Dit zeventiende volume van John Eliot Gardiners integrale Bach cantate opname stelt cantates voor nieuwjaarsdag en voor de zondag na nieuwjaar voor, twee cd's die live werden opgenomen in Berlijn in januari 2000, aan het begin van zijn "Bach cantate pelgrimstocht". Het is een dubbel-cd met cantates die onderling grondig van elkaar verschillen. De feestelijke cantates voor nieuwjaarsdag, BWV 143, 41, 16 en 171 worden gevolgd door cantates van een week later die de eigenlijke aanzet van de lutheraanse kerkelijke kalender geven, met hun nadruk op aardse miserie en hemelse verlossing.

Maar de eerste cd, met zijn vier cantates voor nieuwjaarsdag, presenteert alvast een uitbundige viering van het nieuwe jaar en Bachs instrumentatie is dan ook navenant, met naast de vaste hobo's en strijkers muziek voor diverse instrumenten als corni da caccia, trompetten, pauken of oboe da caccia. Het zijn echter niet de opvallend slanke trompetten in cantate 41 en 171 maar de hoge hoorns die voor het bucolische karakter van deze muziek zorgen, in de fanfaremotiefjes voor drie hoorns en pauken in cantate 143 bijvoorbeeld. Aan de authenticiteit van dit werk kan getwijfeld worden maar in een integrale reeks opnames van Bachs cantates mag het niet ontbreken. Bovendien bevat die cantate - ongeacht wie de componist was – enkele passages die zoniet door Bach zelf geschreven dan toch sterk op hem geënt zijn, zoals de ronkende laatste aria, die drijft op de sonoriteit van hoorns en pauken of in de vlugge begeleidingsfiguren in de violen in de eerste aria.

Knappe momenten zijn er verder natuurlijk te over, zoals in het magistrale openingskoor van cantate 41 bijvoorbeeld, waar Bach technieken gebruikt die verrassend modern aandoen: de cantate is cyclisch opgebouwd, zodat het slotkoor materiaal van het openingskoor herbruikt. De overgang van dit jubelende openingskoor naar een zachtere middensectie wordt hier mooi aangebracht en voorafschaduwt de beste werken in de romantische traditie van Schumann of Brahms. De obligate partij voor oboe de caccia in de aria 'Geliebter Jesu, du allein' kon moeilijk mooier vorm krijgen. De vlakke, gecontroleerde tenorstem van James Gilchrist past perfect bij het karakter van deze aria maar op andere plaatsen, zoals in de tenoraria uit BWV 171 'Herr, so weit die Wolken gehen' zingt hij met een veel inlevingsvermogen, wat Bachs muziek heel levendig en toegankelijk doet klinken. Peter Harvey, een vaste waarde op vele opnames uit de reeks, laat ook hier zijn typische, verstaanbare basstem horen, met een perfecte Duitse dictie en een stem die in alle registers makkelijk klinkt. Gardiner wisselt voor de altpartijen in deze cantates af tussen (mannelijke) altussen en mezzi. De sappige stem van altus Charles Humphries contrasteert zo mooi met de vlakkere barokstem van mezzosopraan Sally Bruce-Payne, die beide cantates op de tweede cd zingt.

Kwaliteiten die luisteraars ook op voorgaande opnames konden appreciëren – Gardiners inlevingsvermogen en gevoel voor muzikaal drama, een koor dat krachtig kan klinken en uitstekende vocale en instrumentale soli – zijn ook hier weer aanwezig. Bovendien behoren de cantates die Bach voor deze nieuwjaarsdag schreef qua instrumentatie en opbouw tot enkele van zijn meest opmerkelijke en vindingrijke.

Meer over Johann Sebastian Bach


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.