Kwadratuur interview

Begin maart trekt de in Chicago gestationeerde saxofonist Dave Rempis opnieuw op tournee met stadsgenoot en drummer Tim Daisy. Met concerten in 8 landen - waaronder ook shows in Trix (Antwerpen) en Le Vecteur (Charleroi) - wordt het een van de langste concertreeksen in de bijna 15-jarige geschiedenis van The Rempis/Daisy Duo. Ter promotie verscheen tevens het album 'Second Spring', dat Rempis uitbracht op zijn zopas in het leven geroepen Aerophonic Records.

Ongeveer een jaar geleden begon je met Aerophonic een eigen label. Wat heeft je tot dit initiatief gedreven?

Foto: Peter Gannushkin
Foto: Peter Gannushkin
Om het simpel te stellen: ik was het beu om te wachten tot de weinige overblijvende labels die dit soort muziek uitbrengen effectief tot een release overgingen. Het duurt tegenwoordig 2 à 3 jaar om om een opname uit te brengen en dat is veel te lang in een tijd waar concerten al op YouTube verschijnen een uur nadat ze hebben plaatsgevonden. Ik heb met geweldige mensen samengewerkt bij alle labels waar ik voor opnam en de meesten van hen zijn ook goede vrienden. Ik voelde echter dat niemand nog in staat was om mijn muziek op die manier te pushen die nodig is om nog voldoende werk te vinden voor al de groepen waar ik wat mee wil doen. Opnames zijn slechts documenten van een kunstvorm die zich live op een podium afspeelt, maar als mensen bepaalde bands niet leren kennen omdat er geen opnames van zijn, dan krijgen die bands ook minder kansen om live op te treden.

Kan je de voor- en nadelen van een eigen label ondertussen al wat afwegen?

Het grote voordeel is dat ik zo veel werk kan steken in elke release als ik zelf wil. De opname en de klank, het artwork, de promotie en ga zo maar door. Ik kan er zelf voor zorgen dat het goed klinkt, goed oogt, dat het bij de juiste mensen geraakt en onder de aandacht komt. 

Langs de andere kant neemt dit alles heel wat tijd in beslag. Tijd die ik normaal gezien met muzikale activiteit zou invullen, zoals componeren of oefenen. Desondanks biedt het me wel meer mogelijkheden om jobs te vinden voor verschillende projecten, dus tot nu toe win ik er wel bij. 

Voor het artwork van Aerophonic werk je samen met Jonathan Crawford, die elke release van een mooi ontwerp voorziet. Het label heeft hierdoor een visueel herkenbare stijl.

Jonathan is een oude vriend en een fulltime grafisch ontwerper met een eigen bedrijf. Hij is extreem getalenteerd in wat hij doet. Ik heb met hem al in verschillende contexten samengewerkt, voor mijn website bijvoorbeeld en voor cd-hoezen en concertposters. We werkten samen aan het concept voor de look vooraleer het label werd gelanceerd. Hij pikte in op enkele ideeën die ik had aangebracht en maakte er iets geweldigs van. Ik weet niet precies hoe hij zijn concepten ontwikkelt, maar ik stuur hem meestal wel een kopie van de opname vooraleer hij aan het ontwerp begint. Ik ben alleszins zeer blij met al het werk dat hij tot nu toe afleverde. Het is ook vaak het eerste dat mensen vermelden wanneer ik met hen praat over het label. 

Hij is overigens ook muzikant, meer bepaald een drummer die vooral actief is in de rockscene in Chicago. Vroeger was hij eerder een improvisator en vormde hij een sterk duo met Aram Shelton genaamd Grey Ghost. Dat moet nu ongeveer 10 jaar geleden zijn. 

Hoe belangrijk is vorm en structuur eigenlijk in je werk? Projectnamen en titels als Wheelhouse, 'Aphelion', 'Phalanx', 'Nuria' en 'Saqiya' verwijzen allemaal naar vormen en cyclussen, terwijl je muziek overwegend vrij is. 

