Met het Koninklijk Concertgebouworkest Amsterdam kwam op 8 april het volgens Grammophone Magazine beste orkest ter wereld naar BOZAR. Er werd een volledig Frans programma gespeeld met twintigste eeuwse muziek van Messiaen en Dutilleux, naast de bekende symfonie van Franck. Bij deze gelegenheid stond het Nederlandse orkest onder leiding van de jonge dirigent Ludovic Morlot. Solist van dienst was de éminence grise van de cello: Lynn Harell.

Concertgebouworkest (foto: Simon van Boxtel)
Concertgebouworkest (foto: Simon van Boxtel)
Met 'Les offrandes oubliées' kreeg men een niet zo vaak uitgevoerd vroeg werk van Olivier Messiaen te horen. Het werk ontstond in 1930, voor de groter uitgewerkte symfonische meesterwerken 'L'ascension' en de 'Turangulila-symfonie'. Het werk dat een klein kwartier duurt, kreeg als ondertitel "méditation symphonique" mee. De langzame inleiding van het driedelig werk had iets intenser kunnen gespeeld worden, maar het Stravinskiaans opgevatte middendeel, dat kan staan voor de ongebreideldheid van het losgeslagen menselijk vernuft, kreeg een juist karakter mee. In het meditatieve laatste deel liet Morlot de verlokkelijke optie liggen om de partituur te intensiveren en liet de lange, heel langzame uitgesponnen lijnen in hun transcendente waarde zonder opsmuk voor zich spreken. Een mooie prelude tot het werk van die andere Franse meester van de 20e eeuw: Henri Dutilleux.

Lynn Harrell (foto: Lev Berenshteyn)
Lynn Harrell (foto: Lev Berenshteyn)
Dutilleux' celloconcerto ontstond in de jaren '60 van vorige eeuw, op instigatie van Rostropovich, die er ook een fenomenale opname van maakte met Serge Baudo. Het werk is geïnspireerd door de poëzie van Baudelaire en draagt als titel "Tout un monde lointain". Effectief klinkt het concerto "als in de verte" met zijn typisch Franse toetsen dankzij een fenomenale orkestratie. De cellopartij is hierbij perfect in balans met het orkest en het geheel vormt een prachtig spectrum van emoties. Lynn Harell beheerste de partituur tot in de puntjes en vertolkte ze met grote precisie, lyriek en innerlijke kracht. Dankzij de uitzonderlijke kwaliteiten van de blazers en slagwerkers van het Concertgebouworkest kreeg het concerto een uitvoering die bevredigde in al zijn facetten. Een zekere gereserveerdheid eigen aan het orkest, die mede zorgt voor hun gepolijste klankproductie, was een enig minpunt. De noten waren er, maar de intensiteit ervan ontbrak soms. Hiertegenover staan de grote helderheid die de mid-twintigste eeuwse muziek van het eerste deel wel ten goede komen.

Ludovic Morlot (foto: Sussie Ahlburg)
Ludovic Morlot (foto: Sussie Ahlburg)
Tot slot hoorde men de symfonie in re klein van César Franck. Het driedelig en cyclisch opgevatte werk staat met een belangrijk been in de romantische Wagneriaanse traditie, maar draagt tevens al vooruitlopende elementen in zich, qua vormprincipes en harmonie. Het late werk van de componist is een publiekslieveling dankzij zijn aangrijpend thematisch materiaal en majestueuze erupties. Morlot weerstond aan de verleiding om deze troeven extra uit te spelen en de muziek te pathetiseren. BOZAR kreeg dus eerder een gelijkmatige uitvoering, culminerend in het wat dubbelzinnige slotdeel. Het waren vooral de uitmuntende blazers van het orkest die de aandacht trokken. Met hun prachtige samenklank, diepe toonprojectie en spontane muzikaliteit verbluften ze de zaal.

De uitspraak dat de jonge veelbelovende Franse dirigent Ludovic Morlot zijn persoonlijkheid nog niet echt gevonden heeft en weinig meerwaarde kon bieden in het repertoire dat het orkest op routine kan spelen, is misschien overdreven. Toch zag men geen echte "chef" voor de Nederlanders staan, zoals men dat wel in andere "cyclus wereldorkest"-concerten van BOZAR zag. Desondanks een boeiende avond in gezelschap van een toporkest.

Meer over Koninklijk Concertgebouworkest, Ludovic Morlot, Lynn Harrell


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.