Als weinig andere festivals verstaat TRANSIT, een organisatie van het Festival van Vlaanderen Vlaams-Brabant, de kunst om een cutting edge programmatie met heel wat eerste uitvoeringen op een publieksvriendelijke manier te presenteren. Wie daarvan nog overtuigd moet worden, is welkom van 25 tot en met 27 oktober in de zalen van het Leuvense kunstencentrum STUK.

Of het nu gaat om pianisten die met hun evenbeeld op video meespelen, muzikanten die met platenspelers interageren of een violist die het gezelschap krijgt van verschillende vormen van elektronica: zonder de lat lager te leggen of elitair te worden, biedt TRANSIT ook dit jaar weer een programma dat consequent geprogrammeerd, toegankelijk en muzikaal uitdagend is.

Vrijdag

Het begint al op de openingsavond met het concert van het Nadar Ensemble. Deze Belgische formatie was in 2010 voor het eerst te gast op TRANSIT en heeft sindsdien een indrukwekkend parcours afgelegd. Zo was de groep vorig jaar te horen op de prestigieuze Donaueschingen Musiktage en is het een volle cd lang te horen in de driedelige cd-box die een week voor TRANSIT van dit festival zal verschijnen.

Nadar Ensemble in 'Exit to Enter'
Nadar Ensemble in 'Exit to Enter'
Nadar tekent meteen voor vier creaties met werken van Jasper&Jasper, Thomas Smetryns (die opnieuw in de weer is met platenspelers), Stefan Van Eycken en Bruno Nelissen (gitarist van het kwartet ZWERM).

Het spektakelstuk van de avond is ‘Exit to Enter’ dat de Duitse componist Michael Beil speciaal voor Nadar schreef. Naar goede gewoonte betrekt Beil de uitvoerders van zijn werk in het ontstaansproces. Zo zijn de muzikanten op drie niveaus betrokken: als spelende uitvoerders in het duister, als playbackende acteurs in de spots en op de op voorhand opgenomen videobeelden. Door de gespeelde geluiden soms wel en soms niet overeen te laten komen met de bewegingen van de acteurs en de muzikanten in de video ontstaat er een vreemd spel van verwachting en al dan niet inlossing.

‘Exit to Enter’ is echter meer dan een performance, want zoals wel vaker bij Beil is ook de muziek op zich al de moeite waard. Hier kiest de Duitser voor een erg toegankelijk geluid dat in het eerste deel helemaal gekleurd wordt door een even obsessieve als repetitieve staccatoritmiek. Wanneer het geluid van de ondes-Martenot binnenkomt, duikt de muziek in de sensualiteit van Messiaen. Alsof de murwgedraaide luisteraar-kijker dan nog weet waar hij aan toe is.

Zaterdag

De tweede dag wordt voor de middag ingezet met een lecture recital waarin musicoloog Maarten Beirens en pianist Jan Michiels de festivalbezoekers door verschillende generaties moderne Vlaamse componisten loodsen, met werken van Karel Goeyvaerts, Kris Defoort, Daan Janssens en Bart Vanhecke. Voor het eerste “gewone” concert is het wachten tot 14u wanneer violist Wibert Aerts en het Centre Henry Pousseur een programma presenteren waarin de iconisch klassieke viool samengebracht wordt met elektronica. Voor Luc Brewaeys’ nieuwe werk, een eerbetoon aan de eind vorig jaar overleden Jonathan Harvey, wordt de viool met een vierkanaals tape gecombineerd. Voor ‘Violine und Rauschen (‘Veronica’)’ van Peter Ablinger verzinkt de viool dan weer in een bad van witte ruis. Althans in de eerste delen, waar de frequenties van de viool naadloos aansluiten bij die van de ruis. Het is pas in het verdere verloop dat het akoestische instrument een eigen plaats in het geheel kan veroveren. De andere werken op het programma zijn van de Litouwse dirigent-componist Vykintas Baltakas (net als het werk van Brewaeys een creatie) en Frederik d’Haene’s ‘Zen et Révolte’.

Wibert Aerts
Wibert Aerts
Door de jaren heeft TRANSIT een solide relatie opgebouwd met verschillende internationale ensembles. Zo is, vijf jaar na de vorige passage, opnieuw het vanuit Amsterdam opererende Trio Scordatura te horen in de eerste uitvoering van ‘Skrydis / Vlucht / Flight’ van de Litouwer Anton Lukoszevieze, de componist-cellist die een vaste plaats heeft in het radicale noise-ensemble Zeitkratzer, maar evengoed te horen is op de BBC Proms of in het Londense Café OTO.

Vlak voor (of na) het avondeten is het de beurt aan het Zweedse duo van zangeres Elisabeth Holmertz en klavierspeler Kenneth Karlsson. Klavierspeler is in dit geval geen overdreven omschrijving, want naast piano zal Karlsson ook te horen zijn op Indisch harmonium en speelgoedpiano. Op dit laatste instrument begeleidt hij Homertz voor Thomas Smetryns’ ‘Sind wir nicht geplagte Wesen’. Verder brengt het duowerk van Georg Friederich Haas, Tansy Davies en creaties van Robert Zuidam en Spectra-dirigent Filip Rathé die na zijn werk voor de Neue Vocalsolisten Stuttgart twee jaar geleden, opnieuw voor stem componeert in opdracht van TRANSIT.

Het slotconcert van zaterdag 26 oktober komt voor rekening van het Belgische ChampdAction dat vorig jaar met een verbluffend optreden het festival op gang trapte. Voor de editie van 2013 gooit het ensemble het over een heel andere boeg. Vooral in het tweede deel van het optreden, waar de groep mee tekent voor een danscreatie van choreografe Cecilia Lisa Eliceche.