Foto: Peter Gannushkin
Foto: Peter Gannushkin
Een stream-of-consciousness manier van spelen kan heel interessant zijn en geweldig leuk, maar de meeste bands waar ik regelmatig mee werk, zelfs die groepen die compleet vrij improviseren, hanteren vorm en structuur als kernelement in de muziek. Ik geniet er van om zulke dingen samen met andere muzikanten op te bouwen en te verkennen binnen een lange improvisatie. Er is sprake van interactie op hoger niveau wanneer je omgaat met verschillende dingen die zich tegelijk ontwikkelen, zoals het instant spelletje vraag en antwoord dat wordt ingebed binnen compositorische elementen die op langere termijn hun invloed laten gelden. Ik had er overigens nooit bij stilgestaan dat al die namen en titels daar verband mee houden. Best een interessante observatie!

Je hebt op een half jaar tijd al vier albums uitgebracht op het label. Ga je dat tempo blijven volhouden?

Toen ik het label opstartte had ik het gevoel dat ik immens veel in te halen had qua releases. Nu ik al een deel van mijn lijstje heb kunnen schrappen, zou ik graag tot een gemiddelde van 3 of 4 releases per jaar komen. Rekening houdend met al mijn andere bezigheden en de tijd die ik daarvoor beschikbaar heb, lijkt me dat realistisch. In mei viert het label haar eerste verjaardag en tegen dan zullen er in totaal 6 releases zijn verschenen. 

Klopt, want nummer 5 en 6 zijn ondertussen aangekondigd: een lp met Lasse Marhaug en een trioplaat met Darren Johnston en Larry Ochs. Kan je misschien al wat prijsgeven over deze albums?

Ik ben zeer enthousiast over deze twee platen! Ze representeren elk een heel ander facet van mijn muzikale persoonlijkheid. Die met Lasse komt bovendien uit op vinyl en het is voor mij de allereerste keer dat ik iets op die manier uitbreng. Dat proces op zich was al geweldig spannend.

Muzikaal is het duo met Lasse redelijk agressief, vol met noisy uithalen, shrieks en bleeps, terwijl het trio een verkenning is van het type compositorische improvisatie dat ik zonet aanhaalde. De titel 'Spectral' verwijst enigszins naar een concept waarover we discussieerden nadat we enkele keren hadden samengespeeld. We noemden het "invisible architecture".

Wat zijn de volgende projecten op het lijstje?

Foto: Jim Newberry
Foto: Jim Newberry
Na deze twee releases neem ik even een adempauze. Ik ga het wat kalmer aan doen tijdens de zomer en me voorbereiden op wat in de herfst komt. Ik heb nog niet echt dingen vastgelegd wat dat betreft, maar de projecten die ik in mijn vizier heb zijn onder meer het Chicago Reed Quartet, een nieuwe groep die ik samen opstartte met Nick Mazzarella, Mars Williams en Ken Vandermark. En misschien komt er ook iets van een kwartet waarmee ik toevallig vanavond in de studio duik, met daarin een paar van mijn favoriete New Yorkse muzikanten: Nate Wooley, Pascal Niggenkemper en Chris Corsano. We hebben samen net twee concerten gespeeld. Het zijn allemaal toffe kerels en geweldige muzikanten. Ik heb wel vaker met Nate gespeeld in Chicago en we kennen elkaar al lang, maar het is de eerste keer dat ik met Chris en Pascal samenwerk. Het zal er nu allemaal van afhangen of we een echte working band gaan worden, maar de start was alvast veelbelovend.

Binnenkort vertrek je op tournee met drummer Tim Daisy. Jullie duoproject bestaat al behoorlijk lang en de eerste (en tot voor kort enige) plaat dateert van 2005. Is het project altijd actief geweest?

Tim en ik spelen al samen sinds de herfst van 1997, toen ik barman was in The Bop Shop, een jazzclub in Chicago. Hij moest daar op maandag regelmatig optreden met een soort hippie jamband waarin ook wel wat jazzelementen zaten. We lachen er nog steeds om eigenlijk. We begonnen echter al snel samen te komen in zijn studio om wat te spelen en vormden een kwartet met een bassist en een andere saxofonist. Van daaruit verzeilden we samen in een kluwen van projecten en dat duurt nu al zo'n 16 jaar. 

