Twaalf jaar heeft het geduurd eer de Brighouse & Rastrick Band opnieuw een cd met werken van concoursniveau op de luisteraar afvuurde, een ongezien schrale oogst voor een brassband van dit niveau. Na ‘Purcell Variations: The Music Of Kenneth Downie’ bleven de releases beperkt tot easy listening, het herkauwen van ‘Floral Dance’, hun hitparadesucces uit 1977, marsen en hymnes. Op het entertainmentconcours ‘Brass In Concert’ kwam de factor amusement al te vaak neer op slapstick. Voorspelbaarheid en traditie troef dus – B&R was samen met Grimethorpe de laatste band die geen vrouwen toeliet in de bezetting, iets waar de Australische dirigent David King na enig getouwtrek korte metten mee maakte.  Resultaat was een trouwe fanbasis binnen zowat de hele roedel gepensioneerden en steunkousenbrigade van Brighouse en de rondom liggende dorpen.

Met (professor) David King sinds een viertal jaar aan het roer was de discografie zowat het enige waar de stap naar de 21ste eeuw nog niet was gezet. Met ‘War Of The Worlds’ (geïnspireerd door de films gebaseerd op de gelijknamige roman van H.G. Wells)  is daar eindelijk opnieuw een schijf met meerwaarde aan toegevoegd. De cd opent met ‘Phoenix’, tevens de jachtige afsluiter van het titelnummer, dat op het einde integraal wordt doorgespeeld, waardoor dit onderdeel als het ware het frame vormt waarin de rest van het repertoire is ingebed. Zowel het licht als zwaar koper in de achtergrond krijgt vingervlugge trekjes voorgeschoteld terwijl de frontlijn binnen een rustiger kader kan werken, en doet zo denken aan het oeuvre van Paul Lovatt-Cooper, net als Graham iemand die zijn mosterd bij de Salvation Army haalt.

Het contrast met ‘Rameau Revisited’ is opvallend: een werk in vijf ultrakorte bewegingen, te beginnen met een mars. In het rustige tweede deel ‘Rondeau’ komen de alto’s en bugel op de voorgrond, gevolgd door de cornetten in het barokke ‘La Joyeuse’ en het zwaar koper in het verrassend virtuoze ‘Danse’, om dan te eindigen met ‘Tambourin’, een renaissanceachtige plechtige dans op speed. Het in opdracht van de dirigent geschreven ‘Lady Stewart’s Air’ is een nederige en respectvolle lofzang aan het adres van een van de voornaamste steunpilaren van de brassbandscene in Australië en Nieuw-Zeeland.

Het vijdelige titelwerk opent met ‘Wrath’, waarin de inval van de aliens door de dreigende tonen wordt opgeroepen. Het bloedmooie, fragiele duet tussen bugel (Lucy Murphy) en alto (Leah Williams) in deel twee ‘Reflections’ is er een om in te kaderen. ‘Battle’ klinkt minder angstaanjagend dan de titel doet vermoeden, althans in het begin, want van zodra het slagwerk zijn intrede doet, wordt alles veel dreigender, temeer daar ook de trombones en cornetten hun stem verheffen. Kevin Crockford ten slotte, een veteraan op sopraancornet die na omwegen langsheen Carlton, Black Dyke, Desford, Fairey en Grimethorpe uiteindelijk bij B&R belandde, bewijst zijn staat van dienst in het perfect gebrachte ‘Deliverance’.

Na de titelcompositie is ‘The Red Machine’ het meest omvangrijke opus. Enkele jaren terug geschreven voor het harmonieorkest van de Coldstream Guards - de titel  verwijst naar hun bijnaam – kan men nu niet ontkennen dat de bewerking voor brassband waarin de afwisseling tussen introverte melodielijnen en onruststokende uithalen nog manifester overkomen, minstens even indrukwekkend is. Van een heel andere orde is het oosters aandoende ‘With Fire And Sword’, dat deel kon zijn van Grahams andere compositie in die stijl, ‘Call Of The Cossacks’.

Een orkest als B&R heeft ook een set spraakmakende solisten in huis en Lucy Murphy mag schitteren in ‘Follow The Flame’, een bloedmooi rustpunt geïnspireerd door Grahams leermeester Eric Ball, nog een componist uit de stal van het Leger des Heils. De korte dialogen met de euphonium van David Thornton behoren tot de lyrische hoogtepunten van deze plaat. Na een intro van de sopraancornet soleert Leah Williams ‘Ae Fond Kiss’ alsof het haar grootste liefde betreft. De melancholie van het gelijknamige gedicht van Robert Burns overheerst hier en de lichte wanhoop blijft na de laatste noot nog even dwalen. Steven Walsh, euphoniumsolist bij de YBS Band na het vertrek van Morgan Griffiths, is intussen overgestapt naar de mib bas en levert hier de spiritual ‘Deep River’ aan, al zou dit pareltje toch beter klinken op een euphonium.

Voor de huidige euphoniumsolist, David Thornton schreef Graham ‘The Red Novae’, een bijna-anagram van Thorntons naam. De meermaals terugkerende echo-effecten in dialoog met de vage vibrafoonklanken geven het iets science-fictionachtigs, maar bovenal valt hier op hoe vlot de solist zich doorheen een duidelijk zwart uitslaande partituur wroet. Principal cornet Stuart Lingard, vroeger ook de onbetwiste nummer één bij King in de Yorkshire Building Society Band (later YBS), neemt de luisteraar mee in de uit ‘Scent Of A Woman’ bekende sensuele tango ‘Por Una Cabeza’.

Met deze release heeft Brighouse & Rastrick eindelijk opnieuw iets op de markt gebracht dat de vergelijking met topwerken van hun grote rivalen Black Dyke, Foden’s of Cory kan doorstaan. Voor David King is het na zeven jaar de grote comeback die doet denken aan ‘Bourgeois In Brass’, ‘Music Of The Spheres’ en ‘Alpha And Omega’, die hij met YBS uitbracht. Dat het veel te lang heeft geduurd is dan ook de enige zinnige kritiek die men kan bedenken.

Meer over Brighouse & Rastrick Band


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.