Enkele jaren geleden verscheen van het duo Kayhan Kalhor en Ali Bahrami Fard het album ‘I Will Not Stand Alone’. De twee namen de cd op in Teheran, tijdens de protesten en politieke onlusten van 2011. Kalhor zelf omschreef deze periode als een van de donkerste van zijn leven en het mag gezegd: hoe versleten woorden als “ontroerend” en “meeslepend” door oneigenlijk gebruik ook mogen zijn, in de meest oprechte betekenis zijn ze perfect van toepassing op ‘I Will Not Stand Alone’.

In Gent was het aan het duo om de nu eens breekbare, dan weer turbulente atmosfeer van het album naar het podium van de Turbinezaal van De Centrale over te zetten. Daarvoor deden ze beroep op het ongewone instrumentarium dat ze ook in de studio gebruikten. Kalhor speelde niet op een klassieke kamanche (een langhalzige, Perzische viool die rechtop geplaatst wordt bij het spelen), maar op een speciaal voor hem ontworpen variant: de shah kaman. Ook Ali Bahrami Fard maakte gebruik van een zelden voorkomend instrument, in zijn geval de bassantur, een grotere versie van de siter-achtige santur.

Kayhan Kalhor
Kayhan Kalhor
Snel werd duidelijk dat het programma van het concert integraal zou bestaan uit het repertoire van het album. Met het weemoedige lamento ‘Between the Heavens and Me’ doken Kalhor en Fard meteen in het hart van de muziek. Het wat klagende, hese en lagere register van de shah kaman kwam optimaal tot haar recht op de door de bassnatur uitgerolde rode loper. Om beurten namen de twee de leiding, waarbij ze heel natuurlijk en soms haast onmerkbaar van functie wisselden. Zo meanderde het meer dan een kwartier durende stuk zonder vast tempo van de ene setting in de andere, waarbij de spanningsboog nooit opgegeven werd.

Het opvoeren van het ritme en de dynamiek deden de dramatische lading van de muziek gestaag veranderen, maar echt los komen was er nog niet bij. Dat gebeurde aanvankelijk ook niet in ‘Where Are You?’, waarvan de serene, desolate melodie - die in verschillende arrangementen en harmonisaties gespeeld werd - perfect aansloot bij de ingetogen sfeer van het eerste stuk. Halverwege vierden Kalhor en Fard de teugels een eerste keer en lieten ze de muziek in een roterend ritme door de zaal tollen. Hoe virtuoos de twee zich hier ook lieten horen, van een echt spektakelstuk was nooit sprake. Technisch meesterschap stond louter en alleen ten dienste van de emotionele lading en daarvan kreeg het publiek een aanzienlijke dosis te slikken.

Wat Kalhor en Fard in Gent lieten horen was dan ook met moeite een regulier concert te noemen. Door de verschillende stukken naadloos in elkaar te laten overlopen, werd elke aanzet tot overbodig applaus tussen de stukken in de kiem gesmoord. Zo gooiden de twee het talrijk opgekomen publiek op een emotionele rollercoaster die gedurende meer dan een uur langs allerlei uitersten van het gevoelsspectrum zou razen.

Daarbij bleef de muziek ontwapenend spontaan, alsof de twee alles op het moment zelf tevoorschijn toverden. In werkelijkheid was het hele optreden echter een groot, ingenieus weefsel van thema’s die getransformeerd, omspeeld, in interactie ontwikkeld of contrapuntisch tegenover elkaar uitgespeeld werden. Fard en Kalhor leken elkaar moeiteloos te vinden en met een minimum aan oogcontact stuwden ze de muziek naar perfect gecontroleerde climaxen, om die even later te laten terugtrekken in verstilde passages. Adembenemende arpeggio’s, brede melodieën en bezeten dansende ritmes vloeiden zo uit elkaar voort tot na goed zeventig minuten de muziek wegstierf en zo haar eindpunt leek te bereiken.

Ali Bahrami Fard
Ali Bahrami Fard
Voor een onverlaat het aandurfde om de handen op elkaar te brengen, zette Fard echter ‘I Will Not Stand Alone’, de afsluitende titeltrack van de cd in, waar het duo nog een stapje verder ging dan op cd of eerder tijdens het concert. De intensiteit werd nu verschroeiend waarbij het arrangement onontgonnen terreinen opzocht.  De gedempte snaren van de bassantur klonken plots als een fagot, terwijl Kalhor ook in razende tremolo’s de melodische lijn bleef bewaken.

Honger bleek weer eens de beste saus, want toen Fard en Kalhor er dan uiteindelijk echt een punt achter zetten, kregen de twee binnen de tien seconden na de laatste noot de hele zaal overeind. Ze bedankten met een elegant bisnummer waarin een eerder volkse melodie de hoofdrol speelde: niet met de emotionele lading van al het voorgaande, maar wel met een zelfde muzikale kwaliteit.

Beleefde De Centrale het perfecte concert? Niet helemaal, want na enige tijd kregen zowel Fard als Kalhor af te rekenen met ontstemde instrumenten, problemen die ze echter al spelend wisten recht te zetten. Van een heel andere orde was het geluid in de zaal. Met meer dan driehonderd zitplaatsen konden de muzikanten inderdaad wel wat versterking gebruiken, alleen kregen ze die iets te veel. Dat de beklijvende atmosfeer van de muziek niet verloren ging ondanks het te hoge volume in de zaal zegt echter ook alles over de muzikale prestatie van de twee grote heren op het podium. Bovendien kunnen enkele mankementjes nooit kwaad, al was het maar omdat zes sterren op vijf geven mathematisch nog steeds onmogelijk is. Of op z’n minst verdacht.

 

Meer over Kayhan Kalhor & Ali Bahrami Fard


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.