Met het slotconcert keek JustJAZZIt in de toekomst. Het ensemble EARR van de Belgische percussionist Eric Thielemans kwam naar de Beursschouwbrug om haar eerste album voor te stellen, dat echter pas binnen enkele weken in de rekken zal liggen.
EARR (Ensemble Artists Repertoire Research) is meer dan een ensemble, zoals leider Eric Thielemans meer is dan een percussionist. Met een gezonde afkeer van evidenties zijn de individuele projecten van deze muzikant zelden in een duidelijk hokje te plaatsen en dat is met EARR niet anders. De groep is er niet alleen om te spelen, maar ook om te praten en na te denken. Met vocalisten Claron McFadden en Jorgen Cassier, bassist Peter Jacquemyn, keyboardspeler en elektronicamuzikant Jozef Dumoulin, trombonist Hilary Jeffery en zijn min of meer vaste partner in crime gitarist Jean-Yves Evrard weet Thielemans zich in deze groep goed omringd en dat straalde van het optreden in de Beursschouwburg af, van begin tot einde. Of toch bijna.
Plots verbrak Thielemans de continue toenemende intensiteit en hield hij de armen stil. Iets dat in de originele versie als het einde van het stuk geldt, waarbij hij het publiek als het ware laat vallen, kreeg nu een heel andere wending. De luisteraars werden in de Beursschouwburg immers opgepikt door de andere muzikanten die gewoon doorspeelden. Het ontbreken van de oorverdovende stilte bleek geen gemis. Integendeel: Thielemans kon later gewoon weer inpikken met zijn roffelritme. Niet om een doorstart te forceren, maar om deel te nemen aan de muzikale afbouw, waarmee het stuk in deze ensembleversie een heel andere impact kreeg.
Dramatisch gezien was het wel een vreemde keuze: de potentiële climax, het stuk dat iedereen met je associeert meteen op de tweede plaats van de setlist gooien. Het bleek voor EARR echter geen probleem. De intensiteit bleef door de bij momenten adembenemende kwaliteit van de muzikanten gegarandeerd in de volgende stukken, die vaak erg contrasterende gedaanten konden aannemen.
Zo vertrok Satie’s ‘Prière’ vanuit een explosieve vrije groepsimprovisatie om pas naar het einde toe verstild terug te trekken in de piano van Dumoulin. Bachs melodie van ‘Ich will hier bei dir stehen’ daarentegen werd in alle kwetsbaarheid gezongen door Claron McFadden en Jorgen Cassier waarbij de eenvoud van materiaal en geluid perfect werkte. Deze combinatie domineerde overigens het hele optreden waardoor gemakkelijke vluchtroutes overbodig werden en het concert een indrukwekkende emotionele lading meekreeg.
Minstens even bepalend voor het geluid van de groep als de vocale kwaliteiten van McFadden was de verfijning van trombonist Hilary Jeffery. Als de vleesgeworden bescheidenheid opteerde hij overwegend voor zachte klanken, die hij echter met een verbluffende precisie uitvoerde. Zowel met zijn subtiel geplaatste, eenvoudige melodieën als met sonore effecten en het gebruik van dempers wist hij de muziek en de luisteraar in het hart te raken. Daarbij liet hij zich ook horen als een bijzonder aandachtige collega. Toen een elektronische storing in het geluid van Dumoulin de breekbare afbouw van ‘A Snare is a Bell’ dreigde te verbrijzelen, was het Jeffery die door het overnemen van het ritme, het ‘”verstorende” geluid kaderde en betekenis gaf.
Andere mooie momenten waren er met ‘Texture de Contrebasse Isolée’ dat dreef op de aangeslagen snaren van Peter Jacquemyns contrabas, waardoor de mystieke sfeer van etnische percussie haar intreden deed in het geluid van EARR.
Het venijn zat echter in de staart, meerbepaald die van afsluiter ‘Say That Thou Didst Forsake me For Some Fault’, een soulvolle compositie op een sonnet van William Shakespeare, gezongen door Jorgen Cassier. Hier werd echter duidelijk dat deze laatste muzikaal een maatje te klein was om mee te kunnen met zijn collega’s. Waar hij zich daarvoor op de achtergrond of omgeven door de anderen staande had kunnen houden, vielen zijn gebrekkige intonatie en flauwe geluid nu, als lead zanger, extra op.
Toch was dit tegenvallende slot niet voldoende om de indringende intensiteit van het optreden te doen verdampen. De manier waarop de muzikanten, vaak uitstekende solisten en technisch heel begenadigde musici, hier zichzelf wegcijferden om tot een geheel te komen, was mooi om horen. Het leek wel alsof ze uitsluitend tot doel hadden elkaar verder te dragen. Hoe ver muziek met zo’n ingesteldheid kan geraken, was te horen op het slotconcert van JustJAZZIt. En op de dubbel-lp die binnenkort van dit project op de markt komt.