Het Belgische Octurn maakt het de luisteraar van zijn albums nooit gemakkelijk. Zeker de voorbije jaren werd er een zekere drempel gecreëerd door vaak voor een dubbelalbum te kiezen terwijl de muziek van dit gezelschap rond Bo Van Der Werf al niet meteen van de gemakkelijkste soort is. Dat alles maakt hen erg vatbaar voor kritiek, maar dat lijkt Octurn niet te deren want op '7 eyes' doen ze er nog enkele schepjes koppigheid en lef bovenop.

Elektronica verwerft op dit (alweer) dubbelalbum een dominante plaats in het geheel. Het gebruik van elektronische effecten was via de keyboards van Jozef Dumoulin al langer ingeburgerd, maar op '7 eyes' staan deze niet langer in dienst van de muziek. Dankzij de ruime inbreng van elektronicaman Gilbert Nouno worden de futuristische geluidslandschappen namelijk allesbepalend voor het totaalgeluid. In een omgeving van gesamplede fragmenten, bleeps, clicks en ijle keyboardklanken worden de composities van Dumoulin en saxofonist Bo Van Der Werf vaak meerdere keren geherinterpreteerd, waarbij experiment wordt afgewisseld met bezwerende fusion en abstracte funk voor gevorderden.

Ook de stem (meestal vertegenwoordigd door Lynn Cassiers) vervult een hoofdrol op '7 eyes' met overal opduikende vocale samples, een zingend kind (zoals in het vreemde, maar mooie 'Place des Etoiles') en dromerige zanglijnen van Cassiers, meestal unisono ondersteund door keyboard, gitaar of de baritonsax. De zangeres zorgt voor een zeldzaam moment van herkenning met de standard 'Crazy He Calls Me' die na een droge begeleiding van bassist Jean-Luc Lehr en gitarist Nelson Veras uitmondt in het sterk afgelijnde 'son#1'. De donkere en zenuwachtige funk van dit stuk wordt vooral gecreëerd door een geweldige wisselwerking tussen bas en drums terwijl de rest van de groep eindeloos lange, gecomponeerde partijen afhaspelt. Het zijn soortgelijke composities die voor de hoogtepunten zorgen op dit dubbelalbum, met het fenomenale en tot op de millimeter gespeelde 'walk#4' als absolute uitschieter. Gitaar en piano slingeren zich met ware doodsverachting door een al even indrukwekkend ritmisch mijnenveld waarin zelf een specialist zich onzeker zou voelen.

Het belangrijke aandeel van de elektronica geeft de muziek van Octurn een zekere kilte. Het oneindige universum van Sun Ra en de (soms gedateerd klinkende) keyboardwereld van Joe Zawinul worden samengebracht met ambient en Warp-achtig experiment, zij het met wisselend succes. In 'lhasa#2' wordt een vage pianopartij helemaal bekrast en beschadigd door grillige effecten en een geladen sfeer wat wonderwel tot een intrigerend stukje muziek leidt. De beats en dreigende baslijnen van 'Morning Ritual' neigen onmiskenbaar naar het vroege werk van het Engelse Autechre, dat zich echter op geen enkel moment bedreigd moet voelen door het gezelschap uit België want ondanks de toevoeging van dikke lagen keyboard blijft dit stuk doelloos rondjes draaien. Hetzelfde geldt voor '7 eyes#2' dat vijf minuten lang voortdobbert op een bedje ritmische elektronica. 'Chouchou' is dan weer wel een schot in de roos, al is het niet meteen duidelijk waar de groep hier juist op mikte. Een ritmische sample wordt via radicale veranderingen in de pitch binnen een muzikale structuur geperst, waarbij een kind in zijn eigen verzonnen taaltje voor de vocals zorgt.

Een behoorlijk deel van de drieëndertig tracks op '7 eyes' brengt te weinig om van een goede plaat te kunnen spreken. Op sommige momenten echter bewijst Octurn dat het nog steeds een buitengewone groep is die een waanzinnig hoog niveau kan halen, maar die tegelijkertijd ook steeds vooruit kijkt. Hiervan zullen de vruchten in de toekomst ongetwijfeld nog wel worden geplukt.

Meer over Octurn


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.