In het eerste deel zorgt ChampdAction voor een old school concert, met een creatie van Benjamin Van Esser, ‘Zeitschein’ van Wieland Hoban (dat in 2007 op TRANSIT voor het eerst uitgevoerd werd) en het spectaculaire ‘Pyramids’ voor twee piano’s van de Portugees João Pedro Oliveira. Als een versmelting van Chopins elegantie en Stravinsky’s energie, maar dan in eenentwintigste eeuwse gedaante, flitst het werk van elegant sprookjesgefonkel naar donkere diepten met dito dynamische contrasten.

Ritmisch vallen vooral de herhaalde noten op: in trillers, tremolo’s of verdichtende en terug uitdunnende figuren. Liefhebbers die hun concentratie- en uithoudingsvermogen  willen testen, kunnen op de site van de componist terecht voor een opname én de partituur. Een kleine don’t try this at home als waarschuwing vooraf is echter wel op haar plaats.

Zondag

Anna Katrin Egilstrød , Niels Rønsholdt, Scenatet
Anna Katrin Egilstrød , Niels Rønsholdt, Scenatet
Ook op de slotdag begint TRANSIT er voor de middag aan met een project voor jongeren onder leiding van de zelf nog maar negenentwintigjarige Russische componist Vladimir Gorlinsky. Drie uur later is het weer aan de stem om een centrale plaats in te nemen wanneer het Deense ensemble Scenatet ‘Me Quitte’ van Niels Rønsholdt brengt met Anna Katrin Egilstrød en de componist zelf als vocalisten. ‘Me Quitte’ dat eerder dit jaar in première ging, is zoals de knipoog naar Jacques Brel al aangeeft geen “klassieke” liedcyclus, maar een klein uur durende cabaretachtige voorstelling met duidelijke referenties naar de popcultuur. Aanvankelijk overheerst de zweverige atmosfeer van Susanna & the Magical Orchestra en Tom Odell, maar geleidelijk aan wint de muziek aan dramatiek tot het slot de weggedroomde luisteraars met meer vragen dan antwoorden achterlaat.

Nog stemmen, maar dan in opgenomen gedaante, zijn te horen tijdens het optreden van het Belgisch-Britse plus-minus ensemble. In zijn ondertussen bijna populaire ‘Voices and Piano’ laat Peter Ablinger de pianist van dienst meespelen met spreekstemmen. Uit de uitgebreide cyclus zullen de stukken met de vocalen van Jacques Brel en Ilya Prigogine te horen zijn, naast creaties van Guy De Bièvre (de gitarist die vaak naast Anne La Berge te horen is) en Bernhard Lang. Een opvallende aanwezige op het programma is Nicolaus Hubers ‘Harakiri’. Dit stuk uit 1971 moest jaren wachten op een première. De bestellers van het werk waren immers niet opgezet met het resultaat dat de leerling van Stockhausen en Nono afleverde. Plus-minus zal het stuk uitvoeren in een aangepast arrangement.

Voor het slotconcert organiseert TRANSIT in de vooravond nog een debat over de stem in de hedendaagse muziek. Deelnemers zijn componisten Peter Ablinger, Niels
Rønsholdt, Filip Rathé en zangers Elisabeth Holmertz en Alfrun Schmid. Moderator is TRANSIT-programmator Marc Delaere.

Voor het laatste concert van het festival plooit TRANSIT terug op een kleinere bezetting met het duo van de Britse pianist Ian Pace (de man die zowat jaarlijks in het programma opduikt) en zijn Belgische collega Frederik Croene. Samen spelen ze een programma waarin virtuositeit centraal staat en in vraag gesteld wordt: van de creatie van Adam De la Cours ‘Con-Join’ (waarvoor de pianisten handboeien om krijgen) tot de ‘Derde Symfonische Studie’ van Michael Finissy die zowel te leen gaat bij Czerny als Schumann.

Frederik Croene (foto: Marleen Nelen)
Frederik Croene (foto: Marleen Nelen)
Croene is niet alleen als pianist te horen, maar ook als arrangeur. Met het Collectief ç'a b'âm, waar hij samen met Jasper&Jasper en Oliver Ibsen deel van uitmaakt, herwerkte hij ‘Discipline’ van de postpunkband Throbbing Gristle voor piano en tekstverwerker.

Verder zijn Pace en Croene samen te horen in ‘Furientanz’ van Konrad Boehmer (van wie de meeste muziek verscheen op het BVHaast-label van de enkele jaren geleden gestorven jazzsaxofonist Willem Breuker) en ‘Doppel’ van Michael Beil.

Met deze componist, wiens muziek ook al te horen was op het openingsconcert, is de cirkel van TRANSIT rond. Voor ‘Doppel’ werkt Beil opnieuw met beelden, maar nu achter de live spelende muzikanten. Pace en Croene spelen oerklassiek pianomateriaal, gaande van toonladders tot herhaalde noten dat zowel live als op de videobeelden te horen is. Deze beelden worden echter in korte fragmenten geknipt, zodat ze slechts momentopnames van de live gespeelde muziek laten horen en zien. Zien, want naast de muziek speelt ook de gestiek van de uitvoerders een centrale rol.

Door de videobeelden in vier steeds kleiner wordende lagen achter elkaar te zetten, speelt het stuk zich af in vijf lagen die uiteraard niet mooi parallel verlopen. Wie dus in de beelden denkt het muzikale equivalent van het Droste-effect te gaan zien en te horen, kan zich aan heel wat aangename verrassingen verwachten. Al moet daarvoor niet gewacht worden tot op het slotconcert. 

Meer over TRANSIT 2013


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.