Pianist Eric Le Sage is er niet de mens naar om op zijn lauweren te rusten. Hij heeft bij het label Alpha pas een schitterende Schumann-integrale achter de rug en meteen daarop achtte hij de tijd rijp om bij dezelfde platenmaatschappij te werken rondom de kamermuziek van Gabriel Fauré. Uit wat een project bestaande uit vijf cd’s moet worden, kwam eind vorig jaar het magnifieke eerste deel in de rekken. Nochtans is de concurrentie voor wat Fauré betreft ernstig te duchten: Virgin Classics bracht zopas een uiterst zacht geprijsde box op de markt met alle kamermuziekwerken door wereldvermaarde interpreten, en in het verleden gingen een aantal grootmeesters Le Sage al voor. Dat de Franse pianist overigens François Salque, een eerder onbekende cellist, strikte om op dit eerste volume de cellowerken op te nemen, doet niet vermoeden dat het hier om een onovertroffen opname zou gaan. En toch: de spontaniteit en de pretentieloosheid van waaruit Le Sage en Salque musiceren, is zelden gezien. De extreem heldere opnamekwaliteit, waarvoor Jean-Marc Laisné – die overigens ook instond voor Le Sage’s Schumann-cyclus – als geluidsingenieur werd opgetrommeld, is de muzikale aanpak gedienstig: de trukendoos blijft dicht en wat beide musici presteren, ademt de grootst mogelijke natuurlijkheid.

In het ‘Piano Trio, opus 120’ valt eveneens sterk op hoe de drie muzikanten expliciet vermijden om in geconstrueerde intensiteit te vervallen. Le Sage maakte trouwens de gewaagde keuze om dit werk niet met viool, maar met klarinet op te nemen, volgens de nagelaten geschriften de oorspronkelijke bezetting waarvoor Fauré het werk bedoelde. Paul Meyer toont zich een meer dan geschikte kandidaat en vertolkt zuiver, waarbij hij probleemloos inpikt op de heersende cohesie tussen Salque en Le Sage. De aanslagen van de drie musici zijn nooit te hard en getuigen niet van een verlangen tot het opdelen van het trio in duidelijk gelaagde solo- en begeleidingsstemmen. Veeleer denkt men in termen van grote samenhang en dat werpt zijn vruchten af: ongehoorde details vallen ineens op, terwijl die detailwerking allesbehalve ten koste gaat van de grote lijn in de muziek. In de voorgaande werken voor cello en piano laten Salque en Le Sage de lyricus in Fauré spreken. Wie een verklaring zoekt voor de vraag waarom Fauré vandaag zo dikwijls wordt geprogrammeerd, zou misschien kunnen aanbrengen dat de grote emotionaliteit van diens muziek dicht bij de tijden van vandaag staat, waarin geen grote omwegen tot het grote sentiment worden geduld. De muziek van Fauré is direct en eerlijk, zonder poespas. Precies zo brengt het duo Salque – Le Sage deze muziek: weg van de grote ego’s, met een niet aangedikte klank in zowel de vrij “droog” opgenomen piano als de niet al te smeuïg klinkende cello. Niet onterecht, want in zijn latere periode wilde Fauré terug naar de sobere textuur van het instrument, om met sprekende melodieën en soms wringende harmonieën tot bepaalde waarheden te komen.

Bij label Alpha poogt men aan de muziek tevens een correcte en interessante muziekhistorische uitdieping op te hangen. Hoewel het cd-boekje melding maakt van zaken die ook elders zijn terug te vinden, is de uitgebreide tekst mooi meegenomen. In essentie komt het gebrek aan uiterlijk vertoon, ook in de vormgeving, neer op wat men hoort bij Le Sage, Salque en Meyer: een zoektocht naar essenties, op een tok de nok gevuld schijfje dat afklokt boven de zeventig minuten. Op die manier werd dus het startschot gegeven voor een cyclus waarmee Le Sage zijn positie van eigenzinnige meerwaardezoeker op de cd-markt verder moet versterken. In ieder geval wordt hier meer dan reikhalzend uitgekeken naar het vervolg.

Meer over Gabriel Fauré


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.