Sergey Prokofiev keerde in 1936 terug naar de Sovjet Unie, het land dat het sinds de Russische revolutie verlaten had. Dat was een beslissing die hij zich later nog zou beklagen maar zijn terugkeer aan het eind van de jaren '30 gaf hem de kans om samen te werken met enkele van de grootste namen in de Russische film- en theaterwereld.

De muziek van 'Pikovaya Dama' werd geschreven voor een verfilming van het gelijknamige verhaal van Alexander Pushkin door regisseur Mikhail Romm. Dat was trouwens hetzelfde verhaal waarop ook Tchaikovski zich voor zijn opera 'Picque Dame' had gebaseerd. De Stalinistische zuiveringen van het eind van de jaren '30 gingen aan Prokofiev voorbij maar betekenden het eind voor zulke onafhankelijke producties als 'Pikovaya Dama'. Prokofiev kannibaliseerde zijn muziek echter voor andere projecten (het 'Adagio' keert bijvoorbeeld terug als het langzame deel van de vijfde symfonie) en de vierdelige symfonische suite die het Royal Scottish National Orchestre hier opnam werd pas enkele jaren geleden opnieuw samengesteld door de Engelse componist en musicoloog Michael Berkeley.

De cantate 'Op wacht voor Vrede' is de laatste in een reeks van drie cantates die Prokofiev na de Tweede Wereldoorlog schreef waarin de wereldrevolutie, de Sovjet Unie en kameraad Stalins ("de beste vriend van elk kind") welwillendheid geprezen worden. Dat maakt van deze cantate een puur propagandawerk ook niet echt Prokofievs grootste compositie. In tien koorgedeeltes bezingen kinderkoor, gemend koor, mezzosopraansolo en vertelster het Sovjetparadijs en het vrije Oost-Europa waarin de bevolking gelukkig is en het onderwijs gratis. Die visie van vrede en voorspoed contrasteert Prokofievs tekstschrijver Samuïl Marshak met het uitzichtloze leven in het kapitalistische West-Europa, waar arme en uitgehongerde havenarbeiders gedwongen worden Amerikaanse oorlogsschepen af te laden zodat de Amerikanen ("Okay!, Washington stuurt honderdduizend ton munitie naar Europa") en booswicht Robert Schuman in het bijzonder de derde wereldoorlog kunnen beginnen.

Het Scottish National Orchestra speelt met veel gevoel voor proportie en begrip voor de fijnere kantjes van Prokofievs orkestratie. In 'Pikovaya Dama' is de klankwereld van 'Romeo en Julia' nooit veraf. De muziek die Prokofiev in de Sovjet Unie schreef, legt veel nadruk op melodie, zoals de lyrische langzame passages uit 'Pikovaya Dama' tonen. Snelle delen in dat werk klinken echter nerveus genoeg want Neeme Järvi houdt op vele plekken een zenuwachtige, latente dreiging in deze muziek die soms sterk aan Shostakovich' werken doet denken.

In 'Op wacht voor Vrede' neemt de Russische mezzo Irina Tchistjakova de dubbele rol van vertelster en mezzosopraan op zich. Met haar bezit deze opname een archetypisch Russische zangeres, met een diepdonkere stemkleur en een wijde, opvallende vibrato. Dat is een interpretatie die niet bij iedereen in de smaak zal vallen maar een meer typerende kleur voor deze Russische muziek was moeilijk te vinden. Hier wordt het koor vooral verplicht om voor volume en opvulling te zorgen en fijnzinnigheid blijft in dit soms bombastische werk dan ook achterwege. Zo klinkt het koor hier dan ook vaak geforceerd, wat niet geweldig is voor klankkleur of (af en toe) intonatie. De Russische tekst blijft echter vrij goed verstaanbaar en het orkest dat vooral in de koorpassages gedomineerd wordt door koperblazers begeleidt toch met veel fijngevoeligheid. Prokofiev schreef gelukkig ook enkele erg mooie passages in 'Op Wacht voor Vrede', zoals de mooie solo voor knapenstem in 'Wij Willen geen Oorlog' bewijst, met zijn frisse, opgetogen orkestratie.

Chandos Records werkt aan een opname van voornamelijk onbekend werk van Prokofiev en deze zelden uitgevoerde werken passen perfect in het plaatje. 'Pikovaya Dama' is ongetwijfeld interessanter van 'Op Wacht voor de Vrede' maar Prokofievs muziek blijft bij het Scottish National Orchestra toch steeds aantrekkelijk klinken.

Meer over Sergey Prokofiev


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.