bij Kwadratuur

Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.