In 1981 kon Peter Brötzmann deze negenkoppige intercontinentale formatie samenstellen dankzij een opdracht die hij kreeg van de Duitse NDR-radio. In de band zijn enkele van Brötzmanns ouwe getrouwen terug te vinden (Von Schlippenbach, Breuker, Bauer, Moholo en Miller). Ongebruikelijker is de aanwezigheid van de Amerikaanse saxofonist Frank Wright en de Zuid-Afrikaan Alan Tomlinson. Ook van de partij is de Japanse trompettist Toshinori Kondo, waarmee Brötzmann later nog vaak zou samenwerken, zoals bijvoorbeeld in het fantastische Die Like A Dog-kwartet. De cd bevat de registratie van het concert dat Brötzmann met deze band in de NDR-radiostudio voor een 200-koppig publiek gaf en dat live op de radio werd uitgezonden.
Voor de compositie 'Alarm' liet Brötzmann zich inspireren door de noodprocedures van een nucleaire reactor. Het stuk, opgesplitst in twee delen, start met koper- en rietblazers die met lang aangehouden tonen alarmsignalen imiteren. Deze worden beantwoord met abrupt in- en uitvallende woeste percussie en hamerend pianowerk. Vooral Von Schlippenbach krijgt uitgebreide soleerruimte die hij vult met wel heel drukke en hoekige pianopatronen. Het stuk dreigt wat zwaar op de maag te gaan liggen: het vaak weerkerende gesimuleer van de noodsignalen door de blazersectie en de iets te richtingloze heftigheid gaan naar het einde toe eerder vermoeien dan dat ze indruk maken. Gelukkig stelt Toshinoro Kondo op het einde orde op zaken. Met een onconventionele trompetsolo vol gesputter, geblaas, omgebogen noten en andere extended techniques trekt hij de track moeiteloos uit het moeras der middelmatigheid. Zo duikelt het stuk deel twee in met in het begin een leuke conversatie tussen piano en trompet in call & response stijl. Later spelen de trombonespelers de hoofdrol, waarbij hun gevarieerde solo's op hun beurt worden afgewisseld met gezamenlijke koper- en rietblazerpassages. In de finale van het nummer verrast een frivool saxofoononderonsje door zijn – zeker voor brulboeien als Breuker en Brötzmann – melodische kwaliteiten. Uiteraard ontwikkelt dit zachtaardige intermezzo zich tot het meer vertrouwde scheurende saxgeluid. Het daarop volgende 'Jerry Sacem' is van de hand van Frank Wright en klinkt veel traditioneler door het openlijke geflirt met typische big band-swing en R&B. Het is een korte, luchtige afsluiter na een taaie, zware brok freejazz.
De ironie wil dat het concert – ook andere stukken stonden nog op het programma – moest worden onderbroken doordat een bommelding was binnengekomen. De albumtitel 'Alarm' heeft in deze context dan ook een meervoudige betekenis.
Meer over Peter Brötzmann Group
Verder bij Kwadratuur
Interessante links