De zomer? Sommige melomanen worden droevig wanneer die voor de deur staat. Droevig, omdat het concertleven voor even volledig stilvalt. Of toch bijna, want ook in juli en augustus zijn er enkele muzikale sterkhouders. En daar is het Brugse MAfestival ongetwijfeld een van. Met als thema “metamorfosen” had de festivalleiding dit jaar echt kunnen kiezen voor een brede waaier aan vormen en stijlen. Die dimensieverbreding wordt min of meer binnen de perken gehouden, maar haar voornaamste kwaliteit is het festival voor oude muziek nog lang niet verloren. Een sterk programma op uiteenlopende locaties doet menig hart nu al sneller slaan.

Giovanni Antonini (foto: David Ellis / Decca)
Giovanni Antonini (foto: David Ellis / Decca)
,Gewoontegetrouw zijn het de openings- en slotconcerten waarop de organisatie met de grootste namen uitpakt. Op vrijdag 1 augustus Kristina Hammarström, Il Giardino Armonico en Giovanni Antonini op de affiche zien staan, bevestigt de ongeschreven regel dat men in Brugge graag het grote geschut van meet af aan tentoon stelt. De tandem, aangevuld met Roberta Invernizzi (sopraan) en Christopher Purves (bas) brengt Händels ‘Aci, Galatea e Polifemo’. Tien jaar na het voltooien van deze dramatische cantate zou de componist in Engeland een nieuwe versie componeren. Met de oorspronkelijke partituur heeft het in 1718 voltooide ‘Acis and Galatea’ echter weinig gemeen. Händel stroomlijnde zijn stijl voor het HWV 72 enigszins in het verlengde van zijn Italiaanse libretto. Toch voorvoelt de luisteraar al de statelijke ernst van ’s mans latere werk, hoewel deze partituur vanuit ijselijk tragische momenten soms ontdooit tot een schitterende lentebries die nog steeds verfrist. Helemaal anders, doch van een even broze schoonheid, wordt het op zaterdag 9 augustus. Dan ontvangt Concertgebouw Brugge Vincent Dumestre en zijn ensemble Le Poème Harmonique voor een concert sterk verwant met het thema van deze editie. Dumestre stelt immers zelf een programma samen rondom de metamorfose. Gaat Le Poème Harmonique even bladeren door de eigen discografie, dan kan al een fantastisch en divers programma bij elkaar geraapt worden. Dumestre zweert echter hoe dan ook bij consistente keuzes, zodat het geen avond van losse artistieke keuzes kan en zal worden.

Ook de beiaardconcerten zijn dit jaar niet nieuw. Op de afsluitende zaterdag speelt stadsbeiaardier Frank Deleu een programma met romantische muziek met als centrale spil de vrouw in de muziek. Hoe zij via haar prachtige postuur verandert in een hoogst gracieus lijnenspel: het past perfect binnen het plaatje van dit festival. De zaterdag daarvoor beroert Arie Abbenes de klokken. Hij brengt een transcriptie van Vivaldi’s ‘Vier seizoenen’. Diezelfde avond zakt trouwens nog meer internationaal volk af richting West-Vlaanderen. Leonardo García Alarcón en de Cappella Mediterranea vormen immers een wereldvermaard collectief om U tegen te zeggen. Geen klassieker uit het repertoire, wel een opera van een van de mindere goden staat op het programma: Marco da Gagliano’s ‘La Dafne’ verschijnt op de lessenaar en met de solisten die de Argentijnse dirigent kon afvaardigen, wordt het naar alle waarschijnlijkheid een glorieuze uitvoering die zijn gelijke op cd (nog) niet kent. Later op de avond haalt de organisatie de muren tussen verschillende genres neer. Het figurentheatergezelschap Ultima Thule slaat immers de handen in elkaar met Zefiro Torna, dat voor de authentieke muzikale omlijsting zorgt bij het beeldend indrukwekkende potentieel van de mensen van Ultima Thule. Zondag voormiddag verschuift het zwaartepunt van de reeks concerten even naar Lissewege, waar men verder gaat met het neerhalen van de tussenschotten tussen stijlen. Voor de gelegenheid vermomt gitaarkwartet Zwerm zich als een “electric consort”. Ze spelen muziek van John Dowland, Christopher Tye, William Byrd en Henry Purcell, zich weliswaar bedienend van een hedendaags instrumentarium. Enkele passen verderop, in de dorpskerk, plaatsen Les Musiciens de Saint-Julien vervolgens oude muziek tegenover nog oudere zeden en gewoonten. Folkloristische toetsen afkomstig van Schotland grossieren in hun ambachtelijk geconcipieerde en indringend gestalte gegeven recitals, die met het bescheiden dorpskerkje een ideale cocon gevonden hebben. Jazz wordt evenmin van de affiche geweerd. Wat betekent een pianoforte wanneer Nederlander Rembrandt Frerichs daarover begint na te denken? Het resultaat laat zich in trioverband beluisteren. Tot slot palmt blokfluitist Erik Bosgraaf opnieuw de dorpskerk van Lissewege in. Vivaldi’s vier seizoenen, die al eerder ter sprake kwamen, duiken opnieuw op, deze keer in een andere metamorfose dan de vorige.