Als duo hebben we soms periodes van inactiviteit. De evolutie van ons project is sterk beïnvloed door alle andere dingen die we samen hebben gedaan, zoals Triage, Vandermark Five, Rempis Percussion Quartet en The Engines. 

In een interview met Kwadratuur van twee jaar geleden, sprak je over "bad habits" in een van je bands, waardoor de muzikanten niet meer op zoek gaan naar onbekend terrein en de muziek creatief vast komt te zitten. Hoe groot is het risico dat je zo'n gewoontes gaat ontwikkelen binnen een duoproject dat al 16 jaar actief is?

Het risico is er zeker, maar omdat we er beide van bewust zijn hebben we het gevaar telkens kunnen vermijden. Door het project regelmatig een tijdje te laten rusten voorkomen we al veel problemen. Het is lang geleden dat we nog eens zo lang getourd hebben zoals dat voor maart op het programma staat en we kijken er naar uit om nieuwe dingen te vinden tijdens die lange concertreeks. We zullen wel moeten, anders zijn we het compleet beu naar vier dagen!

Het project legt zowel een klemtoon op improvisatie als op compositie. Hoe zit die relatie juist in elkaar?

The Rempis/Daisy Duo
The Rempis/Daisy Duo
Hoewel de eerste plaat uitsluitend bestond uit composities, zijn we recent op een punt beland waarop we vooral vrij improviseren. Dat betekent echter niet dat we geen tunes spelen tijdens de volgende tour, zoals eigen dingen of composities van anderen die ons beide bevallen. Met Tim weet ik dat ik overal naartoe kan gaan zonder dat ik hem kwijt speel. Hij is daar ongelofelijk gevoelig voor en is bovendien heel open minded

Een duet van sax en drums is vaak een synoniem voor energie en rauwe expressie. Hoe kijken jullie daar tegenaan?

Ik denk dat men er vaak zo over denkt omwille van de erfenis die John Coltrane en Rashied Ali nalieten met 'Interstellar Space'. Maar er zijn natuurlijk net zoveel muzikale mogelijkheden als bij elk ander type line-up. Waarmee ik niet wil zeggen dat die plaat geen gigantische invloed uitoefent op mijn eigen psyche natuurlijk!

Welke duo's hebben jou geïnspireerd?

Er zijn er erg veel, maar de voornaamsten zijn John Coltrane/Rashied Ali, Anthony Braxton/Max Roach, Dewey Redman/Ed Blackwell en Jimmy Lyons/Sunny Murray. 

Een trombonist vertelde me onlangs dat hij zijn geïmproviseerd solo-optredens tegenwoordig niet lang meer laat duren, omdat hij beseft dat het voor een publiek moeilijk is om zo lang gefocust te blijven op een muzikant die strijd levert met zijn eigen instrument. Denk je dat een sax/drum duo ook zo'n verzadigingspunt heeft? 

Eigenlijk denk ik dat mensen een neiging hebben zich te verbinden met percussie-instrumenten, veel meer dan met blazers bijvoorbeeld. Er is iets met percussie dat mensen op een heel primitieve manier raakt, waardoor ik geneigd ben te denken dat je met drums al heel vreemd mag doen vooraleer mensen beginnen af te haken. Dat is helemaal anders wanneer men op een ander instrument iets even "abstracts" doet. Wat de focus van een publiek betreft zou daar dus een deel van de verklaring kunnen liggen.

De trombone is tegelijk een geweldig en een ondankbaar instrument. Ik hou er echt van, maar iedereen met een beetje gevoel voor humor kan het grappige karakter ervan niet ontkennen. Dat doet me denken aan een goeie mop: wat doe je wanneer een trombonist bij je aanbelt? De pizza betalen en hem vragen om weg te gaan. 

Ik heb zo het gevoel dat ik hier wat haatmails door ga krijgen...

Meer over Dave Rempis (The Rempis/Daisy Duo)


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.