Ludwig van Beethoven schreef naast zijn vijf klavierconcerti ook het bekende concerto voor viool in D en een tripelconcerto in C, opus 56 voor piano, viool en cello. Dat laatste werk wordt weinig uitgevoerd, misschien wel omdat er niet alleen drie stevige solisten voor nodig zijn maar ook omdat die drie solisten onderling nog eens een hechte kamermuziekgroep moeten kunnen vormen. Met het jonge Storioni trio en het recent herdoopte Netherlands Symphony Orchestra dirigeerde Jan Willem de Vriend dit vergeten concerto, in combinatie met het klaviertrio in Bes opus 97, het 'Aartshertog' trio. Het werd vernoemd naar en opgedragen aan aartshertog Rudolph von Habsburg-Lothringen, een van Beethovens latere studenten, voor wie de klavierpartij overigens ook geconcipieerd was.

Jan Willem De Vriends achtergrond in de oude muziekwereld toont zich op meerdere gebieden maar niet in de laatste plaats in het gecombineerde gebruik van authentieke en moderne instrumenten. Dat gebeurt met het idee dat het niet zozeer de instrumenten zelf zijn waarop men speelt die een goede, stijlbewuste uitvoering maken, maar wel de manier waarop. Zo spelen de strijkers van het orkest op moderne, synthetische snaren, terwijl het Storioni trio van darmsnaren en een pianoforte gebruik maakt. De houtblazers beschikken over een modern instrumentarium maar hoorns, trompetten en pauken kozen voor achttiende instrumenten. Wat mag klinken als een hopeloze mengeling van oud en nieuw, werkt in praktijk wonderwel.

Het resultaat is een vlot uitgevoerd tripelconcerto, dat dankzij een snel tempo en een compacte orkestklank een frisse en energieke indruk maakt. Een samengebalde, krachtige speelstijl bij de kopers, een verzorgde balans onder de houten en een groep strijkers die vibrato maar spaarzaam gebruikt, dragen bij tot een interpretatie die bij momenten moeilijk van een volledig historische uitvoering te onderscheiden is.

Het Storioni trio zelf speelt uiteraard volledig op authentieke instrumenten, ondersteund door een Lagrasse pianoforte uit 1815. De spitse aanslag van het instrument en het aanstekelijke ritmegevoel waarmee pianist Bart van de Roer zijn partij uitvoert, vinden hun weerslag ook in verzorgde, gedetailleerde maar energieke fraseringen bij de twee strijkinstrumenten. Wouter en Marc vossen blijken daarenboven zo goed op elkaar ingespeeld te zijn dat de klank van hun beide instrumenten, waar nodig, nog moeilijk van elkaar te onderscheiden is. Eenzelfde voorliefde voor een zangerig zoete legatostijl levert zo prachtige momenten op, zoals in de doorwerking van het eerste deel of het wilskrachtige trage, derde deel. Dat bekwame samenspel springt ook op talloze andere manieren en plaatsen in het oog: in de comfortabel zittende openingsmaten van het trio bijvoorbeeld, of in de manier waarop de fortepiano de pizzicato’s van de strijkinstrumenten onderpint in de doorwerking van het eerste deel.

Het ‘Aartshertog’ trio is een van Beethovens late, grote kamermuziekwerken en krijgt van het Storioni trio een uitvoering mee die net zo natuurlijk als capabel overkomt. Het is echter het tripel concerto dat echt schittert, hier. Met een eerste deel vol moed, een vriendelijk zangerig maar kort middendeel en een finale die alle vrolijke energie van een polonaise bevat vormt het een constant boeiend maar gek genoeg wat vergeten concerto. Dat zoiets onterecht is, bewijst deze uitvoering, met zijn meeslepende solisten, perfecte combinatie van ritmiek en lyriek en geëngageerde samenspel tussen orkest en solo-instrumenten.

Meer over Ludwig van Beethoven


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.