Eigenlijk is het simpel: Mary Halvorsons septet is gewoon haar kwintet, aangevuld met saxofoniste Ingrid Laubrock en trombonist Jacob Garchik. Minder voor de hand liggend is de muziek die ze met deze en haar andere formaties brengt, want als ‘Illusionary Sea’ een ding laat horen, dan is het wel dat Mary Halvorson nog steeds niet wil “deugen”.

Het begint al met de composities. Door het steevast combineren van verschillende lijnen overstijgen die de gewone tunes. Begeleidingen worden minutieus uitgeschreven en de op het eerste zicht ondersteunende partijen krijgen geregeld de allures van volwaardige tegenstemmen. Ook tijdens de solopassages, waar de solist van dienst nooit overstemd wordt door zijn collega’s, maar wel steevast bij de les moet blijven. Gezellige stabiliteit is hier niet aan de orde, muziek die continu gevoed wordt door nieuw, herhaald of getransformeerd materiaal des te meer.

De precisie waarmee Halvorson haar ideeën uitwerkt, vragen een groot engagement van haar uitvoerders. De vereiste precisie, gevoel voor balans en het denken in groepsverband, komen in deze septetbezetting echter perfect uit de verf. Meer zelfs: de zevenkoppige bezetting met vier blazers geeft extra mogelijkheden en die werkt Halvorson goed uit. Dat ze daarbij steevast blijft vasthouden aan een kamermuziekachtige precisie, maakt haar muziek niet klassieker, maar wel spannender. Zelfs wanneer ze in het meest polyfone stuk van de cd ‘Four Pages of Robots’, het ter beschikking staande zevental even met de nodige bigbandallures inzet.

Toch blijft ook dan het geluid heel licht. Meer dan eens neigt haar muziek zelfs wat naar de cool jazz, maar dan met heel eigen twist die elke vorm van nostalgie in de kiem smoort. De bizarre melodieën tarten alle wetten van de klassieke spanningsopbouw, het ritme hapert meer dan eens (zij het dan meestal onder de oppervlakte) en met harmonische dwarsigheden zet Halvorson de luisteraar op het verkeerde been. Geregeld lijkt ze immers te leen te gaan bij meer populaire muziek, maar de schijn van souljazz, reggae, latin en zelfs halve pop wordt keer op keer met de glimlach, maar daarom niet minder genadeloos kaltgestellt.

Geregeld is het trouwens Halvorson zelf die de opkomende gezelligheid vakkundig de nek om wringt. Dat doet ze niet alleen met het muzikale materiaal, maar ook met haar venijnige geluid. Achter het uiterlijk van een volgzame secretaresse gaat immers nog steeds een levensgevaarlijke muzikante schuil die bedrieglijk clean kan spelen om daarna het geluid te laten flipperen of verbrokkelen, de distortion open te draaien of noten te verbuigen en in een knoop te leggen als een Bill Frisell 2.0.

Desondanks is Halvorson niet de gitariste met de grote gebaren en datzelfde geldt ook voor haar collega’s die soms zelfs als echte anti-helden klinken. Trompettist Jonathan Finlayson schaatst in ‘Red Sky Blue Sea’ melodisch over en door de begeleiding en Ingrid Laubrock speelt solistisch overtuigend de in zichzelf gekeerde saxofoniste. Geen voer voor decibelgeile luisteraars dus, maar hier passen ze echter perfect in het plaatje. Een plaatje dat op ‘Illusionary’ klopt als een bus en dat opnieuw laat horen welk een wolf in schapenvacht Halvorson is.

Meer over Mary Halvorson Septet


Verder bij Kwadratuur

Verder bij Spotify
Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.