Jordi Savall (foto: David Ignaszewski)
Jordi Savall (foto: David Ignaszewski)
Ondertussen is de afsluitende activiteit van het festival, met name de fietstocht Vélo Baroque, al helemaal uitverkocht. Niet geklaagd voor wie een comfortabel concertzitje verkiest boven een fietszadel, want door de week gaat men gewoon door met artiesten die dat verdienen een podium te geven. Tegen de middag brengt het ensemble L'Yriade Orphée-cantates van Rameau en Clérambault in de daarvoor uitstekende uitgeruste Kamermuziekzaal van het Concertgebouw. Later die dag kan de ontdekkingstocht van onontgonnen repertoire gewoon doorgaan, want met een Belgische première van werk van Marc-Antoine Charpentier beloven Ensemble Correspondances en dirigent Sébastien Daucé het beste van zichzelf te geven. Met de ontroerende ‘Messe de Nostre Dame’ van Guillaume de Machaut trekt men de kaart van pure vocale piëteit. Ook Kunstencentrum (en jazztempel) De Werf leent overigens zijn hebben en houden aan de tiendaagse rondom oude muziek. Saxofonist Robin Verheyen mocht een moderne suite creëren, vertrekkend van eeuwenoud materiaal. Niet toevallig staat bij hem evenzeer Guillaume de Machaut centraal – een componist waaraan gewoon niet genoeg ruchtbaarheid kan gegeven worden. I Solisti del Vento lenen hun stijlgevoeligheid aan het opzienbarende project, waarin Verheyen zowel de grandeur als de eloquente intimiteit van de Machaut intact zal proberen te houden. Fanaten van het klavecimbel moeten dan weer woensdag 6 augustus in hun agenda zien vrij te maken. Rond de middag betast Olivier Fortin een instrument met bladmuziek van Henry Purcell voor zijn neus. Met een uitvoerder als hij, die altijd wijzer is dan de noten verzameld op zijn manuscript, wordt dat hoe dan ook een belevenis. Onder het motto ‘Van Dowland tot Bach’ besluit Jordi Savall die bewuste dag met zijn Hespèrion XXI. Savall doet het nu al decennia, en nog steeds komt er geen sleet op de formule: de dirigent en gambist is een beetje de profeet van dit repertoire, waarin hij een bijna mystiek evenwicht weet te handhaven.

Metamorfosen in de muziek? Een letterlijk interpretatie van die term leidt als vanzelf tot de variatiereeks. Op donderdag middag exploreren cellist Sergei Istomin en pianiste Viviana Sofronitsky hoe Beethoven, Schubert, Mendelssohn en Chopin aan die aloude techniek een eigen invulling gaven. Echt “oud” is deze muziek natuurlijk niet, maar aangezien het duo zich van historische instrumenten bedient, wilde het festival het duo maar al te graag een plaats geven op de rijk geschakeerde affiche. Later die dag vindt overigens de finale plaats van de Wedstrijd Musica Antiqua. De jonge competitiebeesten mogen het tegen elkaar opnemen begeleid door de doorwinterde musici van Il Gardellino – benieuwd wie daar als winnaar uit de bus komt. Daags nadien neemt Elizaveta Miller, winnares van de vorige editie van het concours, de eerste klanken van die dag voor haar rekening. Uit haar klavecimbel zal werk van wat ze zelf een “avantgardist” noemt opstijgen, met name Carl Philipp Emanuel Bach. Wie even in de binnenstad blijft hangen, verplaatst zich wanneer de avond begint te vallen richting Sint-Jakobskerk, waar Amandine Beyer en haar Gli Incogniti hun album rond de Duitse componist Johann Rosenmüller komen voorstellen. De laatste noten die dag zijn echter voor canto LX. Dit ensemble duikt onder supervisie van Frank Agsteribbe onder in de wereld van Girolamo Frescobaldi. Ideaal om het weekend in te duiken, of de volgende dagen nog meer muzikaal lekkers te verorberen. Nee, het MAfestival hoeft niet hand in hand te gaan met een te druk programma, te hoge prijzen of te veel uniformiteit. Het is een festival dat dit jaar meer dan ooit voor een rode draad kiest die speling toelaat, en tegelijk zorgt voor eenheid. En als daar gereputeerde namen op afkomen, net als een enthousiast publiek, wat kan de organisatie zich dan meer wensen?

Meer over MAfestival 2014


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.